Corteva biedt een oplossing om stikstof te fixeren: Utrisha N en BlueN

Stikstof, en vooral het stikstofakkoord, houdt vele landbouwers bezig. Om het milieu te sparen moet de stikstofemissie danig naar omlaag. Het is daarom efficiënt om stikstof uit de lucht te benutten, moet Corteva gedacht hebben. Tijdens het Volsog-event deed het bedrijf een eerste lancering van 2 nieuwe producten in hun gamma: de biostimulanten Utrisha N en BlueN. Utrisha N en BlueN is hetzelfde product dat met 2 merknamen in de Belgische markt verkrijgbaar is.

“Het is een bladbespuiting dat in alle teelten ongezet kan worden. Omdat het een biostimulant is, kan het ook in de biologische teelt worden ingezet. De producten kunnen worden toegepast met behulp van een spuittoestel”, aldus Frederik De Witte, customer technology specialist bij Corteva. De formulering van beide producten is WP (wettable powder), en moet maar één keer toegepast worden in het aanbevolen gewasstadium.

Met een stikstoffixerende bacterie

Het succes van het product zit in de werkzame bacterie die de producten bevat, namelijk Methylobacterium symbioticum. Deze bacterie is in staat om stikstoffixatie in de lucht mogelijk te maken, net zoals de rhizobium-bacteriën dat doen bij vlinderbloemige gewassen zoals klaver en luzerne. Ze gebruiken het nitrogenase-complex om N2 om te zetten in een opneembare vorm voor de plant. “De methylobacterium is een bacterie die door het immuunsysteem van de plant wordt aanvaard en zich in het plantenweefsel kan verspreiden. Ze dringen de plant binnen via de huidmondjes van het blad en gebruiken vervolgens methanol om te groeien. Methanol wordt door de plant uitgestoten via de huidmondjes, en via die weg kunnen de bacteriën de plant succesvol koloniseren”, aldus De Witte.

Utrisha N en BlueN kunnen tijdens de hele levenscyclus van de plant stikstof aanleveren, wat een voordeel is tijdens droge periodes wanneer de plant moeilijk stikstof uit de bodem kan halen. Als de plant stikstof nodig heeft, zal die dus geleverd worden. “Per teelt kan het ongeveer 30 (tot maximaal ± 50 kg) eenheden stikstof fixeren voor de plant. Zo heeft de plant op elk moment net genoeg om de fotosynthese optimaal te laten verlopen”, klinkt het nog. Een bijkomend voordeel is dus dat de producten geen impact hebben op het nitraatresidu in de bodem.

Goede werking in maïs

In maïs werden er proeven gedaan in Frankrijk, Duitsland, Hongarije, Spanje en Italië. Telkens konden de onderzoekers dezelfde conclusies trekken: hoe groter de stikstofarmoede, hoe meer er ter beschikking wordt gesteld aan de plant. Gaf men 90 kg N/ha, dan werd slechts een korrelopbrengst bekomen van 12,9 ton/ha. Werd bij deze stikstofgift nadien behandeld met de biostimulant, dan was de korrelopbrengst 800 kg/ha hoger. Bij een stikstofgift van 220 kg/ha of 150 kg/ha, dan werd de korrelopbrengst ook nog verhoogd. “In een iets mindere mate, maar toch nog goed. Telkens was er sprake van een opbrengststijging van 300 kg/ha”, aldus De Witte.

Hij benadrukt wel dat het proces tijd nodig heeft. “Je zal één week na toepassing nog geen effect zien, wel na 3 à 4 weken”, geeft hij mee. Dat is niet altijd met het blote oog te zien maar vaak wel met een fotosynthesemeter. Als het middel onder goede omstandigheden wordt gespoten zal de bacterie na een week de eerste stikstof leveren aan de plant. Het proces is pas volledig ‘op stoom’ na ongeveer 3 weken.

Ook in andere teelten

In principe mogen de producten in alle teelten worden toegepast. De Witte geeft mee dat zowel in aardappelen, graan en winterkoolzaad proeven liepen met een positief resultaat.

Uit proeven in aardappel op 2 locaties in Nederland en Duitsland bleken de planten meer knollen te produceren. De aardappelen blijken ook groffer te zijn in vergelijking met planten die enkel een stikstof kregen. Deze resultaten werden ook bevestigd in Duitse proeven.

Ook in wintertarwe bewijzen de producten hun nut. “In graan wordt de stikstof efficiënter gebruikt. Het gewas wordt gestimuleerd meer in te zetten op stikstof. De aren verschijnen sneller en de vulling van de aren ook. Er was 2 tot 6% meeropbrengst. Het gewas komt soms wel wat korter te staan. Dit heeft aan de ene kant als gevolg dat er minder risico is op legering, aan de andere kant is de stro-opbrengst ietwat lager”, verklaart De Witte. In granen blijkt bovendien het eiwitgehalte hoger in teelten waar de producten correct worden toegepast.

In winterkoolzaad bewijzen Utrisha N en BlueN meerwaarde door een hogere opbrengst en eiwitgehalte. “Dat was zelfs het geval wanneer de teelt al een topproductie gaf”, werd verkondigd.

Correct toepassen

Elke teelt heeft zijn eigen toepassingsstadium. Bij maïs past men best toe bij 4-6 blad. Iets later mag ook, maar iets eerder liever niet omdat er dan nog te weinig biomassa is. Bij granen gebeurt dat best vanaf einde uitstoeling tot tweede knoop vlagblad en bij aardappelen bij de snelle loofgroei voor het sluiten van de rijen. Ook de temperatuur is cruciaal. De Witte: “De inoculatie van de bacterie lukt pas vanaf gemiddelde etmaaltemperaturen van 10 °C of hoger. We adviseren het middel daarom toe te passen vanaf een dagtemperatuur vanaf 13 °C en nachttemperaturen vanaf 5 °C. Maar eigenlijk is iets warmer nog beter.”

Utrisha N en BlueN hoeven bovendien maar 1 keer toegepast te worden. “Het is echter wel belangrijk de correcte dosis van 333 g/ha te gebruiken om een goede werking te garanderen. Mengingen kunnen, maar zeker niet met alles, omdat ze een negatief effect op de bacterie kunnen hebben. Zo worden producten met chloor of koper afgeraden. Wil je mengen met andere producten, raadpleeg dan eerst de mengbaarheidslijst”, klinkt de raad.

Als de huidmondjes open zijn

Omdat het product enkel via de huidmondjes van de bladeren de plant binnengaat, is het belangrijk te weten wanneer ze openstaan. Dat is het geval in de vroege ochtend voor 10 uur. “Hou er ook rekening mee dat het tot 3 dagen na behandelen vorstvrij moet zijn, dus hou de weersvoorspellingen in het oog”, aldus De Witte. Als je weet dat de planten last hebben van stress, zoals droogtestress of bij aanwezigheid van ziekten, raadt De Witte ook af om de producten toe te passen. “Bij stress gaan de huidmondjes namelijk dicht”, verklaart hij.

Voor een goede opname en verspreiding in het veld moet voldoende water gebruikt worden. 80 tot 250 l/ha is voldoende. De korrels moeten opgelost zijn voor het terecht komt in de spuittank. De Witte prijst in het algemeen het gebruiksgemak van het product: “Het poeder is echt heel licht en gemakkelijk in gebruik. Het product is bovendien 2 jaar houdbaar. Eens de verpakking geopend is, moet het goed worden afgesloten en binnen een jaar worden opgebruikt. Maar bovenal: aangezien Utrisha N en BlueN de plant bij correcte toepassing de plant tijdens het gehele groeiseizoen stikstof laat fixeren, kan het perfect worden ingezet in stikstofbeheerprogramma’s, iets dat zeker nuttig is in deze tijden.”

Marlies Vleugels