Lemken toont zijn nieuwste vestiging in Dinteloord
Begin oktober toonde Lemken zijn nieuwste vestiging in het Nederlandse Dinteloord. Hier bouwden ze het ‘Centre of excellence for Crop Care’ uit. Dat is een gevolg van de overname van Steketee in 2018.

In Dinteloord (Nederland) ligt de focus op de ontwikkeling en productie van technische oplossingen op het gebied van gewasbescherming. Daarnaast wordt dit de locatie van het internationale Competence Center Crop Care van Lemken voor landbouwers, technische experts en universiteiten van over de hele wereld. Voor dit doel is naast de grote tentoonstellingsruimte van het AgroForum ook een technisch hoogwaardig auditorium gebouwd, dat een optimale omgeving biedt voor allerlei soorten evenementen en trainingen.
Voorzien op groei
De totale oppervlakte van het terrein in Dinteloord bedraagt ongeveer 49.000 m², waarvan momenteel 11.800 m² is bebouwd. Er is dus duidelijk ruimte voor de beoogde groei. Momenteel zijn er 4 hallen achter elkaar gebouwd, daar kan nog een vijfde bij komen. Dit geheel kan door te spiegelen aan één zijde verdubbeld worden in bebouwde oppervlakte. De benodigde ruimte hiervoor is aangekocht en bestaat momenteel uit een grasveldje.
De productieafdeling en het magazijn beslaan samen 9.000 m² en in het AgroForum is een oppervlakte van 800 m² beschikbaar voor productpresentaties.
Bij het ontwerpen van de nieuwe locatie was duurzaamheid een belangrijk thema. De zonnepanelen op het dak hebben een gezamenlijk vermogen van 300 kWp, waarmee in een groot deel van de energie wordt voorzien die voor de productie nodig is. De andere daken zijn voorzien van groenbedekking om de kantoren koel te houden. De totale kost van dit project bedraagt 30 miljoen euro.
De hallen zijn in 3 secties onderverdeeld. In de productiehal worden de onderdelen gemaakt en voorbereid voor het verven. Hoofdzakelijk gaat het hier om metalen onderdelen. In het magazijn worden deze, alsook componenten van leveranciers, opgeslagen. In de eindmontagehal worden tot slot de finale machines geproduceerd. De fabriek is ingericht voor staande montage en momenteel zijn er 8 montageplaatsen, die indien nodig groter kunnen worden gemaakt om plaats te bieden aan grotere machines. Hiervoor bieden de bovenloopkranen een maximale flexibiliteit. Voordat een machine de vestiging verlaat, wordt deze eerst in 2 volledig uitgeruste teststations gecontroleerd op kwaliteit en functionaliteit.
Geloof in kerncompetenties
De CEO van Lemken, Anthony van der Ley, valt bij de voorstelling van de nieuwste locatie meteen met de deur in huis. “Ik krijg constant de vraag waarom een filiaal in Nederland? Toen wij Steketee overnamen, geloofden wij sterk in de kerncompetenties, in de ziel en in de producten van dat bedrijf. Tot op heden hebben wij enkel de kleur gewijzigd en de producten in dezelfde filosofie doorontwikkeld. Alles overnemen en verhuizen naar de moederlocatie in Duitsland zou niet helemaal stroken met de filosofie die we nastreven.”
Het feit is wel dat Lemken niet gebleven is op de toenmalige locatie van Steketee in Stad aan ’t Haringvliet (NL). Daar zouden ze te snel uit hun jasje groeien. Daarom werd een oplossing uitgewerkt met de bouw van een nieuw onderkomen 25 à 30 km verderop in Dinteloord, deelgemeente van de gemeente Steenbergen. Lemken ligt er in de schaduw van de Cosun Beet Company-suikerfabriek en heeft een nieuwbouw gezet op de nabijgelegen Agro Food Cluster Nieuw Prinsenland.
Gebouwd in dynamische omgeving
CEO van der Ley geeft aan dit heel bewust gedaan te hebben. “Dergelijk filiaal wilden we in een dynamische omgeving zetten, de voornoemde food area is daar ideaal voor. Deze is interessant gelegen op de as Amsterdam-Parijs. We willen jonge mensen aantrekken, ingenieurs om aan productontwikkeling te doen voor de landbouwwerktuigen van de toekomst. We denken dat de moederlocatie in Duitsland hiervoor minder aantrekkelijk is. Daarom hebben we een aantrekkelijke, moderne werkplek in een dynamische omgeving gebouwd. We willen echt dat internationaal talent uit de Benelux, maar ook uit Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk... naar Dinteloord komt. Daarom hebben we voor onze nieuwste vestiging voor Nederland gekozen, een land dat bekendstaat als een modern en flexibel land.”
Nicola Lemken, medebedrijfsleidster van de familieonderneming, eigenares en lid van de zevende generatie, vult de CEO aan en zegt begin 2022 het bedrijfsterrein gekocht te hebben. “Nederland is een duur land om te kopen, maar we konden er wel snel bouwen en ervaarden een goede lokale ondersteuning. Zo mag het in Duitsland ook gaan”, bemerkte ze al lachend. “Begin 2023 is gestart met het plaatsen van 4.000 funderingspalen. De basis van ons verhaal is hier dus heel stabiel”, grapte ze verder. “Op 10 maanden tijd werd de bouw voltooid. Eind 2023 startten we de productie op.”
Mechanische onkruidbestrijdingsmachines ontwikkelen en produceren
De hoofdzaak in Dinteloord ligt bij de bouw van machines voor de mechanische onkruidbestrijding, zoals wiedeggen en schoffelmachines. Dat start bij de verwerking van ruw ijzer met lasersnijder, kantbanken, manuele lasposten en lasrobots. De montage van de diverse onderdelen tot klantspecifieke eindmachines gebeurt allemaal in de nieuwe bedrijfshallen. Enkel het schilderwerk van de onderdelen die er geproduceerd worden, gebeurt door een toeleverancier. Het is niet de bedoeling dat er andere Lemken-machines geproduceerd worden. Wel werkt de afdeling metaalverwerking deels voor de Duitse moederfabriek in Alpen, die op zo’n 2 uur rijden ligt.
De nieuwbouw in Dinteloord doet niet enkel dienst als productiefaciliteit en opslag van onderdelen en machines, er is ook een kantoorgedeelte waar de focus ligt op productontwikkeling. De productie kan in de huidige fabriekshallen heel wat hoger liggen dan dat dit vandaag de dag het geval is. “Maar daar moeten we ons rekenschap geven van de economische realiteit die er vandaag is binnen de landbouwmachine-industrie”, klonk het bij Lemken.
Emotionaliteit versus ondernemerschap
CEO van der Ley ging op dit laatste nog even in. “Het inkomen van de boer bepaalt of hij een nieuwe machine koopt of niet. Dat wordt gevolgd door zijn buikgevoel en het vertrouwen dat hij heeft in de toekomst én in een fabrikant. Ik merk dat de laatste tijd de geopolitieke situatie een grote rol speelt bij landbouwers. Ik mag niet zeggen dat ze de laatste tijd geen geld hebben verdiend, maar ze worden om de oren geslagen met negatieve berichtgeving. Het ondernemerschap bij hen is wat verloren gegaan, door het afkalvende vertrouwen in de toekomst omwille van oorlogsverslaggeving.
De West-Europese landbouwmachine-industrie begint dit heel goed te voelen. De order-intake ligt duidelijk lager. Er worden vandaag wel nieuwe machines uitgeleverd, maar dat gaat over eerdere verkopen die nu bij de klant toekomen.” Hij wees ook op het feit dat als gevolg van de Covid-19-crisis er verstoringen in de logistieke keten ontstonden. “Een gevolg hiervan was dat er paniekaankopen gebeurden op alle niveaus. Hierdoor zijn er bij dealers hogere voorraden die nog niet volledig zijn weggewerkt, waardoor zij ook niet opnieuw bestellen bij de fabrikant.
Door de Russische oorlog in Oekraïne worden maar weinig landbouwers bij ons daadwerkelijk, praktisch getroffen. Zo ook voor wat het conflict in het Midden-Oosten betreft. Doch is er een emotionele reactie bij hen”, merkte von der Ley op. Hij wees op het feit dat als ‘besparingsmaatregel’ boeren minder kunstmest zijn gaan kopen. Dit deed hij een beetje af als valse besparing, want je boet erdoor in op opbrengst. Negativiteit en angst zijn voor hem een slechte raadgever. “De Nederlandse en Belgische boer heeft het voordeel een ondernemer te zijn. Wel die werkt zelf aan zijn toekomst en neemt het heft daarvoor in eigen hand.”
Halverwege 2025 wordt het beter
De landbouwmachine-industrie ziet voor de eerste jaarhelft van 2025 nog niet direct beterschap in de situatie. Pas midden volgend jaar zien ze een kentering. Een nieuwe Amerikaanse president en politieke wereldleiders die zich milder opstellen richting Rusland kunnen een gamechanger worden voor de nabije toekomst.
Besluiten deed CEO van der Ley met naar het Benelux-filiaal van Lemken te kijken. “Zij brengen hoger geprijsde kwaliteitsproducten aan de man en hebben hiermee een recordjaar achter de rug. Dit zijn de vruchten van onze investeringen de afgelopen jaren in een netwerk, kennisdeling en relatie-uitbouw. Het toont opnieuw aan dat de Belgische en Nederlandse boer echte agrarische ondernemers zijn.” Zelf is van der Ley een optimist en geeft krachtig aan dat je dit zelf ook moet zijn. “Wereldwijd stijgt de vraag naar voedsel. Lemken biedt innovatieve oplossingen aan de landbouwer om deze vraag mede te beantwoorden.”