Startpagina Precisielandbouw

‘Partijpaspoort’ als richtlijn om efficiënt te ventileren

Om een kwaliteitsvolle aardappel te krijgen met een goede opbrengst is de laatste jaren al heel wat onderzoek verricht. De teelttechniek kende een evolutie, en ook in rassenkeuze is er een verschuiving merkbaar. De bewaring, die ook bijdraagt tot een goede kwaliteit, is echter niet mee geëvolueerd. Het onderzoeksproject ‘Slimme aardappelbewaring’ moet daar verandering in brengen.

Leestijd : 3 min

D e aardappelsector in België is in volle evolutie. Het areaal is gegroeid van 60.000 ha in het begin van de eeuw tot 100.000 ha nu. Daarnaast is het aandeel Fontane, Challenger, Markies en andere rassen op de velden toegenomen, ten opzichte van Bintje. Deze rassen worden gekenmerkt door een hogere productie, en hebben betere kwaliteiten, maar bewaren minder goed.

Uit onderzoek van het Proefcentrum voor de Aardappelteelt (PCA) bleek dat, in moderne en goed uitgeruste loodsen, het gewichtsverlies bij Fontane na 8 maanden bewaring schommelt tussen 4 en 12%. “12% betekent dat er per 1.000 ton ingeschuurde aardappelen 4 vrachtwagens weg geventileerd worden. Dat kost geld en energie. 6% is eerder normaal. Natuurlijk, bij rot in de partij moet er alles aan gedaan worden om die partij te redden.” Buiten rot zijn er nog andere factoren die de kwaliteit van de partij beïnvloeden, zoals de weersomstandigheden op het veld, rassenkeuze of de constructie van de loods.

En daar is waar het project ‘Slimme aardappelbewaring’ om draait: de bewaring afstemmen op de partij die wordt ingeschuurd. Het zal starten op 1 november dit jaar, en eindigen op 31 oktober 2025 en wordt gefinancieerd door VLAIO, het Agentschap voor Innoveren en Ondernemen.

Partijpaspoort

Dit project heeft als doel aan kennisopbouw te doen met betrekking tot aspecten op het veld en de fysiologie van de knollen, want tot op vandaag is de link tussen bewaring en product minimaal. Informatie rond loofdoden, temperatuur en vocht tijdens rooien, velvastheid, enzovoort zorgen voor een aantal kengetallen, die worden verzameld in het ‘partijpaspoort’ van de partij aardappelen. Op basis hiervan kan de bewaring op punt worden gesteld. “Niet alle factoren hebben een even grote impact. Het is de bedoeling om de factoren met de belangrijkste invloed te identificeren en deze mee te nemen”, vertelt Kurt Cornelissen van het PCA.

Ventilatie herbekeken

Tijdens het project wordt ook de aardappelloods onder de loep genomen. “Momenteel wordt er nog geventileerd volgens de principes uit de jaren 70: drogen, wondhelen en koelen blijven de essentiële stappen. Wie investeert in een nieuwe loods, maakt keuzes die gesteund zijn op regels en wetmatigheden van lang geleden. Met dit project willen we nagaan of een aanpassing nodig is.”

Hierbij zullen onder andere de technische aspecten rond ventilatie herbekeken worden in de bestaande loodsen, zoals de richtwaarden voor luchtdebieten, luchtsnelheden, maar ook de dimensionering van de loods en ventilatiekanalen. Ook bij de tegendrukken worden nog altijd waarden gebruikt van onderzoek uit de jaren 70 en 80. “Ondertussen gebruiken we andere rassen met andere knolformaten en –vormen. Mogelijks resulteert dat in andere tegendrukken dan wat we nu aannemen.”

4 instellingen met elk hun taak

Naast het PCA zijn ook het ILVO, Universiteit Gent en Inagro partners in het project. PCA zal het project coördineren, en doet meerjarig onderzoek naar de invloed van de veldfase op de bewaarbaarheid van de aardappelen. Ook de kwaliteit wordt opgevolgd, in kleinschalige en praktijkbewaring. Inagro zal voornamelijk de kwaliteit en rijpheid van aardappelen uit de veldproeven in beeld te brengen. ILVO en Ugent ten slotte zullen vooral onderzoek verrichten op de aardappelloods, waaronder onder andere gefocust wordt op optimale afmetingen van loodsen en ventilatiekanalen. Zowel PCA als Inagro zullen de resultaten verspreiden en de telers begeleiden.

Met en voor landbouwers

Ook met landbouwers zal er worden samengewerkt. Het is dan ook de bedoeling dat er zo veel mogelijk landbouwers kunnen worden bereikt. “Uiteindelijk willen we dat telers met het partijpaspoort en met de verworven kennis rond de aardappelloods aan de slag kunnen”, klinkt het.

Voor landbouwers en andere geïnteresseerden zullen de resultaten beschikbaar worden gesteld. Dit is mogelijk via het platform voor eerstelijnsadvies, maar ook via info- en demonstratiemomenten, de PCA-nieuwsbrief of via een bewaarhandleiding. Telers kunnen ook vragen naar individuele begeleiding.

Marlies Vleugels

Lees ook in Precisielandbouw

Plaatsspecifiek op maat bespuiten wordt de toekomst

Precisielandbouw Bij loonbedrijf De Samenwerking in het Nederlandse Elsloo doet Agrifac proeven met plaatsspecifiek op maat bespuiten. Ook worden er proeven gedaan met boomhoogte van de spuitmachine. Volgens Martijn van Alphen, wereldwijd technologiemanager voor Agrifac, zijn de mogelijkheden met deze nieuwe technieken in principe eindeloos.
Meer artikelen bekijken