Net als vorig jaar wordt de brug met Nederland geslagen. Nederlandse landbouwersorganisaties ZLTO en LLTB willen zelfs een structurele partner van de Agridagen worden. De beurs treedt met het verleiden van Zuid-Nederland duidelijk in concurrentie met de Rundvee & Mechanisatie Vakdagen (RMV) in de evenementenhal Venray (NL) van eind februari.
Maar niet alleen de drempel/grens met Nederland wordt geslecht, maar ook de denkbeeldige drempel van de Antwerpse Ring. “We merken toch dat we ook aantrekkingskracht hebben naar de rest van Vlaanderen”, zo klinkt het. Een goede timing van de beurs - in de verkeerstechnische kalmere krokusvakantie - zal daar ongetwijfeld wel wat mee te maken hebben.
De goesting van de organisatoren blijkt ook uit het feit dat er al aan de derde editie gedacht wordt, ook al is de tweede editie nog in voorbereiding. “We denken er aan om die editie ook de paarden erbij te betrekken”, liet beursvoorzitter Georges Van Keerberghen een ballonnetje op.
Vierledige functie
Het doel van de beurs is vierledig, vertelde de beursvoorzitter. Uiteraard is de beurs een uitstalraam voor bedrijven om hun goederen en diensten aan het (landbouw)publiek te presenteren. Daarnaast is het een ontmoetingsplaats voor mensen uit de landbouwsector. Met de organisatie van verschillende seminaries bewijst de beurs deze editie ook dat kennisuitwisseling een belangrijke functie van een landbouwbeurs kan zijn. Tot slot versterkt een landbouwbeurs ook het imago van de land- en tuinbouw naar het grote publiek.
Optimaliseren
“We gaan het concept van de Agridagen niet heruitvinden, maar optimaliseren”, vertelde beurscoördinator Gunther De Mey. De editie van 2016 werd gesmaakt door zowel de standhouders als de exposanten. Ook deze editie neemt de beurs vier oude NAVO-hallen in Weelde in beslag. In totaal zorgt dit voor 2 ha (20.000 m2) aan beursruimte. De hallen zullen verbonden zijn met tussententen. Wie zijn weg van twee jaar geleden nog kent, zal weinig moeten zoeken. “Bezoekers vinden hun firma’s zoveel mogelijk terug op de vertrouwde plaats”, verzekerde De Mey. Een wijziging tegenover de vorige keer is dat de dierenring losgekoppeld wordt van de seminarieruimte.
Indeling
Met ‘maar’ vier hallen is het evident dat bedrijven van alle (landbouw)slag naast elkaar staan. Toch is er op iedere hal een bepaalde klemtoon gelegd. In hal 1 ligt die klemtoon op mechanisatie. Gezien de afmetingen van de hallen en de insteek van de organisatoren gaat het om mechanisatie op erfniveau. Ook diensten en toelevering veeteelt komen er aan bod.
Hal 2 is de hal bij uitstek van de toelevering voor de veeteelt. Voeders, varkens, stallenbouw/inrichting, overheden en diensten vinden er ook hun stek.
De volgende hal, hal 4 (we vergissen ons niet) is de beurshal die de klemtoon legt op waar de beurs haar geschiedenis mee opgebouwd heeft: de pluimveehal. Ook daar plek voor voeders, varkenstoelevering, stallenbouw/inrichting. Ten slotte is er hal 5, waar er een extra focus ligt op het rundvee. “Voor deze sector hebben we echt wel stappen vooruit gezet”, aldus coördinator De Mey. Er is in die hal ook nog plaats voor toelevering naar de veeteelt, maar tevens is het de hal waar de seminaries en prijskampen zullen plaatsvinden.
Driekwart Belg
Het was nog wat puzzelen om de laatste standhouders in de beurshallen te passen. De hallen zijn namelijk helemaal uitverkocht met 200 standhouders. Drievierde van de standhouders zijn bekenden van vorig jaar, een kwart is nieuw. “Normale cijfers”, zo interpreteerde Gunther De Mey.
De Agridagen vinden plaats vlakbij de Nederlandse grens, maar de Agridagen zijn in de eerste plaats een Belgische beurs. Driekwart van de standhouders komt uit België. Een vijfde komt uit Nederland. De overige vijf procent bestaat uit drie Duitsers, een Deen en een Spanjaard.
Pluimveeroots
Een veeteeltsector kan niet zonder stallen. Dat moet bijna de verklaring zijn voor de reden dat stallenbouwers- en inrichters de grootste categorie standhouders zijn op de beurs. Voor wie denk dat dit vooral aan de conjunctuur ligt: twee jaar geleden was dezelfde subcategorie - net zoals dit jaar - ook al goed voor een kwart van het totale aantal.
Voorts valt op dat de voederfirma’s eveneens prominent aanwezig zijn op de beurs (10,3 % van de standhouders). De toelevering naar rundvee (10,3 %) en varkens is iets toegenomen, al is de toelevering naar het pluimvee (7 %) nog altijd iets beter vertegenwoordigd dan die naar de varkens (5,9 %). “Nochtans is de varkenssector sterker aanwezig in vergelijking met 2016”, weet De Mey. Alleen gaat dit dus niet ten koste van de pluimveesector. Agridagen verloochent zijn pluimveeroots dus niet.
Geen concurrentie
Wat beursorganisator Gunther De Mey opviel is dat de mechanisatie deze editie aanwezig zal zijn met iets kleinere standen. “We zien eerder dealers dan importeurs of fabrikanten”, zo gaf hij aan. “Wel is de veeteeltsector sterker aanwezig.” Voederfirma’s waren er twee jaar geleden al; deze zijn ook dit jaar goed vertegenwoordigd.
De vraag rijst of de organisatoren niet in het vaarwater dreigen te komen van die andere landbouwbeurs voor de intensieve veeteelt die Boerenbond organiseert: Agriflanders. “Beiden zijn gericht op de veeteelt, maar in een verschillend beursjaar en aan de andere kant van het land. Standhouders hebben interesse in beide events; er is een ander publiek”, legde De Mey het verschil uit.
Varkensprijskamp
Horen landbouwdieren op een landbouwbeurs? Meestal wordt er ‘ja’ geantwoord, maar blijft het toch stiller bij de vraag ‘wie gaat dat betalen?’ Op de Agridagen staat de aanwezigheid van dieren op de beurs niet ter discussie.
De fokvarkensprijskamp had al in de ‘oude’ Agridagen voet aan de grond, en dat is deze editie niet anders. Vrijdag 16 februari vindt in hal 5 de negende fokvarkensprijskamp plaats. Topberen van de Vlaamse Piétrain Fokkerij (VPF) zullen aanwezig zijn. VPF maakt van de beurs gebruik om haar vernieuwd fokprogramma verder naar het grote publiek in beeld te brengen.
De prijskamp start om 11 uur. Om half twee is er het Vlaams kampioenschap 2018 per ras. Om 14 uur vindt een herkeuring plaats voor de I+ en de I++ beren voorafgaand aan de veiling die vanaf half drie van start gaat. In samenwerking met de Hogeschool Thomas More en KU Leuven zullen meerdere landbouwonderwijsinstellingen hun afstuderende studenten laten deelnemen aan een scholenjury-prijskamp.
Flanders Juniorshow
Ook de Holsteinkoeien krijgen de aandacht die ze verdienen op de beurs. Al staat op de Agridagen niet de koe zelf centraal, maar de man of vrouw voor/naast de koe. De prijskamp draait volledig rond het wedstrijdklaar maken van de dieren (toilettage), en het voorbrengen van de dieren (showmanship). Het eigenlijke exterieur zal maar een beperkte rol spelen, aldus Danny Herijgers (CRV). De meeste deelnemers brengen hun eigen dier mee, al zijn er ook enkele die een kalf toegewezen krijgen.
Zaterdag is de opleidingsdag voor de jonge fokkers. Ze krijgen er tot in de namiddag les in het wassen van de pinken, het scheren en het voorbrengen van een dier.
Zondag vindt dan de uiteindelijke melkveeprijskamp plaats. Deze start om 10 uur met de scheerwedstrijd. Deelnemers krijgen anderhalf uur om het dier ideaal voor te bereiden. Deze wordt vervolgens gevolgd door een wedstrijd showmanship om 13 uur en een onderdeel exterieurkeuring om 14:15. Rond 15:30 volgt dan prijsuitreiking en wordt er een algemeen kampioen ‘beste jonge fokker van Vlaanderen’ gekozen op basis van de voorgaande drie onderdelen. Exterieur zal daarbij slechts een beperkte rol spelen.
Jury is Bruno Toussaint (35), die al 14 jaar voor AWE als genetische adviseur werkt en ook professionele ‘cowfitter’ is. De beste junior en senior op de Flanders Junior Show krijgen een korting op hun deelname aan de Europese Young Breeder School te Battice, waar de selectie plaatsvindt voor de afvaardiging van België voor het Europees kampioenschap 2019 te Libramont.
Seminaries
Een vast onderdeel van de Agridagen zijn de seminaries (zie kaders). Er is er één voor rundveehouderij, varkenshouderij, pluimveehouderij en rond biologische veehouderij. De plaatsen voor deze seminaries zijn beperkt. Inschrijven kan via www.agridagen.be. De toegang tot het seminarie zit inbegrepen in de toegangsprijs voor de Agridagen. De provincie Antwerpen organiseert in samenwerking met het Steunpunt Hoeveproducten ook een inspiratie- en netwerksessie verbrede landbouw op vrijdag 16 februari om 13:30 in hal 5. Collega-landbouwers praten er over hun keuze voor landbouweducatie, verkoop van hoeveproducten, groene zorg of toerisme. Ook hier is het inschrijven via www.agridagen.be.
Vermeldenswaardig is ook de fytovergadering georganiseerd door DLV op zaterdag 17 februari om 13 uur. Deze nascholing is erkend door de Vlaamse Overheid; breng dus je identiteitskaart mee. Jan Van Herck (Belchim) vertelt er over de geïntegreerde onkruidbestrijding in maïs. Patrick Herijgers (DLV) bespreekt er de wijzigingen over mestwetgeving en vergroening. Tuur Vandeweyer (Agricamp) heeft het over de bodem als kapitaal voor de toekomst. Inschrijven voor deze nascholing is gratis en kan via www.dlv.be/fytonascholing.
Ilse Van den Broeck (Hooibeekhoeve Geel) gaf uitleg bij het seminarie rundveehouderij, voorzien op vrijdag 16 februari om 10 uur. “De burger wordt steeds kritischer in zijn eisen rond milieu en dierenwelzijn. Is de burger mee met de landbouwer die de weg is ingeslaan naar grotere producties”, stelde ze de vraag. René Van Buitenen (woordvoerder Nederlandse Zuivelindustrie) zal het hebben over het EU-zuivelbeleid en de consequenties ervan voor de hele zuivelketen. Jelle Goossens (Ricolto, vroeger Vredeseilanden) vertelt over hoe zij werken rond de versterking van de positie van landbouwers in de keten hier bij ons. Vervolgens komen ook twee opmerkelijke melkveehouders aan het woord. Luc Nouwen uit Balen (zie p. 18) en de Nederlander Antoon Vissers vertellen er over hoe zij hoge producties als deel van hun bedrijfsstrategie zien. Via SMS kunnen vragen gesteld worden.
Op zaterdag 17 februari om 10 uur vindt het seminarie voor de varkenshouderij plaats. Hoe kunnen varkenshouders zich wapenen tegen een volgende crisis? Vier inspirerende varkenshouders doen hun verhaal. Dries Beck (Groep Beck-Vanthillo) uit Meer trok de kaart van de schaalvergroting, zie ook p. 21. De Nederlander John Lorist (Frievar) koos ervoor om via een label meerwaarde te creëren. Koen Goethals zet in op contractwerking, terwijl Bart Vergote zijn bedrijfsvoering maximaal optimaliseerde.
Voor een externe visie zorgt Paul Peeters van het paardenvleesverwerkend bedrijf Equinox. Hij becommentarieert vanuit zijn inzichten in de voedingsindustrie en getuigt over zijn eigen aanpak in crisistijd. Via SMS kunnen vragen gesteld worden.
Wat: vakbeurs voor de pluimvee-, varkens- en rundveehouderij en mechanisatie op erfniveau.
Waar: Weelde Depot, Geeneinde 54, 2381 Ravels.
Wanneer: van vrijdag 16 tot en met zondag 18 februari 2018.
Openingsuren: elke dag van 10 tot 18 uur (pluimveeseminarie op vrijdagavond).
Toegangsprijs: Volwassenen betalen € 11, kinderen jonger dan 12 mogen gratis binnen en er zijn ook verminderingskaarten van 6 euro.
Parkeren: Parkeren is gratis en vlot mogelijk (5.000 plaatsen). Een bezoekersshuttle brengt je naar de beurshallen.
Meer info en inschrijven voor de seminaries: www.agridagen.be.
Vrijdagavond 16 februari om 18:15 vindt in hal 5 het pluimveeseminarie plaats. In de nasleep van de fipronilcrisis staat daar crisiscommunicatie centraal. Yves Panneels stond als communicatiespecialist het slachthuis van Tielt bij en was eerder woordvoerder van VLM Airlines en Airbus.
Trots blijkt een onmisbare factor bij communciatie. Pluimveehouders mogen best trots zijn op de nutritionele en ecologische aspecten van kippenvlees. Diëtist van wielrenners Tom Vandenbussche vertelt er meer over.
Dit wordt gevolgd door een panelgesprek met Theo Niewold (hoogleraar voeding en gezondheid), Anouk Van Wouwe (promotiemanager VLAM), Luc Maertens, Hilko Ellen (Wageningen Universiteit), Eric Van Meervenne (voorzitter vakgroep Pluimvee Boerenbond) en Eric Hubers (voorzitter van de vakgroep pluimveehouderij NL).
Zondag 18 februari vindt om 10 uur het seminarie rond biologische veehouderij plaats. De vraag naar bioproducten, ook naar bioveehouderij, neemt steeds toe. Tijdens het seminarie wordt er ingegaan op de speerpunten van de bioveehouderij, de basisregels en de mogelijke ondersteuning. Consulent bio-omschakeling Sander Van Haver en ketenmanager Paul Verbeke geven een uiteenzetting over de marktkansen, de visie en het wettelijk kader van bioveehouderij. “Ontdek de perspectieven die er te verwachten zijn en leer over het wettelijk kader dat er tegenover staat”, aldus Tom Destoop.