Intrafederale onenigheid holt federale wetgeving gewasbescherming uit
Het FAVV controleert de veiligheid van de voedselketen, maar de wetgeving errond vorm geven, dat is het domein van het directoraat-generaal (DG) Dier, Plant en Voeding. Denk onder andere aan ggo’s, maar ook aan de toelating van gewasbeschermingsmiddelen op nationaal niveau. Vooral op dat laatste domein zit er nog wel eens ruis op de verbinding tussen de verschillende overheidsniveaus.

Dat laatste bleek op de voorstelling van het activiteitenverslag 2016 van het directoraat-generaal Dier, Plant en Voeding deze week. De wetgever heeft in de nasleep van de dioxinecrisis van 1999 beslist dat de wetgeving rond de veiligheid van de voedselketen niet in dezelfde handen mag liggen dan de controle erop. DG Dier, Plant en Voeding speelt dus een even grote rol dan het FAVV in de bewaking van de voedselketen, al is die minder bekend.
Een hele boterham
Het directoraat staat onder andere in voor de toelating en evaluatie van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen in België. Dat daarbij niet over één nacht ijs gegaan wordt, blijkt ook uit het aantal mensen dat hierop werkt in de dienst. 38 voltijdse equivalenten (VTE’s) werken op de evaluatie en toelating van de formuleringen van gewasbeschermingsmiddelen, 10 VTE’s doen hetzelfde voor de actieve stoffen. Daar komen nog telkens twee personen bij voor zaken zoals fytolicentie, het reductieprogramma en meststoffen. “En mochten we het personeelsbestand verdubbelen, dan ben ik ervan overtuigd dat we hiervoor ook werk zouden hebben”, aldus Maarten Trybou van de dienst pesticiden en meststoffen.
Wat met glyfosaat?
Eén van de grote dossiers die al enige tijd op diens dienst circuleert, is dat van glyfosaat. Eind juni vorig jaar verliep de Europese goedkeuring. “Het IARC oordeelde dat glyfosaat waarschijnlijk kankerverwekkend is. Het EFSA en alle andere instanties kwamen weinig verrassend tot de conclusie dat dit niet zo is”, aldus de heer Trybou. Er is nu een tijdelijke verlenging van de goedkeuring van kracht. Het is afwachten wat de Europese Commissie, samen met de lidstaten, eind dit jaar zal beslissen.
Klein en nog kleiner
In ons land is de situatie nog wat ingewikkelder. Zowel Brussel en Wallonië hebben al eigen initiatieven genomen om het gebruik van glyfosaat te verbieden of sterk in te perken. Wallonië wil zelfs gaan voor een totaalverbod, weliswaar met een belangrijke uitzondering voor gebruik in de landbouw. “Die verboden in Brussel en Wallonië maken de samenwerking in België hierover problematisch. Als de gewesten in de Europese en Belgische wetgeving nog eens komen tussenfietsen, wordt het wel heel moeilijk voor de industrie. België is al zo klein, en als we het dan nog eens kleiner maken, wordt het er niet eenvoudiger op”, verzuchtte Maarten Trybou.
Neonicotinoïden
Een vergelijkbaar verhaal is het dossier van de neonicotinoïden. Het directoraat-generaal heeft voorgesteld om de toepassing van de drie meest gebruikte neonicotinoïden in ons land te beperken. Het directoraat wil zelfs verder gaan en stelt bijkomende gebruiksvoorwaarden voor, zoals een gebruiksverbod voor en tijdens de bloeiperiode, driftreducerende maatregelen enzovoort. Daarmee zou ons land zelfs verder gaan dan Europa. “Maar ook hier komen Brussel en Wallonië ertussen gefietst. Ze hebben besloten niet te wachten op de Europese besluitvorming en hebben zelf beperkingen opgelegd. Dat maakt het allemaal heel verwarrend en moeilijk om te begrijpen in de praktijk”, zo klonk de vaststelling.
Samenwerking in reductie
Geen standpunt over kringloopproductie
Ook op het vlak van meststoffen beweegt er het een en ander. De Europese Commissie werkt aan een verordening omtrent kringloopproductie. Concreet doel is om het eenvoudiger te maken om organische materialen en afvalstoffen als meststof voor gewassen te mogen gebruiken. De Europese Commissie heeft vorig jaar ook voorstellen gedaan om meststoffen in de toekomst veel eenvoudiger op de interne markt te kunnen brengen. “Voor gewasbeschermingsmiddelen bepaalt het directoraat het standpunt. Voor meststoffen zijn we enkel bevoegd om het Belgisch standpunt te coördineren. Gevolg is dat België geen standpunt heeft, want tussen de gewesten is het onmogelijk een compromis te bereiken over het grootste gedeelte van deze verordening”, legde de heer Trybou opnieuw een communautair verschil bloot.
Blauwtong, IBR en BVD
Vorig jaar stelde het Sanitair Fonds - waarvoor het DG wanbetalers achter de hielen zit - gratis vaccins beschikbaar tegen blauwtong voor schapen- en rundveehouders. Ook dit jaar zal het vaccin gratis ter beschikking gesteld worden. Het directoraat is ook betrokken in de strijd tegen IBR en BVD. Het heeft samen met de sector de streefdoelen bepaald. “IBR is voor ons een prioritair dossier. We gaan verder op de weg die sedert 2012 is ingezet. De bestrijding loopt voorspoedig, maar de weg naar een IBR-vrije status is nog lang”, zo klonk het. De strijd tegen IBR en BVD wordt ook gezien als een belangrijke stap in het terugdringen van het diergeneesmiddelengebruik.