Startpagina Paarden

‘Ik bewonder in het trekpaard zijn imposante verschijning, maar ook zijn zacht karakter’

Stal ’t Donkhof is een van de weinige trekpaardfokkerijen in het oosten van Vlaams-Brabant. Het is een nog eerder jonge fokkerij die door Rik Swinnen uit Molenstede is 1986 is begonnen. Met hem hadden wij een gesprek over zijn liefde voor trekpaarden, over zijn kampioenhengst Mathador en over zijn mooiste momenten.

Leestijd : 3 min

De liefde voor trekpaarden is er bij Rik Swinnen van kleins af aan geweest. Zijn grootvader langs zijn moeders kant was een hengstenhouder en had twee dekhengsten. Zijn vader heeft altijd met paarden gewerkt en verschillende veulens opgefokt en opgeleerd. Rik: “Er was altijd wel veldwerk met de paarden na schooltijd of op zaterdag. En zo groeide ik er samen mee op. Ik bewonder in het trekpaard zijn imposante verschijning, zijn kracht, maar ook zijn zacht karakter.”

In 1986 kocht Rik zijn eigen paard: Marquise van Aspelare met veulen Comtesse van Molenstede. Daarmee was fokkerij ’t Donkhof gestart. Momenteel staat er in Molenstede één dochter van Comtesse: Black-Brenne van ’t Donkhof (v. Dorus d’Opbrakel), 23 jaar en nog altijd baas in de kudde. Verder zijn er nog Mathiwa van ’t Donkhof, volle zus van Mathador, en haar jaarlingveulen Fenne (v. Unik de Lichereau).

Jonge hengsten

Daarnaast lopen er nog vijf jonge hengsten in opfok, waarvan er drie uit Mathador. Rik: “Misschien moeten we voor de toekomst meer hengstveulens doorhouden en opfokken, zodat we op de hengstenkeuring een groter aanbod krijgen waaruit we kunnen selecteren, maar de weg is lang. Sinds ik alleen ben - na het overlijden van mijn vrouw - is de fokkerij hier wat minder. Ik ga me wat meer toeleggen op het opfokken en beleren van jonge hengsten.”

Als er veulens geboren worden, vindt Rik dat een mooi moment. De prijskampen en jaarmarkten zijn ook leuke dagen. Maar bovenal amuseert hij zich elke dag met de paarden op de weiden.

Mooiste moment

In 2011 werd Mathador, die naar ’t Donkhof kwam als jong hengstveulen, goedgekeurd als dekhengst. Sindsdien staat hij ieder seizoen op het dekstation De Broekwinning te Zolder. Een paar jaar later, in 2013, werd Mathador van de Bouwhoeve nationaal kampioen. “Dat was met stip het mooiste moment in mijn hele paardenloopbaan”, aldus Rik. “Ook wanneer Mathador op de nationale prijskamp zijn lot afstammelingen toont, is dat eveneens een speciaal moment. Kampioen worden is één ding, maar bij een goede fokhengst gaat het niet alleen over het aantal afstammelingen dat hij heeft, maar ook en vooral over de kwaliteit hiervan. Dat hij zijn goede eigenschappen doorgeeft aan zijn veulens en zo zijn stempel kan drukken binnen de fokkerij, dat is wat telt.”

Mathador en zijn afstammelingen

En dat Mathador zijn goede eigenschappen doorgeeft, is nog maar eens gebleken in 2018 op de nationale prijskamp in Nederland. Daar stonden er maar liefst drie Mathador-zonen in de finale: kampioen Mette van ’t Rijkelhof, reservekampioen Lars van de Doorne Plas en derde op tal Gilles van de Molenput. Domien van Luchteren werd ook nog kampioen bij de 3-jarigen. Toen Mathador op de laatste nationale prijskamp in eigen land voor de vierde maal zijn afstammelingen toonde, was dit eveneens een hoogtepunt. Uit deze rij afstammelingen werd later die dag Jana van ’t Hengelhof kampioenmerrie en Vino van Luchteren kampioenhengst. Best indrukwekkend! “Dat mede dankzij Mathador andere fokkers het hoogste succes behalen, daar ben ik heel blij om en ik gun het hun van harte. Geluk moet je immers delen”, zegt Rik.

Het kleurenpalet in zijn afstammelingen is ook bijzonder: zwart, zwartschimmel, blauwschimmel, bruin ... Mathador geeft het allemaal. “En al mag de effen kleur dan mode zijn, op een goed paard staat geen kleur”, aldus Rik.

Stamboek

De fokkerij van het Belgisch Trekpaard heeft altijd hoogtes en laagtes gekend. De handel loopt momenteel niet goed. Of er nieuwe initiatieven nodig zijn? “Ik denk dat er altijd liefhebbers gaan blijven, hetzij als fokker of recreant. Maar we moeten wel de eigenheid van het Belgisch Trekpaard behouden. Elk ras heeft zijn eigen doel. Het stamboek en de onderafdelingen moeten eigenlijk maar één ding doen: samenwerken. Vergelijk het met een 2-span trekpaarden: als die niet samenwerken, dan gaat er niets vooruit. Als je weet dat het Belgisch Trekpaard twee wereldoorlogen heeft overleefd, dan zal het ook wel dit coronatijdperk overleven”, besluit Rik Swinnen.

Bernard Lenaerts

Lees ook in Paarden

Meer artikelen bekijken