
Van vogelgriep is in feite geen sprake, die term is weggelegd voor de stammen H5 en H7 van het virus. Deze besmetting met H3 is compleet onschadelijk voor de mens, maar veroorzaakt wel symptomen tot zelfs de dood bij pluimvee. Onnodig te zeggen dat de sector snel van de pathogeen af wil. De Vlaamse Bedrijfspluimvee- en Konijnenhouders vzw, ook gekend als de Landsbond, drong er samen met het Algemeen Boerensyndicaat en Boerenbond op aan om snel actie te ondernemen. Minister Ducarme (MR) had hier oren naar, en beloofde de operationele kosten van een spoedige ruiming op zich te nemen.
Na de ruiming vallen de stallen makkelijk virusvrij te maken. “Het is zeer gemakkelijk te bestrijden met eenvoudige ontsmettingsmiddelen”, zegt Danny Coulier, voorzitter van de Landsbond. De getroffen pluimveehouders worden schadeloos gesteld via het Sanitair Fonds, opgebouwd met middelen van de sector. Hoeveel de schadevergoeding er zal worden uitbetaald, is nog onbekend. “We wachten op de inventaris die het kabinet opmaakt. Binnen het Sanitair Fonds Pluimvee is er nu een reserve van ongeveer 8 miljoen euro. Die zal in eerste instantie aangewend worden”, aldus Coulier.
Nu de grote lijnen zijn uitgetekend hopen we dat het FAVV snel zal overgaan tot de operationele uitvoering van de maatregelen. “Iedereen kijkt uit naar een ministerieel besluit. We wachten op een protocol voor de mestafzet van de betrokken bedrijven. Het voedselagentschap FAVV en de Vlaamse minister van Landbouw kunnen zolang niets voor ons doen. Ze wachten af wat het kabinet zal doen.”
Maar actie is nu nodig, weet Coulier: “We zijn geld met bakken naar buiten aan het gooien in de sector. Dat heb ik in mijn dertig jaar in de sector nog niet gezien. Het is ongelooflijk dramatisch voor de individuele pluimveehouders. De ziekte neemt intussen onmenselijke vormen aan. Eén pluimveehouder kon het niet meer aanzien. Die heeft zelf het initiatief genomen om zijn dieren te vergassen. Dit kan niet wachten.”
Bij de leghennen ziet Coulier vooral oudere leggende dieren en dieren die nog aan de leg moeten beginnen bezwijken aan de ziekte. Verder treft H3 ook kalkoenen. “Die zijn doorgaans gevoeliger”, weet Coulier. Hoe de oorspronkelijke besmetting gebeurde, weet hij niet. “Dat kan op tal van manieren zijn gebeurd. Het virus kan ook gewoon in de natuur aanwezig zijn.”