Ferm tevreden met wijziging rond meewerkende echtgenoten maar ‘andere knelpunten moeten we ook aanpakken’
Omdat het voornamelijk boerinnen zijn die het statuut van meewerkende echtgenoot hebben, is Ferm zeer tevreden met de wijzigingen. “Het dossier is nog niet af”, geeft Nik Van Gool, nationaal voorzitter van Ferm, mee. Als er nog verbeteringen mogelijk zijn, moeten die worden aangepakt.
Ferm reageert heel tevreden te zijn met de wijziging wat betreft het statuut van meewerkende echtgenoten. “Vele jaren hebben we aan deze kar geduwd en getrokken vanuit Ferm voor agravrouwen, in samenwerking met Boerenbond. Dit dossier is voor Ferm zeer belangrijk, gezien het voornamelijk boerinnen zijn die het statuut van meewerkende echtgenoot hebben. Ze hebben in het verleden bijdragen betaald, maar geen return door die bijdragen ontvangen op vlak van pensioen”, vertelt Nik Van Gool, nationaal voorzitter van Ferm.
Voor 2005 werkten heel wat vrouwen mee op het familiaal bedrijf, maar zij waren ‘onzichtbaar’ voor de sociale zekerheid. Vanaf 2005 moesten diegenen die jonger waren dan 50 jaar verplicht aansluiten bij het maxistatuut. Een groot aantal - voornamelijk de groep tussen 36 en 50 jaar - kon echter nooit aan 30 loopbaanjaren komen. Dit wordt nu gecorrigeerd. “Het is een rechtzetting van een anomalie in de wetgeving die vooral de meest kwetsbaren tegemoetkomt”, klinkt het nog.
Zo’n 14.000 meewerkende echtgenoten
In totaal gaat het in de betrokken doelgroep over ongeveer 14.000 meewerkende echtgenoten. Het merendeel zijn vrouwen. Een belangrijk gedeelte is actief in de land – en tuin
Dossier niet af
In de regering is het wetsontwerp nu goedgekeurd. De wettekst gaat nu naar de kamer. “Hopelijk kunnen we daar nog een paar correcties doen indien nodig of wenselijk, zodat het effectief kan ingaan vanaf januari 2023.”
Uit de boot gevallen?
Bovendien zijn er nog mensen waarbij de regeling niet van toepassing is. Ferm wil de betrokken groep in kaart brengen en kijken of er nog bepaalde knelpunten overblijven. “Vanuit Ferm en BB hebben we de laatste periode aan de betrokkene aangeraden om nog geen pensioen aan te vragen tot het wetsontwerp goedgekeurd zou worden. Er zijn een aantal families waarin de man op dit ogenblik het gezinspensioen geniet, maar waar de meewerkende echtgenote zelf nog geen pensioenaanvraag gedaan heeft of waarvoor in elk geval geen pensioen wordt uitbetaald. Die groep kan ook onder de regeling vallen. Wanneer er toch een aantal meewerkende echtgenoten zijn die effectief een pensioen genieten – dat laag zal zijn – moeten we in de parlementaire behandeling van het wetsontwerp nagaan at we voor deze groep nog kunnen doen”, besluit Van Gool.