Startpagina Actueel

“CRV is actief van de VS tot China, maar lokale rundveehouder is onze focus”

CRV groeide uit van lokale samenaankoop van stieren tot een van de wereldtoppers in rundveegenetica. Het aandeelhouderschap van Vlaamse en Nederlandse rundveehouders houdt de coöperatie echter met beide voeten stevig op de grond.

Leestijd : 6 min

CRV is een begrip in de Vlaamse rundveehouderij. Het bedrijf streeft naar een steeds gezondere en efficiëntere veestapel door zowel genetica van melkvee als vleesvee continu te verbeteren. Met haar bijna 20.000 leden is het ook een toonaangevende coöperatie in Vlaanderen en Nederland. We praten met Directeur Coöperatie Paul Bos en Wanda Verdonck, melkveehoudster en Hoofdbestuurslid bij CRV.

De coöperatie CRV en het bedrijf CRV Holding BV zijn 2 afzonderlijke entiteiten. Hoe werkt dat juist?

WV: De coöperatie is voor 100% eigenaar van het bedrijf CRV. Dat betekent dat onze coöperanten mee de strategie uitzetten die we als holding volgen. Die keuze voor 2 aparte structuren is nodig, omdat CRV een tweedelige taak heeft. Enerzijds willen we zonder commercieel belang tegemoetkomen aan de noden van Vlaamse en Nederlandse rundveehouders, zoals stamboekregistratie. Anderzijds zijn we een mondiale commerciële speler in rundveegenetica.

PB: CRV heeft ook een Vlaams en Nederlands mandaat om het stamboek, waaronder de fokwaardeschattingen voor rundveegenetica, te beheren in Nederland en Vlaanderen. Die overheidstaak gaat verder dan onze eigen commerciële activiteiten, want we zijn ook het aanspreekpunt voor concurrerende importeurs. Door die opdracht te laten uitvoeren door de coöperatie en niet door de BV, is er geen belangenvermenging.

Waar ligen de roots van de coöperatie CRV?

PB: Vorig jaar mochten we onze 150ste verjaardag vieren. Het DNA van de coöperatie ligt in het einde van de 19de eeuw, toen lokale landbouwers samen een stamboek oprichtten voor de registratie van hun koeien. Later gingen veehouders ook samen stieren aankopen voor de bevruchting van hun koeien. Die regionale initiatieven bleven door de jaren heen groeien en fuseren. In 2017 kwam het tot een officiële fusie van het Nederlandse CR Delta en het Vlaamse VRV, maar de beide werkten al samen sinds 2002. Het hoofdkantoor is gelegen in Nederland, maar de Vlaamse roots blijven sterk vertegenwoordigd.

Welk percentage van de rundveehouders is lid van CRV?

WV: Wat melkveehouders betreft, is ongeveer 98% lid. Als we enkel naar Vlaanderen kijken, ligt dat aantal iets lager, maar we hebben een zeer mooie dichtheid. Leden van de coöperatie zijn niet noodzakelijk ook klant. Dat er geen ‘afnameplicht’ bestaat, vind ik een goede zaak. Je bent CRV-klant omdat je gelooft in de meerwaarde van onze genetica en/of onze andere services en oplossingen, niet omdat het moet vanwege je aandeelhouderschap. Dat zorgt ervoor dat we continu ons aanbod blijven verbeteren. Het houdt de markgerichte dynamiek erin. Natuurlijk zou het CRV sterker maken als morgen alle coöperanten ook klant zijn, maar ernaar blijven streven houdt ons scherp.

Hoe evolueert het aanbod?

PB: We zetten in op 3 grote onderdelen. Ten eerste is er de continue verbetering van de nieuwste generatie stieren en koeien via selectie. Die genetica verkopen we zowel aan vleesvee- als melkveehouders en gaat van Holstein tot Belgisch witblauw, Fleckvieh en Angus. Daarnaast bieden we een sterke service aan voor KI, bedrijfsinspectie en melkproductieregistratie. Tot slot bieden we ook informatieproducten en datamanagementpakketten aan die de gegevens van onze klanten snel en efficiënt beheren en hen helpen om analyses van hun bedrijfsresultaten te maken.

CRV is intussen uitgegroeid tot een wereldspeler in genetica.

WV: Klopt! CRV is actief van Australië tot de Verenigde staten, van Oezbekistan tot China. Het buitenland is geen doel op zich, maar door krachten te bundelen en te blijven investeren in innovatie en duurzaamheid, is onze genetica erg gewild. Dat neemt niet weg dat tegemoetkomen aan de noden van lokale rundveehouders onze kerntaak is. Dankzij de richting die de coöperatie geeft aan de BV, blijft dat doel helder voor ogen.

Kunt u een voorbeeld geven?

PB: Duurzaamheid en klimaatimpact worden steeds belangrijker in de Europese voedselproductie. Koeien met een lagere methaanuitstoot kunnen bijvoorbeeld zorgen voor een kaas met lagere klimaatvoetafdruk. Dat bereiken met genetische selectie is al een uitdaging op zich, maar de combinatie met een hoge productiviteit is nog een stuk lastiger. In sommige landen zit men daar nu misschien nog niet direct op te wachten, maar de zuivelsector bij ons ziet die meerwaarde wel, dus maakt dit deel uit van onze focus.

Welke uitdagingen in de rundveehouderij staan voor CRV bovenaan de prioriteitenlijst?

WV: CRV kiest voor innovatie inzake onder andere duurzaamheid en efficiëntie. Mochten we als CRV die innovatie loslaten, dan zouden we onze genetica goedkoper kunnen aanbieden en dat zou ons commercieel op korte termijn misschien interessanter maken. Op lange termijn hebben onze leden-veehouders er echter belang bij dat we investeren in innovatie, waardoor zij in de toekomst concurrerend kunnen blijven produceren. Het CRV geeft geen beleidsadvies, maar we voorzien wel tools voor onze leden om binnen het wetgevend kader te kunnen ondernemen. Ook arbeid is een groot probleem op heel wat melkveebedrijven. Ik denk dat dat een van de redenen is waarom het aantal bedrijven dat met onze melkproductieregistratie (MPR) werkt stagneert. Een gemiste kans, want MPR geeft je inzicht in diverse parameters en helpt je rantsoen, uiergezondheid, droogstand en zoveel meer te verbeteren. Het vraagt wel een inspanning van de veehouder. Ik begrijp dat collega’s dit lastig vinden wanneer er een arbeidstekort is, maar hierbij kan CRV haar leden ook helpen. Toch vind ik de meerwaarde van MPR zodanig groot dat we hierop moeten blijven inzetten.

Hoe moeilijk is het om in een onzeker wetgevend kader lange termijn doelen te stellen voor het fokprogramma?

PB: Dat is een van onze grootste uitdagingen. Hadden we zo’n 15 jaar geleden niet doelgericht geselecteerd op hoornloze koeien, dan konden we vandaag niet voldoen aan een komend verbod op onthoornen. Als je de vraag stelt aan rundveehouders hoe belangrijk ze het vinden om hoogproductieve koeien te hebben die minder methaan uitstoten, zal dat misschien niet hun eerste prioriteit zijn, maar je voelt dat het beleid hier steeds meer aandacht op vestigt. Dan moeten we hier als CRV op anticiperen.

Hoe stippelen de coöperanten concreet mee die toekomstvisie uit?

PB: In Vlaanderen en Nederland zijn er 5 regioraden waarin telkens 8 verkozen leden zetelen. 40 afgevaardigden uit de regioraden vormen samen de ledenraad. Die beslist over budgetvraagstukken en geeft advies over de weg die we als CRV bv moeten inslaan. Ook de visie van jongeren in de sector is belangrijk voor ons. Zij zetelen via CRV Young in de regio’s en voorzien ons daarmee van inbreng. Daarnaast is er nog het hoofdbestuur, waar ook Wanda deel van uitmaakt.

WV: De verschillende bestuursniveaus waken erover dat CRV trouw blijft aan haar kerntaak. Dat betekent dat we prioriteiten stellen en dat we ook bekijken welke middelen daaraan besteed kunnen worden.

Het aantal landbouwbedrijven blijft dalen. Hoe gaan jullie daar bij CRV mee om?

PB: Het aantal landbouwbedrijven daalt en men verwacht ook een daling van de veestapel, maar dat zien we nog niet in de praktijk. Wij hebben ons hierop voorbereid en dit vraagt dan ook best het nodige van de organisatie om je daar correct op voor te bereiden.

CRV streeft naar een steeds gezondere en efficiëntere veestapel door zowel genetica van melkvee als vleesvee  continu te verbeteren.
CRV streeft naar een steeds gezondere en efficiëntere veestapel door zowel genetica van melkvee als vleesvee continu te verbeteren. - Foto: CRV

Hoe komt het dat we in de Benelux wereldtop zijn in rundveegenetica?

WV: We hebben het geluk dat we heel wat trouwe medewerkers hebben met een gedeelde passie en visie. Mensen maken het verschil en in die 150 jaar tijd is men er steeds in geslaagd om die kennis binnen CRV te houden. Door samenwerking met diverse partners als universiteiten en de overheid blijven we ontwikkelen en innoveren.

PB: Veel van de huidige technologie vindt zijn oorsprong binnen onze coöperatie. De uitdaging is om die koploperspositie vast te houden. In heel wat privébedrijven kiest men doelen op basis van waar men goed in is en wat commercieel interessant is. Wij baseren ons op wat de sector nodig heeft. Wat is de koe van de toekomst? Door die vraagt te stellen aan onze leden, leggen we nieuwe fokdoelen vast waar we de komende 5 jaar aan werken. Een gezonde koe die efficiënt produceert, is en blijft de basis, maar dankzij onze leden kunnen we ook verder kijken.

Nele Kempeneers (Pennenvrucht)

Lees ook in Actueel

DeLaval breidt eigen melkveebedrijf uit

Bedrijfsnieuws DeLaval, de Zweedse producent van melkrobots en andere automatiseringen in de melkveestal, breidt zijn test- en toonboerderij gevoelig uit. Het aantal melkkoeien gaat er van 260 naar 550. Daarmee wil DeLaval inspelen op een wereldwijde trend naar grotere melkveebedrijven.
Meer artikelen bekijken