Bioboerin Joke Wouters (Groen): "Ik ben geschrokken van de boerenprotesten"
Bioboerin Joke Wouters komt voor Groen op een gedeelde lijst met Vooruit op in ‘groene gemeente’ Kalmthout. Vanop de vijftiende plaats heeft ze echter geen zicht op een zitje in de gemeente raad. “Daarvoor doe ik ook niet mee. Ik vind het al tof dat ik mijn ideeën over landbouw en natuur kan spuien.

Sinds 2021 is Joke Wouters bedrijfsleider van een 1,8 ha grote bio- en zelfplukboerderij in Kalmthout. Zo’n 235 leden kunnen hier terecht voor verse groenten, als het weer meezit. “Dit jaar was een uitzonderlijk moeilijk jaar door de extreme weersomstandigheden. Het heeft een tijd geduurd voordat er wat varia aan groenten geplukt kon worden. Toch slagen CSA-modellen erin om met weinig grond veel monden te vullen.”
Vanuit haar werk als bioboerin haalt Joke de motivatie voor haar politieke engagement. “Ik wil tonen dat natuur en landbouw wel samengaan. Daarom de logische keuze om mij bij Groen aan te sluiten.”
Waar komt jouw zin voor boeren vandaan?
Als opvoeder was ik op zoek naar een zinvolle dagbesteding voor jongeren die alle dagen binnen zaten. Gedragsproblemen waren serieus aan het toenemen en zelf werd ik ook niet vrolijk van om alle dagen binnen te zitten.
Ik ben mij dan verder gaan verdiepen in biologische landbouw, via het Biologische en Biodynamische leertraject van de Landwijzers. Zo kwam ik ook in aanraking met CSA-landbouwmodellen (n.v.d.r. ‘Community Supported Agriculture’ ). Plots was landbouw voor iedereen toegankelijk, ook voor iemand zoals ik, die het boeren niet met de paplepel ingegoten kreeg en ook weinig middelen had voor veel landbouwgrond. Zelfs met 1 ha kan je met CSA al veel monden voeden én er een inkomen uit halen. Dat sprak mij enorm aan.
Dat sociale luik wil ik er in de toekomst zeker terug bij betrekken. Veel mensen zitten met een burn-out, vinden de gejaagdheid van het leven te veel. Deze ideale plek, die mij geholpen heeft, wil ik met hen delen.
Natuur en landbouw
Waar komt jouw politieke engagement vandaan?
Dat is er altijd wel al geweest, maar bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen weigerde ik nog op te komen. Nu heb ik toegezegd op de vraag van Groen: elke progressieve stem is een gewonnen stem.
Ik ben ook een aantal keer mee gaan betogen met de boerenprotesten, maar ik was geschrokken door de bruutheid van de protesten in Brussel en zwaar teleurgesteld in de uitkomst ervan. Voor het terugdraaien van de pesticideverordening ben ik niet gaan protesteren.
Het was dus nodig om mijn stem op een andere manier te laten horen, ook om te tonen dat natuur en landbouw wel samengaan. Daarom de logische keuze om mij bij Groen aan te sluiten.
Je ziet de gedeelde waarden tussen biologische landbouw en de partij Groen?
Ik vind dat vanzelfsprekend. Elk jaar bouw ik op mijn land alleen maar meer biodiversiteit bij – een investering die ik aan mijn loon voel. Zo plant en zaait mijn vriendin Eulalie hier bloemen, waar insecten, vlinders en vogels op afkomen. Elk jaar zetten we meer hagen, waar dieren zich in kunnen verschuilen.
Ik spuit of strooi ook geen gewasbeschermingsmiddelen. Wanneer ik hier aan het werken ben, wil ik alles ter plaatse kunnen proeven zonder mij zorgen te maken over of er al genoeg weken verstreken zijn. Dat is voor mij de logica zelve, dat je op je eten geen gif spuit.
Natuur versus landbouw is een heel gepolariseerd debat geworden, maar voor jou hoeven die 2 zaken niet per se te botsen?
Ik vind het jammer dat het zover is gekomen. Die polarisatie merk ik ook in mijn omgeving.
Nu, ik ben maar een hele kleine boer. Ik snap dat landbouwers die grote investeringen gedaan hebben, vastzitten en niet zomaar kunnen omschakelen naar biologische bedrijfsvoering. Zij gaan ten onder aan wat hen allemaal boven het hoofd hangt.
Daar heb ik ook geen oplossingen voor, maar ik hoop dat, door zelf biologisch te ondernemen en te organiseren, meer en meer mensen ook het idee krijgen dat landbouw kleinschaliger en lokaler kan. Zo kunnen we onze gemeente op een fatsoenlijke manier voeden.
Niet dat ik gangbare landbouw wil afschilderen als onfatsoenlijk. Ik snap dat men na de Tweede Wereldoorlog gekozen heeft voor monocultuur en machinale productie, vanuit de insteek dat mensen nooit meer honger mogen lijden. Maar als je dan ziet wat de gevolgen zijn, snap ik niet dat er mensen zijn die niet denken dat het anders moet. Dat het zo moeilijk is om de zaken te veranderen, kan er bij mij niet in.
Met de nieuwe Vlaamse minister van Landbouw en Omgeving (n.v.d.r. Jo Brouns, cd&v) denk ik niet dat de situatie zal verbeteren. Ik was ook geen fan van Joke Schauvliege (cd&v) toendertijd, maar we zullen zien.
Biologische landbouw
Je denkt dat er met Brouns minder aandacht naar biologische landbouw en andere alternatieve landbouwmodellen zal gaan?
Ja, en veel is er niet nodig om het in hun ogen te rechtvaardigen. Kijk maar naar dat recente artikel van de VRT dat beweerde dat biologische landbouwproducten zelfs ongezonder zouden zijn. Als een machtig medium zoals de VRT zo’n foute boodschappen de wereld instuurt, vraag ik me af wat de gevolgen gaan zijn. De studie is wel serieus weerlegd geweest, maar toch heb ik schrik dat zoiets misbruikt wordt om vooruitgang op het vlak van bio terug te draaien. Ik kom op voor Groen om toch in deze gemeente een stem voor biologische landbouw te hebben.
Moet er dan meer biologische landbouw komen?
Ik verschiet er altijd van hoe weinig biologische landbouwgrond er in Vlaanderen is (n.v.d.r. het bioareaal in Vlaanderen in 2023 is 9.984 ha of 1,6% van het Vlaamse landbouwoppervlakte). Op kaarten over vervuiling kleurt heel Vlaanderen ook rood. Dat komt natuurlijk niet alleen van landbouw, maar ik vind het raar dat biologische landbouw niet meer vanzelfsprekend is in Vlaanderen, voor zowel consumenten als producenten. Wallonië staat daar sterker in.
Vlamingen vinden hun weg nog niet echt naar biologische landbouwproducten. Ze vinden dat nog altijd iets voor de elite. Door middel van een prijsvork, waarbij gezinnen die het minder breed hebben iets minder betalen en rijkere families iets meer, proberen we zelf geen eliteboerderij te zijn. In andere gemeenten wordt dat echter vanuit het lokale bestuur ondersteund, zodat de boer of andere mensen niet moeten opdraaien voor het sociale luik van de voedselstrategie. Een voorbeeld is ook de duurzame voedselstrategie van Brugge. We hopen dat Kalmthout en andere gemeenten daar een voorbeeld aan nemen.
Waarom slaat biologisch niet aan?
Geen idee. Bij Landwijzer zijn er elk jaar meer en meer inschrijvingen. De interesse voor biologische productie is er dus wel bij de boeren en mensen uit verschillende sectoren.
Kalmthout
Wat zijn jouw verwachtingen voor de komende verkiezingen?
Ik sta op de 15e plaats, dus ik heb niet echt zicht op een mandaat in de gemeenteraad. Maar ik vind het al tof dat ik mijn ideeën over landbouw en natuur kan spuien.
Zo actief ben ik ook nog niet betrokken bij de partij. Het is nog zoeken hoe ik politiek, mijn gezin en een boerderij in opstartfase kan combineren.
Wat zou er moeten veranderen in Kalmthout?
Gemeentes moeten kleinschalige landbouw meer ondersteunen. Elk jaar komt de burgemeester van Kalmthout wel naar het boerderijfeest dat mijn leden en ik organiseren, maar het blijft bij een gezicht dat je maar af en toe eens ziet. Kalmthout zou ook meer moeten inzetten op voedselbossen en natuur verbinden met corridors voor de dieren. Voor een zogenaamde ‘groene gemeente’ verdwijnt er nog te veel natuur in Kalmthout.
Ik kan echter niet spreken voor de noden van de andere boeren in Kalmthout vanuit mijn beperkte ervaringen als bioboerin. Een strakke visie over landbouw in de gemeente heb ik dus niet.
Ten tijde van corona zag ik wel wat er allemaal verwezenlijk kon worden als een bestuur er mee achter staat: korte keten, kleinschaligere en lokale landbouw... Ik vind het zo jammer om dat terug te zien verdwijnen, terwijl veel mogelijk is als gemeenten de juiste prioriteiten stellen.
Tegelijk hebben we als consument meer macht dan we denken. Als we bewust kiezen voor lokaal voedsel, zullen dat soort bedrijfjes groeien. We gebruiken onze macht echter te weinig, omdat we gewoontedieren zijn: in de supermakt kan je alles het hele jaar door vinden.