2017, vergeten of onthouden?
Het nieuwe jaar is al enkele weken ingezet. Toch willen we nog een laatste keer stilstaan bij 2017. Dat jaar kenmerkte zich als een wisselvallig jaar met een extreem droog voorjaar en zomer.

Uiteindelijk kregen we toch ons gemiddelde van 700-800 l/m² water over het ganse jaar. Alleen kregen we bijna geen neerslag in de groeimaanden april, mei, juni en juli.
Het neerslagtekort in vooral West-, en Oost-Vlaanderen was tegen eind juli zeer uitzonderlijk te noemen. De parameter neerslag in de maanden april, mei en juni kwam hoogstens één keer op 30 jaar voor. Dit is de vereiste om als landbouwramp uitgeroepen te worden.
Voor de teelten met korte groeitijd net in die droge periode was dat uiteraard nefast. Voor teelten die een langere groeiduur kennen kwam dit toch nog redelijk goed.
Wel zagen we een verschil tussen droogtegevoelige gronden (zand, laag koolstofgehalte,…..) en zwaardere gronden. Pas op 10 augustus kregen we algemeen regen van betekenis.
Erwten, vlas, spinazie en de eerste vrucht bloemkool hadden het meeste te lijden van de droogte. Maar ook wortelen en witloofwortelen kenden moeilijke opkomsten. Voor de voorjaarsspinazie was dit voor het tweede jaar op rij nefast. In 2016 wegens te nat, in 2017 door te droog. In deze teelten was het vaak vechten tegen de natuur met beregenen.
Als gevolg van de waterschaarste kwam er zelfs verbod om water op te zuigen uit de IJzer (voor België) als gevolg. Men moest dus de grens over om water.
Granen
De granen gingen vrij gezond de winter van 2017 in en bleven dat ook in het voorjaar. De droogte doorstonden ze algemeen goed. Behalve wat noodrijpheid verliep alles rustig.
De kwaliteit was goed en de uitzonderlijk vroege oogst verliep tamelijk vlot. Achteraf dachten sommigen dat één fungicide dit jaar voldoende was geweest. Toch zien we in de proeven van zowel officiële onderzoekscentrums als commerciële firma’s dat twee fungiciden steeds lonen, zowel in gerst als tarwe. En in slechtere weersomstandigheden of vroege ziektedruk zelfs drie.
Ook zien we dat het toevoegen van chloorthalonil steeds loont. Zeker bij de eerste fungicide in tarwe en tweede in de gerst. Dit zal dan ook het advies blijven in 2018.
Maïs
De maïsteelt kenmerkte zich door een lastige onkruidbestrijding zeker in die schema’s zonder terbuthylazine. Door het weinige bodemvocht hadden de bodemherbiciden het duidelijk moeilijk.
Toch dient gezegd dat daar waar een compleet schema aan de correcte dosis lag het resultaat al bij al geslaagd was. Enkel de zeer droge streken en gronden die in een zeer vroeg stadium behandeld werden dienden supplementair gecorrigeerd te worden.
De opbrengsten voor zowel silomaïs als korrel vielen goed mee behalve opnieuw in de gronden die droogtegevoelig zijn.
De silomaïsoogst was uitzonderlijk vroeg. Meer dan 50% was geoogst voor 1 oktober en de eerste begon zelfs al begin september. De korrelmaïsoogst was ook uitzonderlijk vroeg en droog.
Aardappelen
Ook in deze teelt kenden we een moeilijke onkruidbestrijding. Bepaalde schema’s vielen echt grof door de mand. Correcties bleken toch efficiënt. Hoewel men in eerste instantie twijfelde of het wel zin had door de aanhoudende droogte.
In de vroege rassen was beregenen goud waard en de opbrengst dan ook navenant. De late rassen maakten vanaf half augustus een ongezien groeispurt met aanvaardbare tot zelfs onverhoopt hoge opbrengsten tot gevolg.
Enkel de hoge prijs van bij de start van het seizoen kelderde even snel. Zodat we ons de vraag kunnen stellen of het in deze teelt een vloek of een zegen was dat het met de opbrengst toch nog goed kwam?
Coloradokever stak veelvuldig de kop op, met zelfs twee cyclussen tot gevolg. Dat is echt uitzonderlijk in onze streken.
De start van de teelt was op gebied van fungiciden tegen Phythophthora zeer gemakkelijk en goedkoop. Het einde was dit in geen geval. Door de regen vanaf half augustus was waakzaamheid geboden en knolbescherming zeker niet te verwaarlozen. Alternaria viel al bij al goed mee. De oogst verliep schitterend.
Suikerbiet
In suikerbieten was er een zeer vroege zaai. Ook hier kenden we een moeilijke onkruidbestrijding en een trage gewasgroei tot er regen viel.
Tijdens de maanden september, oktober en november was de productiestijging immens. Enkel die telers met een vroeg leveringsschema kenden een eerder matige oogst.
Prei
2017 was een echt tripsjaar. Zeker op de West-Vlaamse waarnemingsplakvallen zagen we aantallen die we voorheen nog nooit zagen. In de vroegste prei was de zwaarste schade te zien. In de latere plantingen viel dit nog mee.
Aangezien het vanaf 10 augustus regende, werkten de producten vanaf dan duidelijk beter. Toch zitten we hier naar middelenkeuze te krap om in dergelijke situaties de gewenste kwaliteit te telen.
Kolen
In witte kool gaf trips eveneens hier en daar ontolereerbare schade. Ook hier zitten we te krap in middelen.
Koolwittevlieg (Aleyrodes proletella) in spruitkool was in de grens streek België - Frankrijk niet te controleren met de middelen die we vandaag ter beschikking hebben. Confidor als plantbakbehandeling, acetamiprid (Gazelle, Antilope, Insyst) maar vooral Movento en Benevia kennen een (bij)werking op dit insect.
Hopelijk krijgen we met de nieuwe insecticiden die in aantocht zijn hier een betere werking op. Voor versmarkt is door deze vervuiling het product verloren. Gelukkig is deze honingdauwvervuiling beter afwasbaar tijdens blancheren als we dat vergelijken met deze die door bladluizen ontstaat.
Het is dus vooral een territorium, en ietwat rasgebonden probleem die in deze zeer dure teelt toch verder voor gevolgen kan zorgen. Ook in Nederland kende men door dit insect in bepaalde streken misoogsten.
Schermbloemigen
Maar nog heel wat wortelen en knolselder staan ten velde. Ook nu nog je velden controleren kan nog nodig zijn. Meer en meer rooit de verwerkende industrie deze teelten laat.
Tijdelijke stockagemogelijkheden en bijhorende kosten dienen afgewogen te worden. Waarom kan hier niet over vergoedingen gesproken worden? Het risico op misoogst door verslechterende kwaliteit en optredende gebreken ten laste van telers blijven leggen is niet juist.