Startpagina Economie

Runder- en varkensslacht België vertoont krimp

De Belgische slachtsector heeft in de eerste drie kwartalen van 2019 op alle fronten een kleinere productie gehad dan in dezelfde periode van 2018. Van alle diersoorten, dus zowel varkens en rundvee als gevogelte, schapen en lammeren, zijn er minder geslacht.

Leestijd : 4 min

D e grootste mutatie was er in het aantal geslachte koeien, dat nam ten opzichte van 2018 af met 7%. De kleinste terugval was er voor het aantal geslachte braadkippen, dat kwam ruim 2% lager uit. We gaan hier in op de situatie rond varkens en rundvee.

De Belgische varkensslachterij, hoofdzakelijk een Vlaamse tak van sport, omdat in Vlaanderen 95% van de slachtingen plaatsvindt, ging in het vierde kwartaal van 2018 een bijzondere periode in. Als we de slachtaantallen in 2018 per kwartaal bekijken, lijkt het resultaat in dat kwartaal in lijn met de trend in de voorgaande drie. Dat wil zeggen: groei in vergelijking met 2017. Uitgesplitst per maand blijkt echter dat de groei vrij abrupt is geweest en geheel voor rekening komt van het topresultaat in oktober, er is toen een recordaantal van iets meer dan een miljoen dieren verwerkt.

Zoveel varkensslachtingen in één maand is in de voorgaande jaren in ieder geval niet voorgekomen. Dat kwam door een combinatie van factoren. Ten eerste was in de hete zomer maanden de groei van de varkens achtergebleven en daarmee het aantal door boeren afgeleverde slachtrijpe dieren. Dat stuwde het aanbod in oktober op, een na-ijleffect dat niet ongewoon is in een jaar met erg warme zomer. Een tweede, veel belangrijker gegeven was dat de varkenssector in september 2018 werd opgeschud doordat gevallen van Afrikaanse Varkenspest waren gesignaleerd.

Het ging weliswaar om wilde zwijnen, maar de schrik zat er goed in. De varkenshouderij en daarmee ook de slachterij heeft vervolgens te lijden gehad onder verstoringen in de markt voor vleesvarkens en varkensvlees. Er is door boeren ongetwijfeld opgeruimd waar ze konden, getuige het in vergelijking met oktober 2017 wat lagere gemiddelde slachtgewicht van de varkens. Waarschijnlijk kon er door de handel ook minder volume vleesvarkens in het buitenland (Duitsland) geplaatst worden.

De Belgische varkenshouderij heeft het sindsdien niet gemakkelijk, als gevolg van de sterk bemoeilijkte export van het varkensvlees. Ten opzichte van andere EU-landen had België toch al matige varkensprijzen en deze kregen nog eens een flinke tik. Het heeft er alle schijn van dat vooral deze situatie de teruggang in de sector heeft veroorzaakt. Het verloop van het aantal slachtingen is in ieder geval duidelijk neerwaarts. Als de slachtaantallen van 2019 per kwartaal worden gezet tegen het gemiddelde van de vorige vier jaren is de terugval in kwartaal I 4,1%, in kwartaal II 5,6% en in kwartaal III al 6,8%.

1 (2)

2

Hoger slachtgewicht

Enkele kanttekeningen zijn op hun plaats. Ten eerste loopt de terugval in het aantal varkensslachtingen niet helemaal parallel met de uiteindelijke productie van varkensvlees. In de eerste drie kwartalen van 2019 zijn er ten opzichte van dezelfde periode van 2018 ruim 360.000 vleesvarkens minder geslacht in de categorie 25 tot 130 kilo, de om zo te zeggen standaard vleesvarkens. Dat is 4,5% terugval. De hiermee gerealiseerde vleesproductie was echter maar 2,9 % minder. Het is te danken aan de in dit jaar relatief hoge slachtgewichten van de afgeleverde varkens. Het ligt berekend op basis van de slachtgegevens gemiddeld 1,5 kilo boven dat van 2018 en bijna 2 kilo boven het gemiddelde over de vorige vier jaar.

De slachtaantallen in de categorie varkens met een gewicht van 130 kilo en zwaarder zijn toegenomen in het vierde kwartaal van 2018 en het eerste kwartaal van 2019. Daarna is een dalende tendens ingezet. Het gaat hier om slechts een fractie van de totale slachtaantallen, normaal gesproken zo’n 2,5 procent. Op de totale vleesproductie heeft deze categorie niet zo’n groot effect. Omdat dit de categorie is waarin ook de slachtzeugen vallen, zegt het wel iets over de uitstoot van dieren uit de varkenshouderij.

3

Kalveren: meer rosé

In het segment kalveren en runderen zijn de mutaties in de slachtaantallen uiteenlopend. Ook hier zijn best significante wijzigingen gaande, maar omdat het om minder grote absolute aantallen gaat, zijn de trends niet zo scherp af te bakenen als bij de varkens. Om te beginnen bij de kalveren: de jaartotalen van de Belgische kalverslachtingen (voor dit segment vrijwel uitsluitend in Vlaanderen) liggen sinds 2015 rond de 350.000 stuks. De in dit jaar tot en met september opgelopen achterstand ten opzichte van 2018 is uitgekomen op 3,5%. Dat staat voor nog geen 9.000 kalveren en is dus geen alarmerende ontwikkeling.

De gemiddelde slachtopbrengst is dit jaar tot en met september 172,4 kilo. Sinds 2015 is het gemiddelde slachtgewicht van de kalveren in België met ongeveer 10 kilo toegenomen, maar de statistieken maken geen onderscheid tussen blankvlees- en rosédieren. Het lijkt erop dat er niet zozeer zwaarder wordt geslacht, maar dat er meer ‘rosé-kalveren’ worden aangeboden.

Waals aandeel runderslacht groeit

Stieren worden meer en meer vooral in Wallonië geslacht. Vorig jaar vond 65 procent van de Belgische stierenslachtingen, ofwel bijna 100.000 stuks, plaats in Waalse slachthuizen. De jaartotalen zijn sinds 2014 met 10% gedaald. Die terugval zet zich dit jaar door. In de periode tot en met september zijn er ruim 4 procent minder stieren geslacht, bijna 5.000 stuks. De terugval in de productie van stierenvlees is minder groot, doordat het gemiddelde slachtgewicht van 484 kilo zo’n 5 tot 7 kilo hoger is dan in de voorgaande vier jaren.

5

Duur melkvee drukt aanbod

De qua aantallen grootste categorie rundveeslachtingen is die van de koeien. Ook hier verplaatst de slachtproductie zich enigszins naar Wallonië, maar minder rigoureus. In 2018 ging 68% van de slachtkoeien in Vlaanderen naar het abattoir, in 2010 was dat nog 75%. Hier zien we een opvallende trendbreuk. In de periode 2013 tot en met 2017 kende België nog groei in het aantal koeienslachtingen. Vorig jaar bleef het aantal nagenoeg op peil, maar dit jaar loopt het terug. In de periode tot en met september zijn, vergeleken met vorig jaar liefst 7%, ofwel 18.500 minder koeien geslacht. Het slachtgewicht van gemiddeld 383 kilo was 5,5 kilo meer. Dat wijst erop dat de uitstoot uit de melkveehouderij terugloopt. Melkvee is momenteel dan ook duur, de boer is zuinig op zijn koeien.

6

Jack Kwakman

Lees ook in Economie

Meer artikelen bekijken