Voorbeelden van herwonnen meststoffen zijn: ammoniumnitraat, ammoniumsulfaat, varkensurine, digestaat en dunne fractie van digestaat. Een aantal van deze producten worden gecategoriseerd als ‘Renure’ en hebben dus veel potentieel om in de toekomst als kunstmestvervanger te dienen!
Via een meerjarige veldproef vergelijken onderzoekers daarom hun agronomische en milieukundige waarde met ruwe dierlijke mest en kunstmest.
Mestwetgeving
Herwonnen meststoffen uit dierlijke mest worden momenteel nog steeds aanschouwd als dierlijke mest en moeten dus ook binnen de nitraatrichtlijn (maximum 170 kg dierlijke N/ha) worden toegepast. Als aan bepaalde criteria voldaan wordt, zouden deze een uitzondering kunnen krijgen op de nitraatrichtlijn en zouden deze als kunstmest worden toegepast.
Oorspronkelijk zou de Europese Commissie voor regelgeving zorgen, maar recent blijkt dat het toch aan de lidstaten is om hiervoor actie te ondernemen in de vorm van een derogatie. Vlaanderen is van plan om dit te doen van zodra Mestactieplan 7 in voege treedt.
Veldproef
Om te onderzoeken wat de mogelijkheden van herwonnen meststoffen zijn en hoe het zit met nitraatuitspoeling ten opzichte van traditionele kunstmest zijn Inagro en Ugent in 2019 begonnen met een meerjarige veldproef in Wingene. Jaarlijks wordt daar de landbouwkundige waarde en milieukundige impact opgevolgd. Er worden 5 herwonnen meststoffen met elkaar vergeleken volgens 3 dosissen.
Een eerste probleem waar de onderzoekers in het veld tegenaan liepen, waren de weersomstandigheden. Het voorjaar van 2019 was verre van ideaal en de zomer was extreem droog. Het tekort aan water had een grotere invloed op de gewasopbrengst dan het via het proefopzet geïntroduceerde tekort aan minerale stikstof in de bodem.
In 2020 was er dan weer een extreem droog voorjaar en trad er stuifschade in de jonge spinazieplanten op. De vele neerslag in 2021 zorgde voor uitspoeling van de meststoffen.
De proefveldwerking leerde de onderzoekers ondertussen ook dat de nutriënteninhoud variabel kan zijn. Ze adviseren om de meststoffen steeds goed te mengen en om hier tot vlak voor het moment van toepassing aandacht voor te hebben.
Resultaten
Zoals hierboven al aangehaald, konden er door de zeer droge omstandigheden in 2019 weinig conclusies getrokken worden. Er waren nergens significante verschillen, zelfs niet in de niet bemeste referenties. Diezelfde conclusie geldt ook voor proefjaar 2020 en 2021.
Dit jaar staat er maïs op het proefperceel die ergens in oktober geoogst gaat worden.
De voornaamste conclusie die de onderzoekers nu laten horen, is dat in sommige proefjaren het effect van de weersomstandigheden groter was dan dat van het type meststof en zelfs dan dat van de dosis. Ze zien voorlopig maar weinig verschillen in opbrengst en in het restnitraat tussen de verschillende herwonnen meststoffen. Graag zouden ze in hun proefveldwerking een parameter kunnen meenemen die het vochtaanleverend vermogen van de bodem mee in kaart brengt.
Ammoniumnitraat
Mechanisatie
Voor het toedienen van herwonnen meststoffen, maar ook voor spuiwater of andere concentraatstromen uit de landbouw staat de mechanisatie nog enigszins in haar kinderschoenen. Landbouwers en/of loonwerkers werkten al eigen constructies uit om spui- of concentraatstromen op het veld open te spreiden of sproeien. Er kunnen hier risico’s optreden op gasvorming bij drijfmestbijmenging of op verbranding bij foute weersomstandigheden.
Voor het toedienen van precisiemeststoffen in vloeibare vorm zijn er spaakwielbemesters op de markt. Nadelen hiervan zijn de hoge aanschafprijs en de lage werksnelheid. Van de Nederlandse farbikant Slootsmid werd tijdens het proefveldbezoek een schijveninjecteur getoond. Deze is qua techniek vergelijkbaar met een zode-injecteur voor drijfmest, maar de componenten zijn net iets anders (kleiner) gedimensioneerd.
De getoonde machinecombinatie had in de fronthef een fronttank met de vloeibare meststof. Via een slang wordt de meststof getransporteerd naar de gedragen injecteur in de achterhef. Er werd op gewezen om de inhoud van de fronttank niet te klein te nemen en om het liefst te kiezen in functie van de dosering van de meststof.





