Startpagina Bedrijfsnieuws

Via Agrility nog meer halen uit goede genetica bij Limagrain

Eind december vorig jaar startte Limagrain zijn Agromeetings doorheen het Vlaamse land. Via een afzonderlijk informatiemoment werd de vakpers bijgepraat over Limagrains ervaringen in en nieuwigheden voor de maïsteelt.

Leestijd : 5 min

Vooreerst stond marketing- en communicatiemanager, Thomas Truyen, stil bij de teeltomstandigheden voor maïs in 2023. “We zijn vorig jaar van het ene uiterste naar het andere gegaan”, merkte hij fijntjes op.

Begin mei vorig jaar kregen we veel regen, pas vanaf half mei kon de zaai van maïs starten. Van een extreem natte situatie zijn we naar een heel droge en warme situatie gegaan richting een natte zomer. “Dat is ideaal voor de maïsteelt in ons land. Door regelmatige neerslag en veel zonneschijn heeft de maïs de voorbije zomer veel kunnen inhalen.” September 2023 was de warmste septembermaand sinds het begin van de metingen, met enkele hevige regendagen net voor het weekend van de Werktuigendagen.

Tot half oktober was het mooi weer en dan leek het alsof we tijdens het najaar van 2023 van de regen in de drup zijn gekomen. “Eind december stond er nog steeds korrelmaïs op het veld. Sommige landbouwers kunnen in 2024 tweemaal korrelmaïs oogsten”, grapte Thomas Truyen. We denken dat dit ook het geval kan zijn voor suikerbieten en aardappelen.

Lessen trekken

Uit de ervaringen in 2023 trekt Thomas Truyen eerst en vooral de les om de rassenkeuze te baseren op meerjarige resultaten om jaarextremen uit te filteren. “In de winter, wanneer we de rassenkeuze maken, weten we nog niet wanneer we kunnen zaaien en welke weersomstandigheden we krijgen tijdens het teeltseizoen.”

Jaarlijks worden er in België 350 maïsrassen verkocht. Truyen stelt zich hierbij de vraag hoeveel ervan getest zijn en goed bevonden werden. “Het is niet omdat een maïsras bijvoorbeeld in Bulgarije goed presteert, dat het in onze Vlaamse praktijksituatie in een extreem jaar het goed doet. Kies daarom voor bewezen kwaliteit en zekerheid.” Ter vergelijking: in Duitsland worden er jaarlijks 600 à 700 maïsrassen vermarkt en in Nederland slechts 60 à 70 rassen. “Staat uw variëteit bij onze noorderburen niet op de nationale rassenlijst, dan is een landbouwer niet bereid om het te kopen.”

Thomas Truyen adviseert om bij ons voor vroegrijpe rassen te kiezen. Deze bieden hoge opbrengsten, betere kwaliteit en meer oogstzekerheid. Tijdens het persmoment dat we bijwoonden brak hij echt een lans voor het rassenonderzoek dat bij ons gerealiseerd wordt. Hij vergeleek de drogestofopbrengsten uit het Varmabel-rassenonderzoek tussen de zeer vroege-vroege kuilmaïsrassen en de halfvroege-halflate rassen. In 2023 lieten die een gelijke opbrengst zien. In 2022 presteerde de zeer vroege-vroege groep kuilmaïsrassen zelfs beter. Hij vroeg zich dan ook af, waarom we risico zouden nemen met het telen van latere rassen, als de opbrengst niet beter is.

Late variëteiten hebben dan wel meer tijd om te groeien, in de opbrengstcijfers zie je dit niet terug. Later snijmaïs oogsten gaat vaak gepaard met moeilijkere oogstomstandigheden én met bijvoorbeeld structuurschade.

Ideaal oogsttijdstip inschatten

Het ideale oogsttijdstip voor kuilmaïs inschatten kan via het drogestofpercentage, dat ideaal ligt tussen 34 en 36 %. Je kan het ook opvolgen via de temperatuursom of via proefstaalnames. Deze laatste worden ook gepubliceerd in Landbouwleven. Limagrain stelt nu nog een manier voor om het ideale oogsttijdstip van kuilmaïs te bepalen. Ze doen dit nu via een toepassing op het internet, ‘agrility’ genaamd. Je kan inloggen op dit digitale platform, dat op basis van satellietbeelden werkt om je te helpen meer uit je maïs te halen. Er is een gratis freemium-pakket en een betalend premiumpakket dat nog meer toepassingen biedt. Beide versies geven een opvolging van de gewasontwikkeling weer. Eventueel kan de maïsteler op basis hiervan beslissen om al dan niet bladmeststoffen toe te dienen.

De premiumversie geeft in de zomer al een voorspelling van de drogestofopbrengst per ha. Ook krijgt de snijmaïsteler hier een zicht op de afrijping van zijn maïs en een voorspelling van het ideale oogstmoment. “Enkele weken vooraf kan zo de landbouwer zijn loonwerker vastleggen om op het meest ideaal ingeschatte moment zijn maïs te komen hakselen”, illustreert Thomas Truyen de mogelijkheden van Agrility.

Dit digitale platform maakt gebruik van satellietbeelden die om de 2 à 4 dagen gevormd worden. Daarnaast houdt de toepassing rekening met de klimatologische gegevens (temperatuursom, neerslaghoeveelheid) gebaseerd op een weerstation dat zo dicht mogelijk bij het betreffende perceel staat. Ook met bodemparameters houdt Agrility rekening. Dit kan de landbouwer zelf fijn afregelen via gegevens van zijn bodemanalyse. Als laatste parameter kent het platform de kenmerken van de gezaaide variëteit. Dit alles moet ervoor zorgen dat er geoogst kan worden bij de beste voederwaarde.

Celwandverteerbaarheid of onbestendig zetmeel

Bij Limagrain maken ze bij hun LG- maïsrassen een onderscheid tussen HDi- en Starplus-rassen. De eerste bieden een uitstekende celwandverteerbaarheid en zijn ideaal voor rantsoenen met veel maïs. De beter verteerbare celwanden zorgen voor een hogere opname van ruwvoer. De Starplus-rassen zijn er voor rantsoenen met weinig maïs en bieden veel onbestendig zetmeel. “De rassenkeuze moet dan ook in functie van het rantsoen gemaakt worden”, klinkt het advies bij Limagrain.

LG 31.224 (fao 210) is het belangrijkste ras voor Limagrain. Dit is een vroeg kuilmaïsras dat een zeer goede jeugdgroei kent en dat een goede verteerbaarheid van de restplant en een hoog bestendig zetmeelgehalte heeft. Het is een flexibel ras op het gebied van zaaidatum: van half april tot eind mei kan het ingezaaid worden. Tevens past het prima in rantsoenen met veel maïs.

Thomas Truyen verwees tevens naar de Hydraneo-rassen. Deze komen voort uit een uitgebreide Europese netwerk waar sinds 2021 rassen getest worden op hun droogtetolerantie. Ook in een nat jaar blijken dit opbrengsttoppers, dankzij de selectie, die zich focust op een uitgebreid wortelgestel.

Zo investeren Hydraneo-rassen meer energie in hun wortelontwikkeling. Dit kan komende jaar misschien wel eens het verschil maken op gronden met structuurschade door de moeilijke oogstomstandigheden van 2023. In het Hydraneo-rassenaanbod heeft Limagrain komend jaar een nieuwigheid te introduceren met het ras Chelsey (fao 215).

Tim Decoster

Lees ook in Bedrijfsnieuws

Milcobel kondigt reorganisatie aan

Bedrijfsnieuws Op een Bijzondere Ondernemingsraad kondigde zuivelcoöperatie Milcobel de intentie aan om haar organisatie de komende maanden te hervormen om het bedrijf efficiënter en weerbaarder te maken voor de toekomst.
Meer artikelen bekijken