Landbouwers wapenen zich meer en meer tegen droogte
Op de meest recente bijeenkomst van de commissie Leefmilieu in het Vlaams Parlement was niet te voorspellen hoe de nabije toekomst van de droogteproblematiek in te schatten viel. Minister Jo Brouns (cd&v) ging van actuele situatie op 20 mei uit om een spervuur van vragen en bedenkingen uit zowat alle parlementaire hoeken te counteren.

De minister maakte duidelijk dat uit vorige droogtecrisissen lessen getrokken zijn en er doordachte en duidelijke afspraken gemaakt werden tussen de verschillende betrokken actoren. Die ervaringen en afspraken worden nu toegepast. Inzake droogtebeheer zegt Brouns dat hij in heel nauw contact staat met de verschillende betrokken diensten.
Draaiboek droogte en water
Op 20 mei waren er binnen de Vlaamse bevoegdheden nog geen concrete maatregelen aangekondigd. Minister Brouns hield er aan toe te lichten waarom dat nog niet nodig was. Zijn uitgangspunt is het draaiboek inzake droogte en waterschaarste dat sinds 2022 actief is en in april van dit jaar nog geactualiseerd werd. Het draaiboek bepaalt de rollen en de verantwoordelijkheden van alle betrokken stakeholders en de verschillende stappen die moeten worden gevolgd.
Naast het draaiboek werd in 2022 ook een wetenschappelijk onderbouwd afwegingskader opgeleverd. Dat kader bevat een hele reeks indicatoren die permanent gemonitord worden, gaande van neerslag en verdamping tot de vullingsgraad van de hemelwaterputten. Naast deze indicatoren werden ook maatregelenpakketten uitgewerkt en op hun efficiëntie onderzocht. Op die manier kunnen de juiste maatregelen op het juiste moment worden genomen. Op basis van al die indicatoren hebben experts drempels bepaald die alarmfases inhouden net zoals we dat kennen bij brandgevaar.
Brouns wees er op dat het draaiboek en het reactief afwegingskader tot stand kwamen na een intensief participatief traject met alle betrokken sectoren en de betrokken administraties.
Voldoende drinkwater
Volledig in lijn met die procedure werd al eerder het provinciale niveau geactiveerd, waarna de gouverneurs van Antwerpen en West- en Oost-Vlaanderen captatiebeperkingen oplegden. Tijdens het daarop volgende tweewekelijkse droogteoverleg waren er geen indicaties om over te gaan van geel naar oranje. Ook wat drinkwaterbevoorrading betreft, is voor minister Brouns de communicatie duidelijk. “Er zijn voldoende drinkwatervoorraden”, benadrukt hij. De drinkwatermaatschappijen leverden inspanningen om de bevoorradingszekerheid te versterken ten opzichte van de periode 2017-2020. Hoewel Brouns zich daar geen grote zorgen over maakte, betekent dat volgens hem niet dat we niet zuinig met ons drinkwater moeten omgaan.
Landbouw: precair en strategisch
De landbouwsector is een precaire en strategische sector. Het is nu volop zaai- en kiemseizoen en het zaaigoed gaat uiteraard verloren indien er onvoldoende water beschikbaar is. Wat de situatie heel specifiek maakt, is dat we uit een heel natte periode komen. Het heeft tot in maart veel geregend en om het land te kunnen blijven bewerken en gewassen te kunnen planten of zaaien, werd tijdens die natte periode maximaal gedraineerd. Brouns had het over een zeer ongelukkige combinatie met de nagenoeg volledige neerslagstop die daarop is gevolgd. Hierdoor hadden de gebruikelijke waterconserveringsmaatregelen zoals peilgestuurde drainage en het vervroegd optrekken van stuwen, weinig impact.
Gewapend tegen droogte
Volgens de minister zijn de meeste landbouwers op dit ogenblik al beter gewapend tegen de droogte dan vroeger. Ze ervaren de klimaatverandering vaak als eersten aan den lijve en moeten zich daarop voorbereiden en zich ertegen wapenen om klimaatrobuuster te kunnen werken. Ze krijgen daarbij ondersteuning van de overheid en van onderzoekers om hun bedrijf aan te passen aan een droger klimaat. Ze investeren in nieuwe technieken zoals nauwkeurige irrigatie of gewassen die beter bestand zijn tegen de droogte. Ze krijgen ook gericht advies en waarschuwingen zodat ze op tijd kunnen ingrijpen. Door samen te werken, bijvoorbeeld via coöperaties, kunnen ze ook makkelijker investeren in oplossingen en kosten delen.
Kortom, de landbouwsector is naar de mening van minister Brouns volop in beweging om zich aan te passen aan het veranderende klimaat.
Proceswater hergebruiken
Wat de industrie betreft, verwijst Brouns naar de maatregelen voorzien in het reactief kader. Hij hoopt dat het niet zo ver hoeft te komen. Diverse bedrijven hebben geïnvesteerd in meer buffercapaciteit of het hergebruik van water. Minister Brouns denkt dat er daar nog een heel grote kans ligt. Veel bedrijven zuiveren al een groot volume van hun proceswater om dat te kunnen hergebruiken. Tegelijk geven ze aan dat daar toch nog wel grote marges zijn. Gezien 35% van het kraantjeswater gebruikt wordt door de bedrijven is er daar nog een groot potentieel.
De lokale besturen zijn zowel binnen de adviesgroep droogte als binnen de Vlaamse droogtecommissie vertegenwoordigd. Daardoor zijn zij direct op de hoogte van alle aanpassingen aan het draaiboek, de actuele toestand en de mogelijke maatregelen en kunnen zij hierin ook hun rol opnemen.
Het nieuwe Vlaamse waterplan
Minister Jo Brouns nam de gelegenheid te baat om te benadrukken dat de Blue Deal die de vorige legislatuur werd uitgerold, veel goede initiatieven heeft opgestart met middelen uit het Europese relanceplan. Verschillende projecten werden uitgevoerd, maar heel wat projecten zijn nog in volle voorbereiding of in uitvoering. Die Europese impuls heeft voor een aanzienlijke versnelling gezorgd in de kennisopbouw en de waterweerbaarheid.
De opvolger van de Blue Deal, het nieuwe Vlaamse waterplan waaraan nu wordt gewerkt kan dan verder bouwen op die goede basis. Daar waar de Blue Deal 1.0 vooral projectmatig focuste op de waterschaarste en droogte zal het nieuwe plan structurele oplossingen aanreiken om een antwoord te kunnen bieden op uitdagingen die blijvend op ons afkomen. Daartoe behoren de droogte, de wateroverlast en de waterkwaliteit. Brouns is blij dat in de schoot van de regering een akkoord werd gemaakt om de investeringsmachtiging bij Aquafin uit te breiden en daar opnieuw 0,5 miljard euro voor vrij te maken. Waterzuivering blijft voor de minister cruciaal. Hij verwees naar de bijkomende aanleg van riolering. 190.000 gezinnen zijn nog altijd niet aangesloten. Er zijn nog 9.000 overstorten in Vlaanderen. Het verminderen van die overstorten is belangrijk voor de waterkwaliteit.