Het wordt uitkijken om een effectief antwoord op de vele vragen te vinden en of een overleg kan worden opgestart of minstens kan worden gefaciliteerd. “Consumenten zijn zich meer bewust van waar ze inkopen doen en kijken ook meer in de richting van lokaal kopen en dierenwelzijnsaspecten” vult Sofie Joosen (N-VA) aan. “Onze Vlaamse landbouwers willen daar ook daadwerkelijk op inspelen, maar er zijn in de praktijk toch nog wat obstakels, en die moeten we ook durven benoemen: de lange transporten, de stressvolle omstandigheden voor de dieren... Die zijn niet goed en op dat vlak zijn er zeker ook nog opportuniteiten. Daar passen die mobiele slachthuizen zeker in. In de praktijk zijn we er vandaag nog niet. Naast andere knelpunten (rendabiliteit, economische haalbaarheid...) zijn er die ook op het vlak van omgeving. Het zal groepswerk worden om de plannen te kunnen realiseren”, aldus Sofie Joosen.
Volgens Bart Dochy, Vlaams parlementslid voor CD&V en voorzitter van de commissie Landbouw in het Vlaams parlement, heeft de slachthuissector ook een ‘imagoprobleem’. “De mensen doen hun best, maar worden soms een beetje gekweld door controles van het FAVV, door het niet consistent zijn van de controles, en ook door andere instanties. Er is wel een probleem met die kleinere slachtinrichtingen, ook qua rechtszekerheid en voor het imago van de sector. Ik denk dat dat ook meespeelt in heel de kwestie van de mobiele en kleinschalige installaties. Die mobiele installaties bieden hoogstwaarschijnlijk een aantal mogelijkheden. Het is inderdaad goed dat er verder naar wordt gezocht.”





