Landbouwers die ‘meanderend’ maaien, helpen bestuivers
Recent onderzoek toont aan dat het maaien van gras in kronkelende, meanderende lijnen in plaats van strakke, rechte lijnen de aanwezigheid en diversiteit van bestuivers zoals vlinders en wilde bijen aanzienlijk kan verhogen.

Laurian Parmentier bestudeert als entomoloog aan de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen van UGent (departement Plant en Gewas) insecten.
Graslanden herbergen meer biodiversiteit dan op het eerste gezicht lijkt. Behalve verschillende grassoorten bieden kruidachtige, bloeiende planten, waaronder zeldzame orchideeën, voedsel voor een hele reeks bestuivers. Deze insecten dragen bij aan de productiviteit van gewassen op nabijgelegen boerderijen en boomgaarden.
Traditionele en nieuwe maaimethoden
Historisch gezien werden graslanden begraasd door vee en gebruikt voor hooi. In gebieden waar vee is verdwenen, kan maaien helpen om microhabitats te creëren en de groei van struiken en bomen te beheersen.
Sinds de jaren ‘90 zijn sommige boeren en landbeheerders begonnen met gefaseerd maaien, waarbij slechts een deel van een veld tegelijk wordt gemaaid. Hoewel dit voordelen biedt, laat het nog veel te wensen over, aldus Laurian Parmentier. De afstand tussen een plaats in het gemaaide deel en het ongemaaide deel blijft relatief groot, wat het voor bestuivers lastig maakt om de voordelen van beide te combineren.
Door de gemaaide plekken een – telkens andere – kronkelende vorm te geven, wordt dat verholpen en wordt meer variatie in bloei en nestgelegenheid opgebouwd, wat positief is voor deze nuttige insecten.
Onderzoeksresultaten
Het onderzoek werd uitgevoerd op 6 locaties in België, waarbij een nieuwe maaimethode werd vergeleken met traditionele maaimethoden. Na 3 jaar bleek dat de velden met meanderende maaizones 25 tot 35% meer bestuivers hadden dan de velden met rechte blokmaaizones. "In slechts een paar jaar kun je op deze manier echt het aantal bestuivers verhogen", zegt Parmentier.
Toekomstige toepassingen
De bevindingen suggereren dat het maaien in kronkels niet alleen toepasbaar is in landbouwgebieden, maar ook in natuurreservaten, stedelijke parken en zelfs in particuliere tuinen. "Iedereen met een tuin kan bijdragen aan het verbeteren van de biodiversiteit", besluit Parmentier.