Europees Parlement op koffie bij Belgisch melkveebedrijf
Drie Europarlementsleden bezochten op 14 oktober het melkveebedrijf van de familie Guns in Tielen. “Om goede wetgeving te maken, hebben we regelmatig contact nodig met landbouwers. Zo begrijpen we hun problemen beter.” De melkveehouders gaven een overzicht van de uitdagingen waarmee ze te kampen krijgen, van administratieve overlast tot hinderende mestwetgeving.

Een delegatie van het Europees Parlement bezocht de melkveehouderij van de familie Guns in Tielen op 14 oktober. Van de partij waren 2 Belgen: Hilde Vautmans (Open Vld) en Benoît Cassart (MR). Ze werden vergezeld door de Roemeen Daniel Buda, lid van de christendemocratische en conservatieve EVP-fractie. In het Parlement is hij verantwoordelijk voor het moeilijke dossier rond diertransport.
De melkveehouderij heeft ongeveer 240 melkkoeien en 115 stuks jongvee en wordt beschouwd als een koploper op het vlak van duurzaamheid en dierenwelzijn. De boeren investeerden bijvoorbeeld in een serrestal voor het jongvee. “Het dak van de stal kan open om voor extra verluchting te zorgen, maar sluit automatisch wanneer het regent of hard waait”, legde Nick Guns uit aan de Europarlementsleden. In samenwerking met zuivelverwerker Danone vervangen de melkveehouders een deel van de soja in het rantsoen door geroosterde veldbonen: een duurzamere keuze.
“Landbouw en duurzaamheid kunnen hand in hand gaan”, zegt Benoît Cassart. “Deze boerderij is een voorbeeld van geavanceerde technologie die ook voldoet aan de uitdaging van productie, aangezien het koolstofarm maken van de landbouw door productie te verminderen en import te verhogen een mislukking is vanuit economisch, sociaal en milieu-oogpunt.”
Uitdagingen
Nick Guns leidde de Europese politici en hun entourage rond op het bedrijf, samen met zijn ouders Hilde en Jan. De 27-jarige melkveehouder staat klaar om het bedrijf over te nemen van zijn ouders. “Het is geweldig om te zien dat een jonge boer de boerderij van zijn ouders overneemt”, aldus Cassart. “De veeteelt heeft nog nooit zo’n veelbelovende toekomst gehad.” Vautmans bewondert de gedrevenheid van de familie: “Jonge boeren die, ondanks alle hindernissen waar de sector mee kampt, de moed hebben om te ondernemen en om de familieboerderij van 3 generaties verder te zetten.”

Uitdagingen zijn er genoeg voor de familie Guns. Nick vat samen wat hij verwacht van de politiek. “Herwaardeer dierlijke mest terug, zorg voor minder administratie en maak een einde aan de overmatige focus op stikstof. Waarom is Vlaanderen op dat vlak zo streng? Het maakt ons oncompetitief in vergelijking met melkveehouders in andere landen.”
Vautmans begrijpt de bezorgdheid. “Te veel regels maken het moeilijk om te boeren: stikstofdecreet, meststofplan, grachtwetgeving, ... Maar ook de stijgende meststofprijzen maken de boerenstiel bijna onwerkbaar. Boeren willen investeren en innoveren, maar de administratie en controles die gepaard gaan met subsidies en steunmaatregelen ontmoedigen hen. De job is al intensief genoeg zonder daarbovenop nog bergen papierwerk.”
Dierlijke meststoffen
Op hun land teelt de familie Guns veel gras voor het eigen rantsoen. Ze zijn dan ook te vinden voor het voorstel om grasland pas na 7 jaar te beschouwen als permanent. Deze versoepeling moet boeren meer flexibiliteit bieden en onnodig ploegen ontmoedigen en kan mogelijk nog voor het einde van het jaar goedgekeurd worden door de Europese instellingen.
Ze blijven echter worstelen met de beperkingen van de Europese Nitraatrichtlijn. Die beperkt de jaarlijkse toepassing van dierlijke meststoffen tot maar 170 kg stikstof per hectare. “We zouden graag meer mest zelf kunnen uitrijden. We zitten door deze wetgeving met een overschot en de kosten van het transport om de mest af te voeren zijn voor ons als veehouder. Dat kost ons 70.000 euro per jaar.”
Om hun overschot mest te verwerken denkt de boerenfamilie soms na over de installatie van een pocketvergister voor de productie van biogas, eventueel in combinatie met nabewerking nu de toelating van kunstmestvervanger Renure in de pijplijn zit. Het is echter geen goedkope investering, en ze vrezen dat het voor meer werk zorgt. En omdat de Nitraatrichtlijn het gebruik van dierlijke meststoffen beperkt, moeten landbouwers zoals de familie Guns wel chemische meststoffen gebruiken. “Kunstmest blijft ook nog altijd, in vergelijking met technische oplossingen zoals Renure, goedkoper en makkelijker, terwijl mest zoveel beter is voor de bodem en voor de gewassen.” Een uitbreiding van het plafond op dierlijke meststoffen zou de EU ook minder afhankelijk maken van kunstmestexporteurs zoals Rusland. Dat is allemaal voer voor de evaluatie van de Nitraatrichtlijn die momenteel aan de gang is.
Contact met boeren
“Een bezoek aan een landbouwbedrijf is altijd waardevol. Je voelt en hoort wat er écht leeft. De familie Guns was enorm open en eerlijk over de uitdagingen, maar ook vastberaden om door te gaan”, zegt Vautmans. Zelf zegt ze te willen zorgen voor minder regeldruk en meer rechtszekerheid, ‘met een eerlijker en transparanter vergunningenbeleid’. “Ook een correct speelveld en betere toegang tot grond zijn essentieel, zodat jonge boeren kunnen blijven investeren en een toekomst kunnen uitbouwen.” Vautmans verwijst daarbij naar de recente strategie voor generatievernieuwing van de Europese Commissie. “We moeten jonge boeren alle kansen geven om een toekomst op te bouwen in de landbouw.”
“Om goede wetgeving te maken, hebben we regelmatig contact nodig met landbouwers”, beaamt de Roemeen Daniel Buda. “Enkel door ervaringen uit te wisselen, begrijpen we de problemen waarmee boeren te kampen krijgen. Het is van het grootste belang dat we boeren ondersteunen.”