De Europese Commissie bevroeg bijna 27.000 boeren en landbouwspecialisten van 7 maart tot en met 8 april. Zo hoopt ze meer inzicht te krijgen in de administratieve rompslomp en complexiteit waarmee landbouwers te maken krijgen en in waar het precies misloopt in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) of in andere EU-regels voor voedsel en landbouw. Uiteindelijk moeten er concrete verbeteringen vloeien uit deze bevraging.
Wie vulde de bevraging in?
81% van de respondenten zijn Europese boeren die GLB-subsidies aanvragen, de rest zijn boeren die geen subsidies aanvragen (16%) of landbouwspecialisten zoals boerderijadviseurs (3%). Een aantal lidstaten zijn te weinig vertegenwoordigd. Spanjaarden vormden bijvoorbeeld al een vijfde van de respondenten. 36% van de boeren zijn tussen 50 en 64 jaar oud, 48% tussen de 30 en 49. Boeren jonger dan 30 jaar vormen een kleine minderheid van de respondenten, maar 7%, net zoals boeren ouder dan 65 jaar (9%).
Boeren met zeer kleine boerderijen, die kleiner zijn dan 5 ha, maken maar 10% uit van de respondenten, terwijl 39% van de bevraagde boeren werkte op boerderijen van 5 tot 50 ha groot. De gemiddelde boerderijgrootte in de EU is 17,4 ha. In Vlaanderen is dat net iets groter, gemiddeld 27,6 ha in 2022. Nog eens 19% van de respondenten had boerderijen tussen 51 en 100 ha. Boeren met boerderijen groter dan 100 ha vormden 31% (waarvan groter dan 500 ha zelfs 5% van het totale aantal deelnemende boeren). De meest voorkomende teelten en producties in de survey waren granen en andere veldgewassen, gevolgd door rundvlees en melkproducten, wijn en olijfolie.
GLB-steun
De survey toont aan dat boeren nogal wat tijd spenderen achter een bureau, in plaats van op het veld. 33% van de bevraagde boeren die GLB-steun aanvragen, spendeert meer dan 6 dagen per jaar aan administratieve taken ervoor. Dit houdt ook documentatie in om te voldoen aan de conditionaliteit (de voorwaarden). 24% is er 5 tot 6 dagen aan kwijt, 38% van de bevraagde boeren spendeert 1 tot en met 4 werkdagen aan administratie voor de GLB.
De meeste boeren die GLB-steun willen, moeten gebruikmaken van hulp van derden om op zijn minst een deel van die subsidieaanvragen in orde te brengen (78%). Die hulp komt van landbouwverenigingen en coöperaties (36%), bedrijven zoals consultants en banken (25%), of van overheden voor 18% van de boeren die op de survey reageerden.
Boeren vinden het volgens de EU-survey niet handig om hun mobiele telefoon te gebruiken om geo-tagged foto’s te trekken in het kader van de GLB: de helft ervan gebruikt het überhaupt niet, en zo’n 50% van de mensen die het wel gebruiken ervaart problemen daarbij. Ze vinden dat het te veel tijd kost, dat de app niet gemakkelijk in gebruik is of zelfs gewoonweg niet goed werkt. Ook krijgen sommige boeren geen directe feedback of de foto accuraat genoeg is.
Uit de survey bleek ook dat het grootste deel van het bijhouden van boerderijactiviteiten, zoals gebruik van diergeneesmiddelen of pesticiden, nog steeds manueel gebeurt. Andere opties, zoals management software of automatische registratie door sensoren, lijken nog niet overal in Europa even hard aan te slaan.
Boerderijbezoeken
44% van de Europese boeren gaf aan dat ze dezelfde informatie meerdere keren moesten aangeven. Het gaat vooral over bepaalde documenten voor de belastingaangifte, of over rapportering over landgebruik (gewassen) en omgevings- en gezondheidsgerelateerde (water, mest, pesticiden, ...) rapportering.
In de laatste 3 jaar kreeg ongeveer 70% minstens 1 keer controle op bezoek in verband met GLB-steun of omwille van andere redenen. 36% van de boeren kreeg maar 1 keer controle op bezoek, maar voor maar liefst 16% waren dit 3 of meer boerderijbezoeken voor controle. De voorbereiding en nawerk voor 1 zo’n bezoek kostte voor 63% van de boeren tussen een halve en hele dag werk. Voor 20% kostte dit 2 dagen en voor 16% zelfs meer dan 2 dagen werk.
De Commissie stelde al voor om bepaalde controleprocessen te versimpelen. Zo wil het boerderijbezoeken door de overheden van lidstaten met de helft verminderen door boerderijen van minder dan 10 ha, ongeveer 65% van de GLB-begunstigden, vrij te stellen van controles en boetes. “Deze maatregel komt rechtstreeks tegemoet aan verzoeken van de lidstaten. Omdat de overheid minder bezoeken hoeft af te leggen, hebben de boeren meer tijd voor hun kerntaken”, aldus de Commissie in een persbericht. De landbouwcommissie van het Europees Parlement keurde de versoepeling van deze maatregel en enkele milieuvoorwaarden in het GLB op maandag 15 april goed. De plenaire vergadering moet eind april, tijdens haar laatste werkweek voor de verkiezingen, nog een finale beslissing nemen.
Een gedetailleerde analyse van de survey komt er nog in het najaar van 2024. Eerst wil de EU boeren en landbouworganisaties individueel bevragen. Zo hopen ze een meer gedetailleerd en diepgaandere kijk te krijgen in de problemen van landbouwers, en in op welk beleidsniveau die zich juist afspelen.
Thor Deyaert