Maïsoogst al volop aan de gang
De maïsoogst is ondertussen volop aan de gang. Hier en daar wordt er zelfs al korrelmaïs geoogst. Er blijken grote verschillen tussen, maar ook binnen de percelen te zijn. Dit maakt het niet altijd even gemakkelijk om het oogstmoment te bepalen. Er moet ook extra aandacht besteed worden aan het inkuilen.
Om een goed beeld te hebben van de afrijping van de maïs, nemen de partners van het Landbouwcentrum Voedergewassen (LCV) wekelijks op donderdag stalen bij kuilmaïs. Die gaan dan voor 72 uur in de droogstoof bij 105 °C. Maandagmiddag worden, na weging van de gedroogde monsters, de drogestofgehaltes verwerkt in een bericht. Op die manier wil het LCV landbouwers helpen om het oogsttijdstip te bepalen.
Op 28 augustus werden zo voor de vierde keer dit seizoen monsters genomen door het LCV-netwerk voor de opvolging van de afrijping van de kuilmaïs. Bij deze staalname bedraagt het gemiddelde drogestofpercentage over alle locaties heen 37,3% (zie tabel 1). Ten opzichte van de vorige staalname op 21 augustus steeg het drogestofpercentage met 6,1% .
Aangepaste cijfers voor Poperinge
In het bericht over de afrijping van vorige week werden echter de cijfers van locatie Poperinge verkeerd weergegeven. Voor de staalname op 21 augustus waren de drogestofpercentage voor het ras P7179 31,6%, voor KWS Curacao 30,5%, voor LG32257 30,6%, voor SY Opale 27,9% en voor SY Freyja 25,8%.
Bij de staalnames op 28 augustus werd er op deze locatie een stijging van 3,9% waargenomen en een gemiddeld drogestofpercentage van 33,1%. Ondanks de vroege zaai hoort Poperinge bij de locaties waar de afrijping het minst ver staat. Uitgezonderd het latere ras SY Freyja naderen de rassen wel hun oogstmoment.
Eenzelfde beeld is te merken bij de locatie Langemark-Poelkapelle. Hier heeft het ultravroege ras P7179 met 37,7% wel een duidelijk hoger drogestofpercentage.
Op de locaties Oudsbergen en Sint-Niklaas bedraagt het gemiddelde drogestofpercentage 32,5%. Net als bij de West-Vlaamse locatie naderen zeker de vroege rassen hun oogstmoment.
Niet meer wachten met de oogst
Op de andere locaties dient er niet meer gewacht te worden met te oogsten.
De vroegste rassen P7179 en KWS Curacao hebben een drogestofpercentage van meer dan 38%. Voor LG32257 en SY Opale is het beeld afhankelijk van de locatie. In Tongeren lijkt LG32257 minder ver te staan, terwijl het ras in Hoogstraten duidelijk overrijp is. Eenzelfde beeld is er voor SY Opale. In Hoogstraten ligt het drogestofpercentage hoger dan 40%, in Sint-Laureins bedraagt het 33,%. Voor het latere ras SY Freyja variëren de percentages tussen 31,8% en 43%.
