Bezorgdheid of zout in de wonde?
Sinds het Stikstofakkoord in 2022, zijn de agrarische ondernemers in het Turnhouts Vennengebied vragende partij om in dialoog te gaan. Enkel met dialoog kan men het dagelijks leven in de regio leren kennen, niet vanuit Brussel, waar het platteland onbekend terrein is. Na bezoek van ministers Crevits, Demir en Brouns in de afgelopen jaren, kwamen op 19 september de commissies Leefmilieu en Landbouw van het Vlaams parlement poolshoogte nemen.

De commissieleden luisterden naar de duiding van zowat alle betrokken partijen in het gebied.
Maatwerkgebied toegelicht
De parlementairen verzamelden aan de hoeve Klein Engeland in Turnhout. Hier kreeg men een toelichting en situatieschets van het maatwerkgebied Turnhouts Vennengebied. Ook vanuit het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) werden ze meegenomen in de doelstellingen die er zijn en in welke herstelstappen er nog genomen moeten worden. De lokale voorzitter van Natuurpunt mocht een schets meegeven van welke acties zij doen. Vanuit de commissie was er de vraag om meer beheerwerken te doen op eigen terreinen in plaats van op agrarische gronden.
Tijdens het terreinbezoek in het natuurgebied betraden ze de kijktoren aan het Bels Lijntje. Van hieruit is er een mooie zicht over het gebied met bossen, vennen en weilanden. De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) gaf duiding over de werking van vennen aan het Zwart Water in Turnhout. Tijdens deze toelichting werd duidelijk dat landbouw en natuur wel samen kunnen gaan. Op 100 m, laat staan 200 m, van een ven is er geen directe vervuiling van de omgeving mogelijk. Het probleem dat vennen geen goede kwaliteit hebben, moet dan ook niet telkens aan de agrarische sector worden toegeschreven.
Burgemeesters aan het woord
Ook de burgemeesters van Turnhout, Merksplas en Ravels mochten hun kijk op de regio geven. Velen wensen de agrarische sector te behouden en zouden graag een beleid zien van samenwerken en niet als vijanden tegenover elkaar. Burgemeester van Ravels, Nic Andries, verwoorde het mooi:. “Landbouwers zijn er niet alleen voor voedsel, maar beheren ook onze open ruimte. In een landelijk dorp zijn de agrarische ondernemers dan ook verweven met het verenigingsleven en met de dorpsgemeenschap. Een kader met rechtszekerheid en mogelijkheden voor jonge landbouwers om te innoveren is dan ook essentieel.”
Impact in de praktijk
Het namiddagprogramma stond in het teken van een bedrijfsbezoek aan 2 agrarische bedrijven. De familie Van De Vliet van de Holsteinhoeve verwelkomde als eerste de commissieleden. De familie baat een melkvee-akkerbouwbedrijf uit. Dit versterken ze door het op de markt brengen van eigen hoeveproducten.
Als tweede mocht de familie De Roey toelichting geven over hun bedrijf. Naast melkvee en zuivelverwerking, hebben ze ook de teelt van asperges. Al deze producten worden lokaal aangeboden aan de consument.
Deze 2 bedrijven tonen aan hoe het platteland leeft en samen een gemeenschap vormt. Gezonde voeding komt van lokale bodem. Om deze bezorgdheid mee duidelijk te maken aan de commissies, kreeg ook de stuurgroep van het Turnhoutse Vennengebied de mogelijkheid om de situatie toe te lichten. De onzekerheid die er heerst, is enorm. Bedrijven staan stil en kunnen niet innoveren zonder perspectief. Ook de gezondheid van agrarische ondernemers en hun familie staat 7 op 7 en 24 op 24 onder druk. Velen zouden kraken, maar door de passie en liefde voor de dieren en gewassen, blijft de boer verdergaan.
Doelstellingen worden niet gehaald
De vertegenwoordiger van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) gaf aan dat er reeds 7 bedrijven uitgekocht zijn via het flankerend beleid en dat er nog 17 bedrijven in de procedure zijn. Hierop kwam dan ook de vraag vanuit de commissies of de gestelde doelstellingen wel haalbaar zijn, mocht er geen verkeer, geen landbouw en geen bebouwing zijn in het gebied. Hierop wilden de experten van de instanties zoals ANB geen direct antwoord geven, wat misnoegdheid gaf bij de leden van de stuurgroep Turnhouts Vennengebied. Eindelijk werd er dan toch geantwoord, dat bij het wegvallen van alle activiteiten de doelstellingen niet gehaald zullen worden. Wat al 3 jaar wordt aangegeven, kwam nu met veel moeite over de lippen.
Hopelijk heeft het bezoek dan ook de ogen geopend van de Vlaams parlementsleden uit de commissie Leefmilieu en van Landbouw en wordt er snel duidelijkheid geschapen over het gebied en worden er kansen gegeven om mee te innoveren. De bezorgdheid is geuit, nu hopen dat het geen leuk studiereisje was om alleen nog meer zout in de open wonde te strooien. De lijdensweg is alvast niet voorbij.