Nieuwe uitbraken van IBR in Vlaanderen
In de week van 16 september werd tijdens een routine-tankmelkonderzoek in de provincie Oost-Vlaanderen (Buggenhout) een geval van het IBR-virus vastgesteld op een melkveebedrijf. In het begin de week van 27 september werd in West-Vlaanderen, naar aanleiding van een verhoogd risico, een bedrijf verdacht van IBR. Dat meldt Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ).

September is opnieuw een uitdagende maand voor de rundveesector. Bovenop de dreiging van het blauwtongvirus blijft ook de waakzaamheid voor Infectieuze Boviene Rhinotracheïtis (IBR) van groot belang.
In de provincie Oost-Vlaanderen (Buggenhout) werd de insleep van het virus vastgesteld tijdens een routine tankmelkonderzoek in het kader van het behoud van de IBR-vrije status. Bloedanalyses op het getroffen bedrijf bevestigden helaas een wijdverspreide aanwezigheid van het virus.
In West-Vlaanderen wordt de situatie door DGZ nauwlettend in de gaten gehouden. Verdachte bedrijven hebben een verhoogd risico op IBR en worden daarom verder onderzocht aan de hand van een bloed- of tankmelkonderzoek. Bij een verdacht bedrijf werd een sterk verdacht tankmelkonderzoek vastgesteld. Daar werden verdere stappen worden ondernomen om de situatie op te volgen.
Blijf waakzaam
Alle IBR-dragers moeten, behoudens specifieke uitzonderingen, op 31 oktober 2024 zijn afgevoerd.
Vanwege de start van het stalseizoen en het verhoogde aantal IBR-dragers dat naar het slachthuis of een afmestbedrijf wordt afgevoerd is deze periode bijzonder risicovol.
DGZ vraagt daarom uitdrukkelijk om extra waakzaam te zijn bij alle contacten met veetransportwagens en erfbetreders en om de regels voor reiniging en ontsmetting van veetransportwagens strikt na te leven.