Traditionele spelers worden buitenspel gezet door het nieuwe GLB
Onder andere de landbouwministers en DG Agri vrezen invloed in te boeten door de Commissievoorstellen voor een volgende meerjarenbegroting van de EU en voor het nieuwe GLB. Deze verschuiving was al jaren aan de gang, maar lijkt nu veel significanter te zijn. Toch kan je dat beeld ook nog wat nuanceren.

Weinigen zijn fan van het voorstel van de Europese Commissie om het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) te hervormen. Koepelorganisatie Copa-Cogeca organiseerde op 21 oktober bijvoorbeeld een demonstratie voor het Europees Parlement in Straatsburg. De Europese boerenorganisatie sprak over rode lijnen die overschreden zijn en over een onaanvaardbaar voorstel.
Ze zijn bijvoorbeeld bezorgd over het verlies van invloed van de Europese landbouworganen. Beslissingen over landbouwkwesties glippen geleidelijk uit handen van organen die traditioneel de overhand hadden in Brussel: de Raad van Landbouwministers en zijn expertgroep het Speciaal Comité Landbouw (SCL), de Landbouwcommissie (Comagri) van het Europees Parlement, het Directoraat-Generaal Landbouw (DG Agri) van de Europese Commissie en landbouworganisaties.
Geen nieuwe evolutie
Die trend is niet nieuw. Al jaren hebben andere directoraten-generaal – met name DG Milieu – hun oog laten vallen op de grote brok van de EU-begroting die aan landbouw wordt besteed. Onder de vorige Commissie zag DG Agri zijn verantwoordelijkheden voor landbouwstaatssteun al overgedragen aan DG Concurrentie.
Dit culmineerde in de aanwezigheid van Frans Timmermans, verantwoordelijk voor de Green Deal en de directe overste van de toenmalige landbouwcommissaris, tijdens de onderhandelingen over de hervorming van het GLB. daarbij dreigde hij het voorstel helemaal in te trekken als de medewetgevers het niet met hem eens waren. Wetgeving uit de Green Deal, zoals de Natuurherstelwet of de ingetrokken verordening over duurzaam pesticidegebruik, werd al besproken in andere organen, met name het Comité van de Permanente Vertegenwoordigers van de EU (Coreper).
Sinds 2024 wordt de rol van Comagri en het SCL bij de vereenvoudiging van het GLB verklein,d omdat andere instellingen noodprocedures gebruiken. In de Raad werden alle besprekingen over de omnibusverordeningen, inclusief die over vereenvoudigingen van het GLB, gevoerd door de Raad Algemene Zaken en zijn speciale werkgroep voor vereenvoudiging, ondanks protesten van de landbouwministers. Zij drongen erop aan om de noodzaak van ‘de essentiële rol van het SCL bij de voorbereiding van zaken met betrekking tot het GLB’ te respecteren. Het bestaan van het SCL werd de afgelopen jaren systematisch in twijfel getrokken.
Voorstel MFK en GLB
Na de coronacrisis, de boerenbetogingen en de bocht naar rechts in het Europees Parlement, kreeg voedselzekerheid voorrang op milieubescherming. Met de benoeming van Christophe Hansen, lid van zelfbenoemde boerenpartij EVP, als Commissaris van Landbouw, geloofde men dat deze focusverschuiving zich zou doorzetten.
Het voorstel voor de volgende meerjarenbegroting van de EU (MFK), dat op dezelfde dag gepresenteerd werd als het nieuwe GLB, heeft deze perceptie doorprikt. In dit voorstel is het budget van het GLB opgenomen in de nationale en regionale partnerschapsplannen, een groot fonds waarin het GLB en het Cohesiefonds worden samengevoegd. Daarnaast is de regelgeving van het huidige GLB die sancties en controles regelt samengevoegd in het nieuwe prestatiekader dat voor de hele Europese begroting geldt.
Een aantal Europese landbouwministers uitten direct hun bezorgdheid over het voorstel. Tijdens de Landbouwraad in september protesteerden de Franse, Spaanse, Italiaanse en Slowaakse delegaties tegen hun machtsverlies. “Alle GLB-gerelateerde bepalingen moeten besproken worden in de Landbouwraad”, waarschuwde de Franse minister Annie Genevard. Ook het Europees Parlement heeft zich hierover kritisch uitgelaten.
Copa-Cogeca verliest invloed
Denktank IDDRI concludeert in een rapport dat op 30 september is gepubliceerd dat een groot deel van de GLB-maatregelen niet zullen onderhandeld worden door de traditionele spelers in het landbouwbeleid. Zo zal de verordening over het gemeenschappelijk fonds besproken worden door de Raad Algemene Zaken.
Volgens de denktank betekent het verlies van macht van de typische besluitvormingsorganen voor de landbouw – de Landbouwraad, SCL, Comagri... – dat landbouworganisaties, die dicht bij deze organen staan, het besluitvormingsproces voor het volgende GLB minder zullen kunnen beïnvloeden.
Copa-Cogeca voelt zich dan ook buitengesloten van de voorbereidende besprekingen en betreurt dat er geen echte openbare raadpleging heeft plaatsgevonden. Door het gemeenschappelijk fonds zouden ministeries die verantwoordelijk zijn voor economie en de begroting bovendien meer betrokken kunnen worden bij het opstellen van nationale plannen voor het GLB, gezien de toename van het aantal te cofinancieren maatregelen.
Een andere denktank, Farm Europe, ziet een bijkomend probleem. Het voorstel “technocratiseert het beleid door het om te vormen tot programma’s die nationale overheden en de Europese Commissie op ondoorzichtige wijze zullen beheren. Hierdoor worden politieke leiders, inclusief het Europees Parlement, gemarginaliseerd.”
Dit betekent nogmaals een verlies aan invloed voor agrarische besluitvormers, ten gunste van de ministeries van financiën. Die zouden volksvertegenwoordigers enkel nog maar secundaire elementen van deze programma’s overlaten, nadat alle belangrijke materie al is vastgelegd in besloten onderhandelingen. De Duitse Groene Europarlementariër Martin Hausling veroordeelde al dit gebrek aan democratie.
Farm Europe zet ook vraagtekens bij de relevantie van de aanbevelingen die de Europese Commissie zal doen aan de lidstaten voor hun strategische plannen voor het GLB. Door drastische personeelsinkrimpingen dreigen die niet meer dan een rubberen stempel voor de plannen van de 27 lidstaten te worden.
Straatsburg biedt weerstand
Iin het Europees Parlement weet Comagri echter voorlopig stand te houden. In vergelijking met de vorige zittingsperiode lijkt ze zelfs geleidelijk de macht over de milieucommissie terug te winnen. Bij de moeilijke verdeling van de bevoegdheden over het volgende MFK, heeft Comagri een gedeelde verantwoordelijkheid gekregen voor de nationale en regionale plannen met de begrotingscommissie en de commissie regionaal beleid.
Deze situatie zou een paar jaar geleden ondenkbaar zijn geweest, toen Comenvi bepaalde exclusieve bevoegdheden over het GLB kreeg. Het besluit van het Parlement werd vastgelegd in een stemming door de Conferentie van de fractievoorzitters op 22 oktober. De commissie Industrie, Onderzoek en Energie (ITRE) zal als enige verant-woordelijk zijn voor het fonds concurrentievermogen, maar ook hier zal Comagri betrokken worden bij de debatten voor een advies. Hetzelfde geldt voor het prestatiekader.
Uiteindelijk gaat nog altijd het halfrond van het Parlement over de nieuwe structuur van het MFK en kan het het hele concept van de nationale en regionale plannen verwerpen. Een resolutie van het Parlement zal ter stemming voorliggen tijdens een van de plenaire zittingen in november. Het gerucht gaat dat de Europese Commissie, onder druk, haar voorstel zou kunnen herformuleren. In een persbericht op 16 oktober wees de Commissie dit idee echter van de hand met het argument dat de tekst die op tafel ligt de Commissie in staat zal stellen om ‘effectief te reageren op de nieuwe uitdagingen van de EU’. Ze zei wel open te staan voor ‘constructieve uitwisselingen met het Europees Parlement en de Raad om naar hun standpunten te luisteren en erover te debatteren’. Dit zou een reddingslijn kunnen zijn voor de landbouw.