Boeren op een Kruispunt kijkt ook naar welzijn van landbouwdieren
Wat als een veehouder zo diep in de financiële of andere problemen zit dat hij zijn vaste dierenarts niet meer vraagt om langs te komen? Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts zet Boeren op een Kruispunt in om signalen op te vangen en te helpen.
Elke Vlaamse veehouder moet beschikken over een vaste dierenarts. Die komt minstens om de 3 maanden naar de boerderij. “Wanneer de vaste dierenarts niet meer gecontacteerd wordt door bijvoorbeeld financiële problemen van de uitbater van het landbouwbedrijf, dan betekent dit dat de dieren niet langer gevolgd worden en niet behandeld worden. Dat werkt ziektes en andere aandoeningen in de hand”, meent Vlaams parlementslid Els Sterckx van Vlaams Belang.
Databank met signaalfunctie?
Sterckx ziet een mogelijke oplossing in een databank waarin dierenartsen en de dienst Dierenwelzijn gegevens met elkaar kunnen uitwisselen en waarbij er een soort signaal gegeven wordt zodra een veehouder niet langer een beroep doet op de vaste dierenarts. Ze vroeg in een parlementaire vraag aan Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA) of zo’n databank er kan komen.
“Er is geen verplichting voor bedrijfsdierenartsen om te melden dat ze niet meer gevraagd worden door de landbouwer. Er zijn daarvoor immers heel veel mogelijke verklaringen. Zo kan een landbouwer beslissen om eenvoudigweg met een andere dierenarts samen te werken”, stelt Weyts.
“Een databank voor het uitwisselen van gegevens tussen dierenartsen en de afdeling Dierenwelzijn, waarbij praktijkdierenartsen toegang zouden hebben tot inspectieresultaten en persoonlijke gegevens, lijkt ook moeilijk op te zetten rekening houdend met de GDPR-wetgeving. Wel is het zo, dat als tijdens een inspectie problemen worden vastgesteld op een landbouwbedrijf er door de inspecteur contact wordt opgenomen met de bedrijfsdierenarts zodat informatie kan uitgewisseld worden”, geeft de minister nog mee.
Boeren op een kruispunt
Weyts zet in op een ander spoor om te voorkomen dat landbouwdieren verwaarloosd worden als een veehouder financiële of andere problemen heeft. “Ik heb voor 4 jaar een subsidie van 100.000 € per jaar toegekend aan de vzw Boeren op een Kruispunt om te investeren in een werking rond dierenwelzijn. Boeren op een Kruispunt begeleidt landbouwers die in de problemen zitten. Met de subsidie krijgen de hulpverleners van Boeren op een Kruispunt opleidingen inzake dierenwelzijn, zodat ze ook oog hebben voor de situatie van de dieren op het bedrijf en ook daar hulp kunnen bieden.
Deze vzw zet ook in op sensibilisering bij de veehouders en heeft een vertrouwelijk meldpunt geïnstalleerd waar familieleden, buren of bezoekers van de boerderij dierenwelzijnsproblemen kunnen signaleren op een discrete en constructieve manier. Waar nodig komt Boeren op een Kruispunt ook tussen in de kosten voor de dierenarts of voor de verzorging van de dieren, zodat de basiszorg gegarandeerd wordt”, besluit Weyts.
