Startpagina Covid 19

Tewerkstellingsregels voor seizoensarbeiders land- en tuinbouw versoepeld

Zoals vorige week aangekondigd heeft de regering de regels voor seizoensarbeid in de land- en tuinbouw versoepeld. Dat moet een tekort aan arbeidskrachten vermijden. Door de coronacrisis dreigen immers heel wat Oost-Europese plukkers niet in ons land te geraken.

Leestijd : 2 min

In de land- en tuinbouwsector is het lenteseizoen een heel drukke periode. In Vlaanderen is de sector zeer afhankelijk van externe arbeidskrachten – vaak uit Oost-Europa – om de piekmomenten op het land op te vangen. Bijna 9 op 10 van de tienduizenden tijdelijke arbeidskrachten in de sector komt uit het buitenland. Maar door de coronacrisis geraken veel van die buitenlandse arbeidskrachten niet in ons land.

Vrijdag al kondigde minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) aan dat het maximum aantal dagen tewerkstelling wordt verdubbeld, zodat de seizoensarbeiders die er nu al zijn hier kunnen blijven werken. Concreet krijgen die seizoensarbeiders een tweede plukkaart. Zij zullen het dubbele quotum aan dagen (130 in plaats van 65) het hele jaar kunnen gebruiken

Volgens Boerenbond heeft de regering ook beslist om het maximum aantal dagen voor de fruitsector nog eens op te trekken. Open Vld-fractieleider Egbert Lachaert had daarover een wetsvoorstel ingediend. Tot nu toe gold in die sector ook een beperking van 65 dagen. Dat zou 100 dagen worden en dus uitzonderlijk dit jaar – door de coronacrisis – nog eens verdubbeld tot 200.

Tot slot werden ook de voorwaarden van de 180-dagenregel voor seizoenarbeiders versoepeld, zegt de Boerenbond. Deze regel bepaalt normaal dat een persoon alleen maar seizoenarbeider kan worden, voor zover hij of zij in de afgelopen 180 dagen niet gewerkt heeft als vaste werknemer in de land- en tuinbouw.

Belga

Lees ook in Covid 19

Meer artikelen bekijken