Startpagina Melkvee

“Collega’s noemen ons bedrijf wel eens ‘de smart farm’”

De liefde voor hun dieren spat eraf bij Kristof Dierkens en Marleen van Yperen. Ze baten een vleesveebedrijf uit met zo’n 65 Belgisch witblauw runderen, en dat terwijl ze beiden ook voltijds bij het ILVO werken. Hun Bockstalhoeve is gevestigd in Wachtebeke en is helemaal gericht op de gezondheid en het welzijn van de dieren.

Leestijd : 8 min

In 2003, toen Kristof 26 jaar oud was, nam hij de boerderij van zijn ouders over. Hij besloot om het gedeelte met melkvee stop te zetten en om zich helemaal te focussen op vleesvee. De vaste uren van koeien melken waren moeilijk te combineren met zijn job bij het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO).

Voltijds bij het ILVO

Bij de overname was de melkveestal toe aan grote renovaties. Samen met de vaste melkuren zorgde dat ervoor dat Kristof voor vleesvee koos. “Ik wilde naast de boerderij nog een vaste job behouden om een vast inkomen te hebben, en mijn voorkeur ging sowieso ook wel naar vleesvee. Na mijn opleiding aan de landbouwschool heb ik 6 jaar gewerkt bij melkerij Inex. Ik werkte daar graag, maar doordat de werkuren daar elke week anders waren, ben ik daarmee gestopt. Vrienden van mij werkten bij het ILVO en hun jobs leken mij heel interessant.

Het ILVO zocht een coördinator voor de afdeling varkens. Eerst had ik mijn twijfels, omdat mijn hart toch wel bij runderen ligt, maar ik besloot de stap te wagen. Nu, 22 jaar later, werk ik nog steeds bij de varkens. Ik vond mijn team en het werk dat ik deed eigenlijk heel leuk, en thuis kon ik mijn gang gaan met mijn vleesvee.”

Marleen komt uit Nederland, maar haar oma woonde in Vlaanderen, en daar ging ze elk weekend naartoe. Haar ouders woonden in de stad, maar al van jongs af hoopte ze ooit te trouwen met een Vlaamse rundveehouder. Ze ging naar de landbouwschool en studeerde af als paraveterinair. Zij werkt nu ook bij het ILVO, op de afdeling dierenwelzijn. Marleen doet bedrijfsbezoeken op kippen-, varkens- en konijnenbedrijven. Thuis verzorgt Marleen vooral de kalveren.

De ‘smart farm’

Een groot deel van de vleesveestal heeft Kristof zelf in elkaar gestoken. Daardoor is het bedrijf nu helemaal ingericht naar zijn visie, inclusief de nieuwe snufjes, want de kennis die Kristof en Marleen opdoen bij het ILVO en op beurzen, passen ze regelmatig ook thuis toe. Denk maar aan onderzoeken naar voeding, gedrag en dierenwelzijn.

“Collega’s noemen onze boerderij wel eens de ‘smart farm’”, lacht Kristof. “In onze stal hangen camera’s waarmee we de (drachtige) koeien in het oog kunnen houden, en we investeerden in geboortemelders en slimme halsbanden. Via onze smartphone kunnen we al alles in het oog houden. Uiteraard blijft het ook belangrijk om zelf te blijven kijken naar de koeien en om niet alleen op technologie te vertrouwen.”

Geboortemelder

Op de Bockstalhoeve kiest men ervoor om altijd een keizersnede te laten uitvoeren. Een week voor de verwachte kalving wordt een sonde met een zender die de temperatuur meet en doorstuurt, in de schede van het dier geplaatst. Via de geboortemelder van CowsOnWeb, ontvangen Kristof en Marleen een grafiek op hun smartphone. Op die manier kunnen ze gerust hun werk doen buitenhuis en kunnen ze tijdig de veearts op de hoogte houden.

De koe loopt samen met een ‘vriendin’ in een aparte ruimte vanaf het moment dat de sonde wordt ingebracht. Na de bevalling gaat het kalf voor 2 dagen naar een individuele box, waar het biest van de moeder krijgt, die het koppel zelf afmelkt. Daarna verhuist het naar een groeibox met 3 andere kalveren, waar ze kunstmelk krijgen. Na 14 dagen krijgen ze startkorrels en extra hooi voor een goede pensontwikkeling. Na 8 weken worden ze langzaam gespeend. Het moederdier blijft na de geboorte een week apart staan om goed opgevolgd te worden en om aan te sterken. Daarna gaan ze terug naar hun groep. In het weideseizoen gaat een koe na een week terug naar de weide.

De koeien kunnen ten volle genieten van een roterende schuurborstel.
De koeien kunnen ten volle genieten van een roterende schuurborstel. - Foto: SN

Tochtdetectie

In november 2019 kochten Kristof en Marleen slimme halsbanden aan die ook op het ILVO bekeken werden. De halsbanden doen onder andere aan tochtdetectie. “Het grootste voordeel is dat ik het optimale tijdstip van insemineren kan bepalen via de gegevens van de halsband. Het geeft me ook extra bevestiging, want natuurlijk probeer ik dat zelf ook in het oog te houden. Meestal hebben wij het zelf ook eerder gezien als ze staan te springen in de wei. ’s Nachts is dat bijvoorbeeld echter moeilijk, en 60% van de meldingen van bronst komt ‘s nachts binnen op mijn smartphone.

Omdat we die investering toch al hadden gemaakt, hebben we er ook meteen voor gekozen om de optie ‘gezondheidsbeoordeling’ toe te voegen aan de halsbanden. We zijn heel bezorgd om onze dieren en willen daarom altijd op de hoogte zijn van hun gezondheid. Op onze smartphone kunnen we een curve zien die aangeeft hoe de koe zich voelt. De halsband meet het herkauwen, de activiteit van de koe en de dagelijkse voeropname. Bij een grote afwijking van het normale gedrag, wordt een melding weergegeven. Ook dat geeft ons meer rust, zeker in combinatie met onze andere job.”

Groepshuisvesting

De huisvesting van de dieren is zo opgebouwd dat ze in grote groepen samen staan. “Dat geeft rust aan onze dieren”, legt Marleen uit. “Alle dieren staan op stro, van jong tot oud. De grootste en oudste groep staat met zo’n 40 dieren samen. De potstal draagt toe tot een optimaal welzijn en comfort, want een rund is een kuddedier en zal zich zo beter en rustiger voelen. Daarnaast hangt er ook een elektrisch roterende schuurborstel.

De groepshuisvesting in een potstal zorgt voor een beter welzijn.
De groepshuisvesting in een potstal zorgt voor een beter welzijn. - Foto: SN

De kalveren staan na de geboorte 2 dagen in een individuele box, waar ze biest krijgen die wij zelf afmelken bij de moeder met een minimelker. Daarna gaan de kalveren naar een grotere box op stro, en wanneer ze van de melk af zijn, gaan ze naar een grotere box met minstens 4 kalveren waar ze kunnen rondhollen en spelen met een skippybal die aan een touw hangt. We leren ze dan ook meteen hoe ze moeten vaststaan in het voederhek en hoe ze zich kunnen verplaatsen met een touw.

DSC05401 (2)

Toen we vroeger geen zelfsluitende voederhekken bij de kalveren hadden, was het moeilijk om ze dat nog aan te leren als ze ouder waren. Touwen worden enkel gebruikt bij het aanbinden van de koe voor inseminatie. Nu heeft Kristof zelf een voederhek op maat gemaakt voor elk hok, en dat is heel handig. Ik probeer ook regelmatig in het hok te gaan, zodat ze niet al te bang zijn voor mensen. Als ze opgroeien en op de weide terechtkomen, voel je je ook veilig als je op de weide moet zijn.

De vaarzen staan samen in hokken van 7 dieren. Daar gebeurt ook de eerste inseminatie. Als het terug warmer wordt, kunnen de dieren ook op de wei. De deuren blijven open, waardoor ze ook altijd binnen kunnen om beschutting te zoeken of om hun dagelijkse mineralen op te nemen. We merkten dat ze in de zomer vaak binnenkwamen om de hitte te ontlopen, en daarom hebben we de laatste jaren heel wat bomen aangeplant om een natuurlijke schaduw te creëren.”

Belgisch witblauw

“Mijn ouders zijn begonnen met het houden van Belgisch witblauw en het insemineren via CRV. Dat hebben wij voortgezet. Mensen vragen wel eens waarom ik onze koeien niet eens kruis met een grote Franse stier, maar dan is de geschiedenis van onze koeien helemaal weg. Dat zal ik dus nooit doen. Ik duik in de catalogussen en blijf zoeken tot ik de perfecte stier vind. De ene persoon leest de krant, ik de stierencatalogus.

De keuze is bij witblauw niet al te groot, waardoor ik ook altijd goed moet opletten dat ik geen voorouder van de koe kies. Via de module SAP van CRV kunnen we dat goed nagaan. Ik kies ook nooit een stier die minder dan 88 punten heeft, en ik let bij mijn keuze het meest op schofthoogte, bespiering en beenwerk. We gebruiken bij de vaarzen ook 95% gesekst sperma. De stier die we nu het meest bij de vaarzen gebruiken, is Bavard Du Chateau Fallois, een mooie, vlotte, ruime, zwarte stier met goed beenwerk en een hoge schofthoogte. Bij de koeien zijn we nu stilletjes aan het overschakelen van Langoureux De Fooz naar Dodou de St. Remacle. Dat zijn ook grote zwarte stieren. Wij zien dat graag. Zij zijn meestal groter en hebben een fijner vel. We volgen ook de trend en willen in de toekomst inzetten op hoornloos en zeker op Meat+.”

Het bedrijf van Kristof telt 65 vrouwelijke runderen en jaarlijks zo’n 35 kalvingen. Tussen half september en eind oktober stopt hij met insemineren. Zo vinden er geen kalvingen plaats in juli en deels in augustus. Dat geeft hem en zijn gezin de kans om er even tussenuit te trekken en van een vakantie te genieten. Als er tijdens de vakantie iemand nodig is op het bedrijf, kunnen ze rekenen op hun ouders. “Als we niet te ver weg gaan, durf ik tijdens onze vakantie wel eens over huis te rijden om te checken of alles goed verloopt”, aldus Kristof.

Eigen ruwvoer

“Het rantsoen van onze koeien bestaat uit maïs, voordroog en een mineralenmengsel”, zegt Kristof. “Daarnaast hebben we nog enkele ha waar we seizoenspacht op doen voor het telen van aardappelen. De vaarzen en kalveren krijgen krachtvoer tot ze ongeveer 1 jaar oud zijn. Daarna halen ze voldoende energie uit het rantsoen.

Onze stal heeft eigenlijk een capaciteit voor 90 runderen, een uitbreiding is dus altijd mogelijk. Met een paar extra koeien zouden onze kosten ook redelijk gelijk blijven, want de technologie, de ruimte en een sleufsilo zijn al aanwezig. Dat wil niet zeggen dat we echt tot 90 runderen zullen gaan, maar een uitbreiding zit er wel dik in.”

Scholen op bezoek

Marleen ontvangt regelmatig lagere scholen uit de buurt. “Ik geef dan elk kind een taakje en dat vinden ze heel leuk. De één veegt het voeder bij elkaar, de ander geeft wat eten en zo leren ze kleine taakjes op de boerderij kennen. Ze mogen vragen stellen en overal kijken. Twee kindjes mogen ook de kalfjes drinken geven met de fles. Dat willen ze allemaal heel graag, dus dan kiezen we 2 kindjes aan de hand van een spelletje.

Ik vind het belangrijk dat kinderen weten vanwaar hun eten komt. Er zijn steeds minder boerderijen, waardoor zij ook steeds minder de kans krijgen om de activiteiten van een landbouwbedrijf te zien.

Een vriendin van ons studeert aan de faculteit Dierengeneeskunde van UGent. Zij komt soms wel eens helpen met bijvoorbeeld keizersnedes, en dat vinden wij ook heel leuk. Zo kunnen wij wat kennis meegeven aan haar. Eerder hielpen we ook al andere studenten rond bedrijfsmanagement en gezondheid.”

Kinderen

Kristof en Marleen hebben 3 kinderen: Justine (19), Stef (17) en Evi (16). Voorlopig spreekt nog niemand van hen over een overname. Justine werkt graag in de retail en Evi helpt met de kalfjes en de melk als het druk is. Stef is graag bezig met machines en haalde daarvoor ook zijn tractorrijbewijs. “Onze kinderen lijken voorlopig nog niet in de richting van landbouw te gaan, maar wie weet verandert dat nog wel eens. Voor ons maakt dat niet zoveel uit. Wij hopen vooral dat ze later kunnen doen wat ze graag doen. Voor ons is dat werken met dieren, voor hen is dat iets anders”, zegt Marleen.

“Ik ben vooral blij dat Stef graag met de tractor rijdt”, lacht Kristof. “Dat is iets wat ik minder graag doe. Zet mij maar heel de dag tussen de koeien!”

Sanne Nuyts

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken