Startpagina Akkerbouw

Doordachte bodembewerkingen in de strijd tegen voorjaarsdroogte

In de typisch lager salderende akkerbouwteelten is het bodemvocht bij langdurige droogte vaak de enige bron van water. Door bodembewerkingen beredeneerd én op het juiste tijdstip uit te voeren, kan het beschikbare bodemvocht gevoelig worden verbeterd.

Leestijd : 5 min

Met de voorjaarswerkzaamheden in het vooruitzicht is het belangrijk om stil te staan bij de aanpak van de zaaibedbereiding die weldra aanvangt. In droge lentes, zoals we die ons nog herinneren in 2017, 2018, 2019 én in 2020, is het namelijk belangrijk om het bodemvocht maximaal in de bodem te houden. De droogte zorgde toen in vele gevallen voor een zeer trage en heterogene opkomst door vochtgebrek. Zeker in de typisch lager salderende akkerbouwteelten, zoals cichorei, waarin irrigeren vaak niet rendabel is, is het bodemvocht bij langdurige droogte vaak de enige bron van water. Door bodembewerkingen beredeneerd én op het juiste tijdstip uit te voeren, kan het beschikbare bodemvocht gevoelig worden verbeterd. Daarnaast wordt bovendien de capillaire werking van de bodem bevorderd.

Binnen het project ‘Hou vocht in de bodem’ van het Limburgse Droogte Innovatiefonds trachten de partners PIBO-Campus en het Proef- en Vormingscentrum voor de Landbouw met de steun van de provincie Limburg meer inzicht te krijgen op de impact die de zaaibedbereiding heeft op verschillende teelten, waaronder cichorei. Door het aanwezige bodemvocht na de winter beter in de bodem te houden en de aanlevering van bodemvocht via de capillaire werking te stimuleren, kan namelijk de jeugdgroei van deze voorjaarsteelten vlotter verlopen, zonder een beroep te doen op irrigatiewater om de teelt op te starten. Binnen het project werd er daarom in 2022 onder andere een zaaibedbereidingsproef in cichorei aangelegd in Haspengouw (leem). Hierbij stond het opvolgen van de opkomst, de jeugdgroei en de finale opbrengst centraal. Doordat de weersomstandigheden snel kunnen veranderen, moesten de toegepaste technieken ook geschikt zijn voor een nat voorjaar.

Zaaibedbereidingsproef cichorei

Een vlak, vast, fijn en vochtig zaaibed is een essentiële voorwaarde voor een vlotte opkomst van cichorei. Cichorei wordt zeer ondiep (0,5 cm) gezaaid, waardoor een fijn zaaibed een goede bedekking van het zaad moet garanderen. De proef werd aangelegd in Borgloon op een perceel met een leemstructuur.

Typisch voor Droog Haspengouw werd het perceel in de winter geploegd, zodat het door de vorst kon verweren. De zachte winter van 2021-2022 zorgde echter voor een beperkt verweerde bodem, waardoor het perceel moeilijk bewerkbaar was. Nadat de bodem voldoende was opgedroogd voor een oppervlakkige bodembewerking, werd op 29 maart in het proefvlak een vals zaaibed aangelegd met ofwel de compactor, ofwel de rotoreg-croskilette, ofwel de Rau Unimat-eg. Alles werd dichtgerold met de vaste rol om vochtverlies te minimaliseren.

Vlak voor de zaai, op 14 april, werd het vals zaaibed opnieuw bewerkt. Daarvoor werden dezelfde machines gebruikt.

Opkomst en opbrengst

In eerste instantie werd er naar de opkomst gekeken. Dit verliep het snelst en meest homogeen in het valse zaaibed, dat bereid werd met de compactor of de rotoreg-croskilette. Daar waar de compactor werd ingezet, werd een finale opkomst van 84 % behaald. Het gebruik van de rotor-eg resulteerde in 78% van de plantjes die bovenkwamen. Dit zaaibed voldeed hier het meest aan de ‘vlak, vast en fijn’ vereiste. Met de Rau Unimat- eg werd de grond iets minder fijn gemaakt, wat resulteerde in een lagere en tragere opkomst. De finale opkomst bedroeg hier 69%.

In de finale opbrengst waren er slechts kleine verschillen tussen de uitgevoerde technieken (zie tabel 1). De wat lagere opkomstcijfers bij de Rau Unimat-eg werden aldus gecompenseerd door een hogere wortelmassa.

zaaibedbereiding

Evolutie opkomst proef zaaibedbereiding cichorei.
Evolutie opkomst proef zaaibedbereiding cichorei. - Bron: PIBO

Directzaai

Ter vergelijking werd ook directzaai in het valse zaaibed toegepast. Hier verliep de opkomst trager en slechter. Finaal lag de opkomst tussen 42 en 54%, wat ondermaats is. Ten gevolge van korstvorming op het valse zaaibed, was zaaien op een homogene diepte dan ook niet mogelijk. De laagste opbrengsten werden dan ook behaald waar directzaai werd toegepast. Deze lagere opbrengsten zijn te wijten aan lagere plantenaantallen ten gevolge van een lagere opkomst.

Het gemiddelde gewicht van de cichoreiwortel lag bij directzaai wel hoger. De hogere massa per wortel kon echter het lagere plantenaantal niet volledig compenseren. Daarnaast bleek uit de vorm van de wortels dat er meer vertakte cichoreiwortels voorkwamen bij directzaai. De misvorming van de wortels kan leiden tot meer tarra en oogstverliezen.

Vertakte cichoreiwortel bij directzaai.
Vertakte cichoreiwortel bij directzaai. - Foto: Pibo

Belang van een vals zaaibed

Om ook de invloed van een vals zaaibed na te gaan, werd er tot slot op een ander gedeelte van het perceel gewacht tot 12 april alvorens het zaaibed te bereiden. Dit gebeurde met de Rau Unimat-eg. Opvallend was dat, wanneer niet gewerkt werd met een vals zaaibed, de opkomst eveneens lager was (finaal 59%) en trager verliep. Ook hier lag het zaaibed minder fijn, wat resulteerde in een lagere opbrengst (58.025 kg/ha). Bij de oogst resulteerde ook dit in een lagere opbrengst (tabel 1).

Conclusie

Een goede zaaibedbereiding, waarbij het zaaibed voldoende vast, vlak, fijn en vochtig ligt, is essentieel voor een goede opkomst van de cichorei. Vochtverlies beperken tijdens de bodembewerkingen is hierbij van belang. In 2022 kon de cichorei tijdens de opkomstfase nog genieten van enkele welgekomen buien, waardoor het vochtgehalte van de bodem minder kritiek was bij het ontkiemen. Het gebruik van de rotoreg-croskilette, de compactor of de Rau Unimat-eg maakte in opkomst wel enkele percentages verschil, maar dit leidde niet tot verschillen in de opbrengst.

Directzaai in een vals zaaibed bleek duidelijk niet de beste strategie. De opkomstpercentages vielen tegen, en hoewel de gevormde planten zorgden voor hogere wortelgewichten, bleef de finale opbrengst lager.

Ook de aanleg van een vals zaaibed bleek zijn nut te tonen, zowel in opkomst als in opbrengst. Zeker op moeilijk bewerkbare grond loont het bijgevolg de moeite om een vals zaaibed aan te leggen, om een snelle en homogene opkomst te bekomen. Indien voldoende neerslag op het vals zaaibed kan vallen, worden de hardste kluiten op een natuurlijke manier gebroken, wat noodzakelijk is voor een voldoende fijn zaaibed. Voor een snelle en homogene opkomst wordt dit valse zaaibed het best aangelegd met de rotoreg- croskilette of met de compactor.

Femke Moors en Lucas Claikens (PIBO-Campus vzw)

Shana Clerckx (Proef- en vormings

centrum voor de Landbouw vzw)

Lees ook in Akkerbouw

Insecten, duiven en bemesting opvolgen

Granen Medewerkers van het Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant zijn opnieuw begonnen met koolzaadpercelen op te volgen en geven hierbij hun eerste adviezen mee. Het LCG volgde dan weer de bladluisdruk in granen op.
Meer artikelen bekijken