Startpagina Archief

Vragen over bij wie steun terechtkomt

Naast de 25 miljoen euro voor sierteeltbedrijven en 10 miljoen euro voor aardappeltelers uit het Noodfonds voorziet Vlaanderen 23,4 miljoen euro extra steun aan onze landbouwers. In de commissie Landbouw had Chris Steenwegen (Groen) daar ook geen enkel probleem mee. “Maar vandaag gaat 80% van die steun naar 20% van de bedrijven.” Hij pleit voor een herverdeling. Minister Hilde Crevits (CD&V) begrijpt de bezorgdheid. “Europa laat geen andere manier van verdelen toe.”

Leestijd : 4 min

De coronacrisis hakt zwaar in op de land- en tuinbouwsector. Vlaanderen voorziet onder meer steunmaatregelen uit het Noodfonds (35 miljoen euro) voor de sier- en aardappelteelt. Daarbovenop kent de Vlaamse regering nog 23,4 miljoen euro extra steun toe. Goed nieuws, vindt ook Chris Steenwegen, Vlaams parlementslid voor Groen. Maar die heeft wel opmerkingen, die hij eerder formuleerde in de commissie Landbouw.

Basisbetalingsregeling

“Die extra steun zou zijn gebaseerd op de bestaande inkomenssteun”, zegt Groen-parlementslid Chris Steenwegen. “Daar hebben wij het toch wat moeilijk mee.” Minister Hilde Crevits gaf mee dat die 23,4 miljoen euro uitkomt op gemiddeld 1.114 euro (23,4 miljoen euro voor 21.000 landbouwers, basisbetalingsregeling).

“Dat gemiddelde bedrag maskeert natuurlijk de heel ongelijke verdeling van die inkomenssteun”, merkt Chris Steenwegen op.

“Wie al veel steun krijgt omdat hij over hoogwaardige betalingsrechten beschikt, zal zo ook weer de meeste steun ontvangen. Wie vandaag weinig of niets ontvangt, zal via deze aanpak ook weinig of niets van die extra middelen krijgen. We hebben het moeilijk met het omgekeerd herverdelingsmechanisme. Vandaag gaat 80% van de steun naar 20% van de bedrijven, en dus krijgt 80% van de bedrijven maar 20% van de steun”, zegt Chris Steenwegen.

Redelijke levensstandaard

“De voorbije maanden is zeker gebleken dat het belangrijk is om onze voedselzekerheid veilig te stellen”, antwoordt landbouwminister Hilde Crevits (CD&V) op de kritiek.

“Het waarborgen van de voedselveiligheid is een van de doelstellingen binnen het GLB. Dat betekent voldoende en betaalbaar voedsel voor de Europese burger aan de vraagzijde en tegelijk een redelijke levensstandaard voor landbouwers aan de aanbodzijde.”

De coronacrisis was geen productiecrisis, benadrukt minister Crevits. “De boeren ploegden voort en er is voedsel genoeg. De negatieve prijsevoluties zijn vooral te wijten aan verstoorde afzetketens in nagenoeg de hele EU, en bij uitbreiding de hele wereld.”

Geen blanco cheque

Hilde Crevits wijst er op dat de basisbetaling geen “blanco cheque” is. “De landbouwers moeten voldoen aan een uitgebreide reeks randvoorwaarden die een marktgerichte, duurzame landbouw nastreven in overeenstemming met de wensen van de maatschappij. Het is een belangrijke stimulans voor betere evenwichten tussen landbouw en milieu.”

De middelen van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) zijn verdeeld over 2 pijlers. In 2019 bedroeg de gemiddelde steun uit de eerste pijler aan landbouwbedrijven 9.985 euro steun. “Het gemiddelde betalingsrecht had een waarde van 209 euro per ha.”

In totaal namen iets meer dan 21.000 landbouwers deel aan de basisbetalingsregeling. Dat vormt het grootste deel van de ongeveer 23.000 landbouwbedrijven in Vlaanderen. “Het hoogste bedrag dat als basistoeslag aan een individueel bedrijf wordt uitgekeerd, is nog niet bekend. De berekeningen en de betalingen gebeuren vanaf de tweede helft van oktober. Alle betalingen zijn openbaar en kunnen op www.belpa.be worden geraadpleegd”, aldus Hilde Crevits.

Volgens Chris Steenwegen (Groen) zou het eerlijker zijn om de Europese middelen op een andere manier te verdelen. “Wat nu een heel onrechtvaardige en onbillijke verdeling is, wordt hier nog eens bevestigd. Zij die de weg naar de EU goed kennen, zoals de grote bedrijven, krijgen veel.”

“De kleinere bedrijven, die daar veel minder een beroep kunnen op doen, zullen weer weinig of geen steun krijgen. Dat is spijtig. Het zou goed zijn wat herverdelend te werken en de bedrijven die nu op weinig tot geen steun vanuit de eerste pijler kunnen rekenen, in deze moeilijke tijden toch wat meer financiële steun te geven.”

In het kader van de coronacrisis wijzigt Vlaanderen haar besluit dat de voorschriften vaststelt voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het GLB. Het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie omvat twee pijlers. De eerste pijler betreft de directe steun en het marktbeleid, de tweede pijler betreft het plattelandsontwikkelingsbeleid.

Van Pijler 1 naar 2

Gezien directe steun binnen het GLB-instrumentarium een flexibele en administratief eenvoudige beleidsmaatregel is om de liquiditeitspositie van de ondernemingen te verbeteren, biedt de EU de mogelijkheid om de voorziene modulatie van de eerste naar de tweede pijler voor het lopende jaar 2020 (10% van de enveloppe voor rechtstreekse betalingen) te annuleren. Op die manier worden ongeveer 23 miljoen euro middelen herbestemd.

Chris Steenwegen (Groen) betreurt dat hij niet eerder op de hoogte was van die aanpak. “Ik kreeg reacties van boeren die heel ontstemd zijn en die alleen bevestigd zagen van een landbouwbeleid en een verdeling van subsidies die zij als onbillijk en onrechtvaardig ervan. Ik hoop dat we later tot een andere verdeling van de subsidies komen.”

Lieven Vancoillie

Op de volgende pagina’s gaan we in op die steun : op p. 4 de top-20 van Belgische begunstigden van EU-landbouwsteun (2019), via belpa.be. Voor telers is het van belang om aangesloten te zijn bij producentenorganisaties (PO’s). Die krijgen steun in het kader van de gemeenschappelijke ordening van markten (GMO-steun, Pijler 1, 2018), zie p. 5.

Actueel

Enquête: hoe neem jij je melkstalen?

Melkvee Finn van Laar, derde master student Diergeneeskunde, optie herkauwers, aan de Universiteit Gent, onderzoekt voor zijn masterproef hoe melkveehouders melkstalen nemen. Door de enquête in te vullen, help je dit onderzoek vooruit.
Voir plus d'articles
Meest gelezen