Startpagina Aardappelen

Strategie en kasplanning maken aardappelteler succesvol

Ben je aardappelteler en wil je veranderen van strategie? Dat kan, maar dat moet doordacht. Landbouweconoom bij KBC Bart Verstrynge waarschuwt dat je zeker de cijfers van je eigen bedrijf moet kennen om een strategie te bepalen. Een kasplanning helpt je al op weg.

Leestijd : 6 min

De kasstroom van bewaaraardappelen is al verschillende jaren erg fluctuerend, blijkt uit cijfers van het veel gebruikte boekhoudprogramma Tiber. In de periode 2010 tot 2017 bedroeg de gemiddelde kasstroom (dat wil zeggen ontvangsten min de uitgaven) van de bewaaraardappelen iets boven de 3.000 euro per ha. Maar die fluctueerde heel erg. In 2011 was de kasstroom het laagst, onder de 1.000 euro per ha, maar het jaar erop, 2012, schoot het omhoog met een gemiddelde van 5.000 euro per ha. “Hierbij werd nog wel geen rekening gehouden met betalersrechten, kredietlasten en arbeid”, vertelt Verstrynge.

Er zijn verschillende factoren die de kasstroom beïnvloeden. De opbrengst is daar één van, maar die wisselen de laatste jaren ook sterk. Temperatuur, neerslag en bodemgesteldheid spelen hierin een belangrijke rol. De prijs die je krijgt voor die aardappelen hangt dan weer af van vraag/aanbod, ras, vrije of contractteelt, de kwaliteit van de aardappelen en de bewaring. En dan moet je de kosten er nog van af trekken. “Pootgoed en gewasbescherming maken ongeveer 60% uit van de variabele kosten. Meststoffen, energie, loonwerk en pacht zijn ook kosten die in rekening moeten worden gebracht. En het belangrijkst van al: we zien dat de variabele kosten jaar na jaar stijgen. Dat is een zekerheid.”

Landbouwer maakt

het verschil

Ook een zekerheid is dat er veel verschillen zijn tussen de bedrijven. Uit cijfers van 2016 van het landbouwmonitoringnetwerk van het departement Landbouw en Visserij bleek dat er bij vroege aardappelen een enorme variatie zat in oppervlakte van bedrijven, maar dat de grotere arealen geen garantie waren voor een beter rendement. “Toen leek het dat de kleinere bedrijven een hoger saldo kregen. De variabele kosten zijn ongeveer gelijk voor alle bedrijven, maar het verschil in saldo werd vooral bepaald door verschillen in opbrengst en verkoopprijs. Uiteindelijk maakt de landbouwer het verschil. Een opbrengst die 25% minder is ten opzichte van het vorige jaar, kan ervoor zorgen dat de cashflow meer dan 50% zakt.”

Lage opbrengsten of hoge kosten of zelfs een combinatie van de twee kunnen een sterk impact hebben op arbeidsinkomen en kunnen leiden tot liquiditeitsproblemen. Mindere technische resultaten kunnen de impact op het bedrijf bovendien nog groter maken. “De bedrijven worden ook groter en meer gespecialiseerd, wat de impact op het bedrijf ook vergroot”, klinkt het.

Baas over je eigen cijfers

De landbouweconoom vermoedt dat in de land- en tuinbouwsector boeren te weinig zicht hebben op hun bedrijfscijfers. “Dat is jammer. Goed inschatten is heel belangrijk, weten wat de impact is van een bepaald scenario. Het is enkel op basis van de cijfers dat je een strategie kan maken.” Die strategie is voor iedere boer anders. De een wil uitbreiden in areaal, de ander wil een automaat zetten, en nog een andere wil misschien zelfs stoppen met de aardappelteelt. Je kan enkel zo’n beslissing maken met kennis van zaken en cijfers over je bedrijf. “Daarbij is het belangrijk verder te kijken dan één seizoen”, vertelt hij.

Op lange termijn is het nuttig je eigen gemiddelde cijfers te kennen. “Een kwalitatieve bedrijfseconomische boekhouding is een zeer interessant werkinstrument. Zorg er dan wel voor dat de cijfers die je erin zet correct en volledig zijn. Een alternatief is een volledig fiscale boekhouding.”

Ook technische resultaten in tonnen per ha zijn de moeite: het is nodig te om op perceelniveau te weten wat de impact is van bepaalde teeltomstandigheden. Bovendien kan je best ook weten welke opbrengsten in euro per ton je kan krijgen op verschillende momenten. Verstrynge hamert ook op het belang van de kostprijs, zeker van arbeid. “Houd rekening met eigen arbeid en die van derden. Onderzoek of er ook sprake is van verdoken arbeid, zoals bijvoorbeeld de hulp die je krijgt van ouders. Onderzoek ook de mogelijkheid om de arbeidsefficiëntie op het bedrijf te verbeteren. Ik denk dat we te weinig kijken naar het rendement per uur.”

Buiten arbeid zijn ook de kosten van plantgoed, gewasbescherming, meststoffen en bewaring zeker mee te nemen. Bekijk ook wat de kosten zijn van de grond, zowel bij eigendom als pacht.

Kennis van cijfers maakt macht, en een strategie

“De kennis van je cijfers laten toe na te denken over wat je wil. Wil je een groot bedrijf met goede technische resultaten tegen een zo laag mogelijke kostprijs, of wil je eerder meer sociaal contact. Dit moet je meepakken in de strategie. Strategie is een combinatie tussen kostprijs die je zo minimaal wil houden en een zo hoog mogelijke toegevoegde waarde. Afhankelijk van de strategie heb je meer of minder impact op de twee.”

Zijn boodschap: als je wil groeien, groei dan eerst in rendement en groei erna pas met rendement. In rendement groeien vraagt kleine investeringen die zich snel terugverdienen. Een voorbeeld is investeren in sturing van de bewaarloods.

Financiering versieren

Wil je financiering van de bank, moet je je afvragen en nagaan hoeveel je kan verdienen. De bank kijkt altijd in functie van hetgeen terugbetaald kan worden binnen een aanvaardbare termijn. Betere bedrijfsresultaten laten een hogere kredietlast toe en bovenal moet je onthouden dat eigen inbreng meestal noodzakelijk is. Ten slotte moet er voldoende marge zijn tussen hetgeen je verdient en je kredietlast, zodat je in eigen levensonderhoud kan voorzien.

In ieder geval, als je besluit te gaan investeren of uitbreiden, is een sluitend investeringsplan (dat een overzicht geeft van alle investeringen) en financieringsplan (dat aangeeft hoe je je investeringen zal financieren) noodzakelijk.

Kasplanning als zekerheid

Op korte termijn, meestal een teeltseizoen, moet je een kas- of liquiditeitsplanning maken om te berekenen of er op het eigen bedrijf voldoende middelen beschikbaar zijn om de periode tussen kosten en opbrengsten te overbruggen, om tijdelijke extra behoeften bij uitbreiding te dekken en perioden van laagconjuctuur en of minder opbrengst te overbruggen. “Je kan op lange termijn rendabel zijn, maar op korte termijn kan je bepaalde liquiditeitsproblemen hebben door eigen fluctuaties”, waarschuwt Verstrynge.

Om de kassituatie in kaart te brengen, moet je weten wat de toekomstige geldstromen in en uit zullen zijn, liefst op maandbasis over een periode van 2 à 3 jaar. Er moet rekening gehouden worden met realistische opbrengstcijfers, de bedrijfseigen kostenstructuur inclusief de kredietlasten en privébestedingen en de betalingstermijnen. “Houd ook rekening met eigen arbeidsvergoeding en pas het eventueel aan de eigen gezinssituatie aan. Ik kan me voorstellen dat bij gezinnen met kinderen de maand september wel duurder kan zijn.” Ook openstaande facturen mogen zeker niet vergeten worden.

“Die kasplanning moet regelmatig bijgewerkt worden want de kasplanning is nooit correct. Je moet steeds nadenken wat bepaalde situaties bijvoorbeeld op het veld voor impact hebben op het bedrijf. Als je weet wat de impact is moet je voor jezelf nagaan hoe je ermee omgaat.” Als die negatief is, kan je voor een deel gaan bufferen, via jezelf, de bank of een leverancier.

Sterk in tijden van inkomensschommelingen

Dat het inkomen zal schommelen, daar kan je alvast zeker van zijn. Als bedrijf kan je je alvast beschermen tegen de impact ervan. Er bestaan echter diverse strategieën hiertoe. “Dé oplossing bestaat niet. Dat hangt af van eigen cijfers en het soort bedrijf. Waar je eerst en vooral moet voor zorgen is dat je top moet zijn op technisch en economisch vlak.”

Verder geeft de econoom enkele tips mee. Goed aankopen en verkopen en marktkennis zijn zo van belang. Contracten zorgen dat fluctuaties van de inkomsten een stuk beperkt worden. “Nu, de laatste jaren zagen we dat het ook wel eens risicoverhogend is in plaats van risicodalend.” Ook geeft hij mee dat voldoende eigen buffer nodig is om periodes van laagconjunctuur en onvoorziene uitgaven en vervangingsinvesteringen te overbruggen.

Agrarische termijnmarkten volgen, kan ook, maar is niet voor alle bedrijven weggelegd. Toch is het zeer interessant om naar de markt te kijken om de trends erin te ontdekken. “Als bank proberen we in te spelen op de fluctuaties, door flexibele financiering aan te bieden.”

Ten slotte geeft hij de tip om diversificatie of differentiatie te overwegen. “Heb je een groter areaal aardappelen, dan loop je een groter risico dan dat je gemengd bent. In een gemengd bedrijf heb je diverse takken waardoor de schommelingen wat kunnen uitvlakken. Nadeel is echter dat je ook expertise moet hebben in alle deeltakken. Een andere optie is differentiatie. In dat geval creëer je een hogere toegevoegde waarde aan je product. Dit kan door directverkoop, of door te focussen op niches”, geeft hij mee. “Het blijft wel belangrijk dat je ook dit dan in cijfers ziet”, lacht hij.

Marlies Vleugels

Lees ook in Aardappelen

Meer artikelen bekijken