Startpagina Actueel

‘Bij mobiel slachten zijn welzijn en hygiëne moeilijker te controleren’

Is mobiel slachten (bij de veehouder) inzake dierenwelzijn beter dan in het slachthuis? Dat was de inzet van een discussie in de commissie Dierenwelzijn van het Vlaamse parlement. Positief is dat de dieren dan niet de stress van het transport ervaren. De rendabiliteit is een eerste kanttekening. De sector vraagt zich ook af hoe je bij mobiel slachten de voedselhygiëne en het dierenwelzijn kan garanderen.

Leestijd : 5 min

De discussie over mobiel slachten kwam er na een parlementaire vraag van Els Sterckx (Vlaams Belang) aan Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA). Haar vraag kwam er na eerdere beschuldigingen van Animal Rights dat er bij het Exportslachthuis in Tielt inbreuken op het dierenwelzijn zijn vastgesteld.

Actieplan

“Het slachthuis in Tielt wordt constant gevolgd door een zogenaamde dierenarts met opdracht (dmo’s). Het klopt dat er in 2021 4 administratieve opmerkingen gemaakt werden op relatief korte termijn. Dat was voor mij het signaal dat de aandacht inzake dierenwelzijn misschien wat verslapt was. Ik heb het bedrijf dan een actieplan laten maken. Een eerste actieplan werd verworpen. Het tweede wordt momenteel geëvalueerd. Het goede nieuws is dat de controle werkt en dat we heel snel kunnen ingrijpen”, zegt minister Weyts.

“Er zijn momenteel 57 dierenartsen met opdracht, zodat elk regulier Vlaams slachthuis door minstens 1 dmo gevolgd wordt. Een aantal kleinere slachthuizen met heel beperkte capaciteit worden gevolgd door een ‘vliegende brigade’. Er loopt een studie om de werking van de dmo’s nog te optimaliseren.”

Constructieve dialoog

Het Exportslachthuis betreurt dat de focus van de parlementaire vraag lag op de actie van Animal Rights. “De gedateerde beelden waarnaar opnieuw wordt verwezen, weerspiegelen in geen geval de huidige werking van het slachthuis en dragen niet bij tot een constructieve dialoog. In essentie gaat het hier over gebeurlijke – maar uiteraard te vermijden – waarschuwingen. Er is met andere woorden geen sprake van een inbreuk op het dierenwelzijn. Geen enkele organisatie is feilloos en dus moet ook onze organisatie soms bijsturen, ondanks onze ambitie om dierenwelzijn te allen tijde voorop te plaatsen.”

Verbeteringen

Over het tweede actieplan kan het bedrijf nog niets kwijt, maar het heeft wel een lijst van verbeteringen opgesteld. De belichting in de stallen en op de loskades werd verbeterd. Er werden lampen gehangen in de verdoofkooien, zodat de dieren minder stress ervaren bij het betreden van de kooien en zodat ze er vlotter in wandelen. In 2022 en 2023 wordt geïnvesteerd in extra geluidsdemping. Er is een hoge frequentie van opleidingen van de werknemers en bijscholing van verschillende Animal Welfare Officers door middel van de lessenreeks Dierenwelzijn, -ethiek en -rechten van KU Leuven en de UGent.

Het bedrijf neemt deel aan het Future Pigproject van Flanders’ FOOD, waarbij het stressniveau van de dieren wordt onderzocht en er, op basis van wetenschappelijke inzichten, passende investeringen worden gedaan. De spiegels in de opdrijfgang worden zo vaak vervangen als nodig. Er werden extra camera’s geïnstalleerd met zicht op de opdrijfgang om het toezicht te verbeteren.

Mobiel slachten

Meyrem Almaci van Groen stelde zich aansluitend vragen bij de geplande uitbreiding van het slachthuis in Tielt. “De vergunning daarvoor werd geweigerd door minister Demir. Ik vraag mij af of schaalvergroting de richting is die we moeten volgen. Met de focus op snelheid en volumes verslapt vaak de aandacht. Een aantal jaren geleden is er een debat gestart over mobiel slachten. Ook vanuit Europa wordt toch aangegeven dat dat een interessant gegeven is. De transport-stress valt weg. Dan zit je in een heel andere context van slachten, ook voor heel wat boeren. We zien immers ook dat heel veel boeren met heel veel zorg voor hun dieren te werk zijn gegaan en dat ze het heel moeilijk hebben met die laatste stresserende uren en dagen. Ze weten niet of het dier dat zij hebben verzorgd, bij het slachten uiteindelijk op een dierwaardige manier aan zijn einde komt. Ik weet dat er een vraag is inzake rendabiliteit, maar voorbeelden uit het buitenland tonen aan dat dat eigenlijk best wel rendabel is.”

Ook Ludwig Vandenhove van Vooruit wil de mogelijkheden van mobiel slachten laten bekijken. Hij heeft daarover trouwens zelf al een aantal vragen gesteld in de commissie Landbouw. “Het antwoord dat we in de commissie Landbouw kregen, was inderdaad dat dit een economisch probleem is. Minister Weyts zou hierover moeten overleggen met zijn collega van Landbouw. Misschien kunnen we bepaalde landbouwsubsidies die nu in de landbouwsector gaan naar zaken die minder goed zijn voor het dierenwelzijn heroriënteren om ze in te zetten voor mobiel slachten. Het is niet zo dat ik meteen pleit voor subsidies, maar als we echt naar mobiele slachtinstallaties willen gaan en proberen om zo weinig mogelijk witte vlekken te hebben in Vlaanderen, daar waar nog landbouwactiviteiten zijn, dan denk ik toch dat dat de enige oplossing zal zijn”, aldus Vandenhove.

Kippen

Minister Weyts stelt zich vragen bij de rendabiliteit van mobiel slachten. “ik probeer al lang mobiele units op te zetten, maar dat is een kwestie van rendabiliteit. Er zijn 2 vormen van mobiel slachten. Een eerste, waarbij de dieren bij de veehouder gedood worden en dan binnen de 2 uur getransporteerd worden naar het slachthuis. Bij een tweede gebeurt ook het uitslachten op locatie en vooral deze vorm van mobiel slachten is weinig rendabel, zeker voor varkens en runderen. Voor kippen is het mogelijk wel rendabel. Ik probeer privé-initiatieven dan ook aan te moedigen en ben bereid om ondersteuning te verlenen. Ik heb die boodschap ook aan BioForum gegeven en hun gevraagd om een subsidiedossier in te dienen. Ik hoop dat ze dat doen.”

Controle

Het Exportslachthuis is geen vragende partij om over te stappen op mobiel slachten. “We begrijpen de bezorgdheden inzake dierenwelzijn, maar wijzen erop dat een dergelijk systeem het net moeilijker zou maken om het welzijn van de dieren te garanderen. De controlemogelijkheden, die op grote sites als de onze wel mogelijk zijn, zijn bij mobiele slachtploegen bijzonder moeilijk te organiseren, niet enkel voor dierenwelzijn, maar ook op het vlak van voedselveiligheid.”

Filip Van der Linden

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken