Startpagina Edito

Landbouwgrond is niet gratis

Het gemak waarmee het bestuur van Geraardsbergen 70 ha landbouwgrond cadeau doet aan Defensie voor de ‘Kazerne van de Toekomst’ is stuitend. En dan hebben we het er nog niet over dat het bestuur vooraf geen inspraak vroeg of dat de stad geen eigenaar is van die gronden, of dat er in Gavere, op enkele tientallen kilometers, een legerkazerne leeg staat.

Leestijd : 2 min

De landbouw is voor politici een onuitputbaar vat van ‘gratis’ ruimte. Of het nu gaat over nieuwe industrieterreinen, woonuitbreidingsgebieden, natuurgebieden of bredere wegen, er is altijd wel een landbouwgrond die politici daar graag aan opofferen. Meestal met de dooddoener dat de boer blij mag zijn dat hij onteigend wordt, want zo kan hij ‘eindelijk gaan rentenieren’.

De 70 ha die in Geraardsbergen verdwijnen, zullen op zich niet de doodsteek zijn van de landbouw in Vlaanderen. Het brood of de frietjes zullen hierdoor morgen niet duurder zijn dan vandaag. Die 70 ha kunnen op het totale Vlaamse landbouwareaal nog wel gecompenseerd worden door efficiëntiewinsten op andere gronden, voor zover de Vlaamse en Europese bureaucraten van deze wereld dat toelaten.

Sinds de jaren 50 is de Vlaamse landbouw erin geslaagd om een steeds groeiende bevolking te voeden met een productie op een steeds kleiner areaal. De bevolking blijft evenwel toenemen en neemt ondanks de beloofde betonstop of bouwshift steeds meer landbouwgrond in. Die verhouding kan je niet blijven oprekken. We kunnen met de landbouwtechnieken die we vandaag kennen niet evolueren naar een Belgische bevolking van 15 miljoen inwoners en die voeden met een productie van een paar honderd ha.

Het wordt bovendien tijd dat politici meer gaan denken in termen van ruimtelijke compensaties in plaats van financiële. Niet dat we verwachten dat het voetbalplein van KSV Geraardsbergen omgeploegd zal worden voor tarwe of dat de vijver van recreatiedomein De Gavers gedempt wordt om er koeien te laten grazen. Er zijn wel andere kansen. Uit een recente studie blijkt dat de regionale luchthavens van Antwerpen-Deurne, Kortrijk-Wevelgem en Oostende structureel verlieslatend zijn en dat er geen realistisch toekomstscenario bestaat waarin die rendabel kunnen worden. Daar ligt een kans voor onze Vlaamse minister van Omgeving. Het zou moedig zijn om die afgeronde 600 ha van de regionale luchthavens te herbestemmen naar landbouw. Het zou nog moediger zijn als ze bij Defensie inzien dat een ‘Kazerne van de Toekomst’ enkel nut heeft als het land – en zijn landbouwers – nog toekomst hebben.

Filip Van der Linden

Lees ook in Edito

Meer artikelen bekijken