Startpagina Melkvee

European Milk Board voor nieuwe crisisinstrumenten

De melkveehouderij heeft nood aan nieuwe crisisinstrumenten. De huidige crisisinstrumenten van de EU - zoals de interventie- schieten tekort. Dat concluderen vertegenwoordigers van de melkveehouderij tijdens een conferentie aan het Gardameer. Volgens de Belgische voorzitter van de European Milkboard Erwin Schöpges, moet een instrument worden gecreëerd dat automatisch in werking treedt als prijzen kelderen.

Leestijd : 2 min

De conferentie werd bijgewoond door melkveehouders uit 15 verschillende EU-lidstaten. De conferentie ging niet toevallig vooral over Europees beleid. Momenteel treden nieuwe personen aan bij de Europese instituties, waaronder een nieuwe Eurocommissaris voor landbouw maar nieuwe voorzitters voor de Europese Commissie, de Europese Raad en het Europees Parlement. Bovendien wordt gewerkt aan een nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), dat na 2020 zal ingaan.

De conferentie is een initiatief van de European Milkboard (EMB), waarin de meer activistisch ingestelde melkveehoudersvakbonden zijn vertegenwoordigd. De organisatie wijst erop dat prijzen zeer volatiel zijn en doorgaans te laag. In 2009 lag de melkprijs voor veel melkveehouders onder de 25 cent per liter. Volgens de EMB bedroegen de productiekosten toen ruim 40 cent per liter. In 2012 doken prijzen weer onder de 30 cent en het gemiddelde voor het jaar 2016 was amper 28 cent.

In ‘normale’ jaren, zoals 2017, bedraagt het inkomen van boeren nog slechts ongeveer 46,5% van het gemiddelde inkomen in de EU. Het gevolg van de deprimerende cijfers is dat landbouwers af zien van de stiel. De huidige gemiddelde melkprijs in de EU, circa 33 cent, is volgens de organisatie nog altijd te laag om productiekosten en een gewone vergoeding voor de arbeid te dekken.

De markt wordt nog eens verder verstoord wanneer het Verenigd Koninkrijk de EU verlaat. Het huidige GLB is niet goed geëquipeerd om een antwoord te bieden op geopolitieke ‘ongelukken’, aldus EMB, zoals ook Rusland. Concreet pleit de EMB onder meer voor automatisch in werking tredende compensatie bij vrijwillige productiebeperking. “Alleen dan kan de last worden verminderd”, aldus Schöpges.

Sieta van Keimpema, de Nederlandse vicevoorzitter van de EMB, voegt daar aan toe dat niet elke maatregel even effectief is. Het huidige systeem met interventies en private opslag, heeft nog geen crisis kunnen voorkomen. “Sterker, interventie kan een tegengesteld effect veroorzaken en (als de voorraden weer worden verkocht, red) leiden tot een overschot op de markt.”

Index als uitgangspunt

De EMB ontwikkelde het zogeheten Market Responsibility Programme. Daarbij treedt het programma in werking als een index onder de 100 punten - een maatstaf voor stabiliteit - komt. Wanneer de marktindex met 7,5% daalt, stuurt een monitoringsagentschap een waarschuwing uit. Het systeem van private opslag treedt dan in werking. Bepaalde stimulerende maatregelen voor bijvoorbeeld de consumptie van vetkoeien of vaarzen worden genomen. Pas als de index weer op 100 komt, wordt het programma teruggedraaid.

Als de index met 15% daalt wordt een officiële crisis afgekondigd. Een serie maatregelen volgt dan, zoals bonussen voor bedrijven die vrijwillige productievermindering toepassen. Als de marktindex met 25% daalt wordt een verplichte vermindering van de melkproductie van bijvoorbeeld 2 tot 3% afgekondigd. De vermindering zal gelimiteerd zijn tot bijvoorbeeld 6 maanden.

Jan Cees Bron

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken