Eerste maïshakselaars komen in actie
Op donderdag 12 september namen de LCV-partners weer stalen bij de maïs om de afrijping op te volgen. Het netwerk werd nog uitgebreid met een locatie in Zichem, gezaaid op 20 juni. Daarmee is ook de laatst gezaaide locatie opgenomen in het netwerk. Op deze locatie werd SY Glorius vervangen door SY Daikini.

De cijfers voor de locaties die voor 15 mei werden gezaaid geven ook aan dat het zeer vroege ras LG31206 zijn oogstmoment begint te naderen. Op de locatie Bocholt geldt dit eveneens voor Benedictio. Op de andere locaties die rond 15 mei werden gezaaid, schommelen de waarden voor de andere rassen rond 27-29% . De afgelopen week waren de nachten fris, wat de afrijping remde. De voorspellingen geven echter terug warmer weer, wat het afrijpen zal bevorderen.
Ook op de locatie in Sint Niklaas, gezaaid op 24 mei, is het gemiddelde drogestofpercentage 30,3%. Hier zijn het echter niet de vroege rassen die de hoogste waarden laten zien, maar wel de latere rassen SY Glorius en P8888.
De late rassen SY Glorius en P8888 laten ook op de andere later gezaaide locaties een hoger drogestofpercentage zien dan de vroege rassen. De locatie in Geel vormt hier een uitzondering op. Daar volgt de afrijping min of meer de vroegheid van de rassen.
Gemiddeld genomen bedraagt het drogestofgehalte op de locaties gezaaid na 20 mei 23-24%. De oogst zal hier nog meerdere weken op zich laten wachten.
De eerste hakselaars zijn ondertussen in het veld verschenen of er zijn plannen gemaakt om de oogst aan te vatten. Het gaat hier in deze gevallen dan doorgaans over percelen die vroeg werden gezaaid, in combinatie met een vroegrijp ras.
Aangezien op sommige bedrijven de maïsoogst kortelings start, willen we nog even de aandacht vestigen op de basisregels voor inkuilen. Deze kan je nalezen op de website van LCV via volgende link: https://www.lcvvzw.be/publicaties/page/2/