
Vaccinaties
Bijsluiter lezen
Het is aangewezen om steeds de bijsluiter met aandacht te lezen. Moet de toediening subcutaan of intramusculair? Hoe moet de flacon bewaard worden? Op welke plaats op het lichaam wordt het best gevaccineerd? Eenmaal een flesje aangeprikt is de bewaarbaarheid beperkt. Er werd voorgesteld tijdens de workshop om vervuiling te voorkomen bij gebruik door een naald in de fles te laten zitten. Voor grote aantallen kan een revolverspuit met dosisaanduiding gebruikt worden.
Klauwverzorging
Bert Driessen gaf de aanwezigen toelichting over klauwverzorging.
Op quasi alle schapenbedrijven komen klauwproblemen voor. Uit de rondvraag hoeveel maal per jaar de schapenhouders de klauwen onder
Bij rotkreupel hebben de hoeven de neiging om sneller te groeien. Rotkreupel kan men ook herkennen aan de reuk (kaasgeur), maar meestal ziet men ook ontsteking van de tussenklauw. Overgroei wordt weggeknipt, maar men mag nooit te veel wegsnijden, want dit kan leiden tot verdere verspreiding van rotkreupel. Losse delen worden wel weggesneden. Na het bijsnijden worden de hoeven behandeld met oxytetracyclines (spray). Na 10 dagen moet men de dieren terug onder handen nemen. Bij besnijden van dieren met rotkreupel moeten na elk dier de gebruikte mesjes/scharen ontsmet worden om overdracht te voorkomen. De afgeknipte klauwdelen moeten verzameld worden, want ze zijn een bron van verdere infectie.
Bij problemen met rotkreupel kan vaccineren soelaas brengen, zie ook hierboven. Vaccinatie moet om de 6 maanden herhaald worden, anders duiken de problemen weer op. De frequent voorkomende entknobbel is een negatief punt. Het is beter in de oksel te vaccineren dan in de hals, zoals geregeld wordt aangeraden. Ge-vaccineerde dieren kunnen tijdelijk koorts ontwikkelen, want immuniteit ontwikkelen kost energie.
Voetbaden
Voetbaden ter voorkoming of genezing worden iets minder frequent gebruikt dan vroeger. Ze kunnen pas een tiental dagen na het bijsnijden gebruikt worden, omdat anders de kwetsuren veroorzaakt door bijsnijden te veel pijn veroorzaken bij de dieren. Vroeger werden pootbaden gebruikt met formaldehyde, koper of zink, maar deze producten zijn momenteel verboden. Formaldehyde is trouwens kankerverwekkend. Koper- en zinkproducten zijn zware metalen , die het milieu belasten. Momenteel worden in klauwbaden organische zuren of etherische oliën gebruikt. Deze werken iets minder goed dan de hiervoor genoemde (niet meer toegelaten) producten.
Bij toepassing van voetbaden is het belangrijk dat de klauwen eerst gezuiverd worden van modder of andere onreinheden. Eerst de dieren tijdelijk opstallen, of ze eerst door een waterbad laten lopen om de hoeven schoon te maken, is dus aangewezen. Het pootbad moet lang genoeg zijn (3 m), zodat het contact van de producten met de hoeven voldoende intens is. Na dit voetbad moeten de producten kunnen inwerken, dus men kan het best de dieren tijdelijk opstallen, totdat alles opgedroogd is. Nadien worden de dieren in een ‘zuivere’ wei gelaten, dit is een wei waar de vorige 14 dagen geen schapen gelopen hebben.
Bij aankoop van dieren is het aangewezen om deze toch 14 dagen in quarantaine te plaatsen en ondertussen de klauwen te ontsmetten, ook al zien ze er ogenschijnlijk gezond uit. Dat is nodig om alle insleep, onder andere van rotkreupel, op het bedrijf te voorkomen.
Ergonomie
Voor de inspectie van de hoeven bij schapen vraagt het heel wat inspanning en kracht om de dieren op hun achterwerk te krijgen. Het is erg belastend voor de rug. Via een projectie werd getoond hoe je een schaap moet vastnemen en hanteren om het op zijn achterwerk te krijgen: hand onder de kin, kop naar achteren draaien en met de andere hand op de flank neerwaarts duwen, zodat het in zithouding komt.
Er bestaan ook hulpmiddelen om het onderhoud van de klauwen minder belastend te maken. Een mogelijkheid is de aanschaf van een kantelbox, die gekoppeld wordt aan een hekkensysteem, waarbij de schapen achter elkaar naar de box geleid worden. Bij het kantelen van een schaap is het altijd oppassen voor bruuske bewegingen die aanleiding kunnen geven tot knoopvorming in de darmen. Terugdraaien vanuit ruglig naar de uitgangspositie is wenselijk en niet het volledig ronddraaien van het schaap. Een ander hulpmiddel is de schapenstoel, waarbij het schaap als het ware achterwaarts in een zetel getrokken wordt, waarna de hoeven kunnen bijgesneden worden.
De bedrijven
Voor deze demo’s waren we te gast op 3 verschillende bedrijven. Bij dierenarts Norbert Steurbaut in Nederhasselt, zelf een Texel-stamboekkweker, werden we ingewijd in de werking van een ‘materniteit’ of geboortekliniek, waar schapenhouders hun ooien kort voor het aflammeren kunnen binnenbrengen en ze ter plaatse laten tot enkele dagen na de geboorte. Bij Walter Cleemput in Bornem konden we kennismaken met zijn Swifter-kwekerij en zijn aanpak van de selectie op basis van de vleeslamindex bekomen na het scannen. Bij Johan en Toon Schouteden in Houthalen-Helchteren waren we op een bedrijf dat zich met zijn 1.100 ooien gespecialiseerd heeft in natuur- en terreinbegrazing. Dit bedrijf ligt in het hart van het wolvengebied en heeft, om de dieren te beschermen, dan ook de jongste jaren zijn bedrijfsvoering aanzienlijk moeten aanpassen. Op deze specifieke problematiek komen we later nog terug.
We danken deze 3 bedrijven voor hun openheid en gastvrijheid. Zo kunnen we ook telkens weer van elkaar leren en dat is ook een doel van het organiseren van demonstraties en workshops.