Iepers bedrijf bron van hogere concentraties aan fungicide
In het bedrijfsafvalwater van een Iepers bedrijf dat loost in de Ieperlee zijn sterk verhoogde concentraties van 1,2,4-triazool gevonden. Dat is een afbraakproduct van chemische stoffen dat vaak gebruikt wordt als schimmelbestrijder/fungicide.

De lozingen van het betrokken bedrijf dragen ‘in belangrijke mate’ bij aan de overschrijding van de triazoolnorm in het drinkwater van het waterwingebied De Blankaart in West-Vlaanderen. Volgens minister van Omgeving en Landbouw Jo Brouns (cd&v) is er geen gezondheidsrisico, maar er komen wel gerichte maatregelen om de concentraties te verminderen.
Tijdelijke afwijking
Even terug naar 20 december 2024. Toen besliste minister Brouns om de Watergroep een tijdelijke afwijking toe te staan voor de stof 1,2,4-triazool van 1 microgram/l terwijl de Europese voorzorgswaarde op 0,1 microgram/l ligt. Volgens de minister was de tijdelijke versoepeling nodig om de levering van drinkwater te blijven verzekeren in West-Vlaanderen.
Tegelijk kreeg De Watergroep 3 maanden de tijd om een actieplan op te stellen. Uit dat actieplan blijkt dat naast de vastgestelde waardes aan de grens en in het landbouwgebied, die allebei onder de drinkwaternorm zitten, één belangrijke concentratie triazool kon worden gedetecteerd in de Ieperlee, een belangrijke waterloop in de Westhoek.
Bedrijfsafvalwater
Uit staalnames blijkt nu dat er sprake is van verhoogde concentraties (van 18 microgram 1,2,4-triazool/l) in het geloosde bedrijfsafvalwater van een Iepers bedrijf. De 18 microgram/l is gemeten aan de lozingspijp van het bedrijf en wordt verder in de waterloop nog verdund en nadien nog gefilterd. Maar de lozing van het afvalwater draagt wel in belangrijke mate bij aan de vastgestelde overschrijding van triazool in De Blankaart, klinkt het.
Minister Brouns benadrukt dat er geen sprake is van gezondheidsrisico's en dat het kraanwater perfect veilig is, maar de minister laat de milieu-inspectie wel samen met het bedrijf de nodige maatregelen nemen. Op die manier hoopt hij de tijdelijke toegestane norm in het drinkwater te kunnen verlagen naar het normale niveau.
“Het is positief dat we op zo'n korte termijn een plaatselijke vervuiling hebben gevonden die in belangrijke mate bijdraagt aan de aanwezigheid van de chemische stof. Dit betekent dat we met de juiste maatregelen gericht kunnen ingrijpen.”, aldus minister Brouns.
Extra stappen
Naast de concrete maatregelen met het betrokken bedrijf, voorziet minister Brouns nog extra stappen. Zo zijn de bevoegde ministers in Wallonië en Frankrijk gecontacteerd met betrekking tot de vaststellingen in de grensstreek. Verder wordt aan de landbouwers in het gebied gevraagd om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te registreren en te melden in functie van een gedetailleerder bronnenonderzoek.
“Het is alvast goed dat er een bron gevonden is”, zegt Groen-fractieleidster Mieke Schauvliege. “Maar of hiermee het probleem echt van de baan is, is helemaal niet zeker”, klinkt het.
Volgens Schauvliege zijn er ook in andere gebieden in West-Vlaanderen hoge concentraties vastgesteld. “In 2023 werd er nog 41 ton gewasbeschermingsmiddelen verkocht in Belgie die 1,2,4 triazole als afbraakproduct hebben. De oorzaak kan dus onmogelijk bij één bedrijf gelegd worden. Het toont vooral aan dat er veel te weinig ingezet wordt op meten en handhaven bij overtredingen. Brouns moet vooral verder zoeken naar de bron en daarop ingrijpen”, besluit Schauvliege.
Alle bronnen in rekening brengen
Boerenbondvoorzitter Lode Ceyssens: “Wij vinden het positief dat er gezocht wordt naar de bronnen van triazolen in het West-Vlaamse drinkwater. Dit resultaat toont duidelijk aan dat er niet altijd en alleen naar landbouw mag gekeken worden als het op waterkwaliteit aankomt. Ook andere bronnen moeten in rekening gebracht worden en blijken zelfs een grotere impact te hebben.”
“Als landbouwsector namen we onze verantwoordelijkheid al op en zijn er heel wat stappen genomen om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zo veel mogelijk naar beneden te halen. Ze worden enkel gebruikt als het nodig is en dit op een verantwoorde manier. Het is goed dat nu ook anderen hun verantwoordelijkheid moeten opnemen”, aldus nog Ceyssens.