Enkel GLB-steun voor zaakvoerders zonder rustpensioen
Vanaf 2025 moet er binnen het landbouwbedrijf minstens 1 zaakvoerder zijn die geen rustpensioen ontvangt om erkend te worden als actieve landbouwer binnen het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Zo wil Vlaanderen verder inzetten op de generatiewissel en op de verjonging binnen de sector.
Sinds 2023 is een nieuwe definitie van ‘actieve landbouwer’ van toepassing op veel maatregelen binnen het GLB en bij zorgboerderijen. Die vormt een basisvoorwaarde voor het ontvangen van steun. De definitie bestaat momenteel uit 4 voorwaarden. Vooreerst moet je over een Belgisch btw-nummer be-schikken waarvoor bij de btw-diensten een Nacebel-code bekend is die duidt op landbouwactiviteit. Ten tweede moet je over een standaardverdiencapaciteit (SVC) van minstens 7.500 euro beschikken. Voor landbouwers met biologische productie en instromers geldt een verlaagde grens van 3.000 euro. Verder moeten je btw uitgaande handelingen (bedragen exclusief btw) ten gevolge van landbouwactiviteiten minstens een derde van de uitgaande handelingen van alle economische activiteiten van je onderneming bedragen. Tot slot mag je als landbouwer (of als een aan de landbouwer verbonden onderneming) geen overheidsinstelling, erkende terreinbeherende natuurvereniging, universiteit of hogeschool zijn.
Nieuwe vijfde voorwaarde
Vanaf 2025 komt er een vijfde voorwaarde bij. Die stelt dat er binnen het landbouwbedrijf minstens 1 bedrijfs-hoofd, zaakvoerder, lid, vennoot of be-stuurder moet zijn die geen rustpensioen ontvangt. Een landbouwbedrijf waarbij alle zaakvoerders een rustpensioen ontvangen, komt dan ook niet meer in aanmerking voor steun.
Landbouwers moeten vanaf 2025 aan alle 5 voorwaarden van de definitie van actieve landbouwer voldoen. Als aan 1 voorwaarde niet voldaan is, wordt een landbouwer binnen het GLB be-schouwd als niet-actief. Voor de areaal- en diergebonden maatregelen wordt de nieuwe voorwaarde gecheckt op de uiterste wijzigingsdatum van de verzamelaanvraag. Voor de overige maatregelen (zoals VLIF, kennisportefeuille...) is het belangrijk dat je zowel op het moment van de steunaanvraag als op het moment van de betalings-aanvraag voldoet aan bovenstaande definitie.
Ook voor zorgboerderijen
Ook voor de subsidie voor zorgboerderijen is deze bijkomende voorwaarde van toepassing vanaf 1 januari 2025. Voor beheerovereenkomsten en de agromilieuklimaatmaatregel voor het behoud van lokale veerassen is het voldoen aan de definitie van actieve landbouwer geen subsidievoorwaarde.
Agentschap Landbouw enZeevisserij