Startpagina Actueel

Klimaatzorgen bij jongeren van platteland én stad, maar diepe kloof door polarisatie landbouwdebat

Dinsdag 19 maart stelde jeugdbeweging KLJ de resultaten van het Plattelandsonderzoek voor, hun bevraging bij bijna 1.000 jongeren. Daaruit kwamen enkele opvallende resultaten over klimaat, natuur en land- en tuinbouw, waarmee de jeugdbeweging enkele aanbevelingen formuleerde voor experten en beleidsmakers. “Ga er verder mee aan de slag!”

Leestijd : 5 min

Bijna 1.000 jongeren tussen 16 en 24 jaar zijn opgenomen in het Plattelandsonderzoek van de Katholieke Landelijke Jeugd (KLJ), de jeugdbeweging van het platteland. Volgens KLJ-voorzitter Lot De Kimpe gaat er veel aandacht naar jonge mensen in de stad, maar ontbreekt er nog onderzoek naar de specifieke problemen waarmee plattelandsjongeren geconfronteerd worden. “Met het Plattelandsonderzoek willen we de stem van jongeren op het platteland versterken. Dat is onze taak als KLJ: een spreekbuis zijn voor plattelandsjongeren”, zei De Kimpe dinsdag 19 maart. Die dag stelde de KLJ de resultaten van hun onderzoek voor.

De KLJ bevroegen zowel jongeren van de stad als van het platteland over 7 verschillende thema’s, gaande van mentaal welzijn, alcohol en drugs tot vrije tijdsbesteding. Maar ook hoe jongeren kijken naar milieu, klimaat en land- en tuinbouw kwam aan bod.

Polarisatie tussen klimaat en landbouw

Zo maken zowel jongeren op het platteland als in de stad zich zorgen om het klimaat. Plattelandsjongeren vinden volgens de KLJ wel moeilijker manieren om hun gedrag aan te passen voor het klimaat, terwijl ze dat wel zouden willen. De auto laten staan wanneer het openbaar vervoer beperkt is, is bijvoorbeeld geen optie. Plattelandsjongeren vinden ook minder snel de weg naar organisaties die opkomen voor het milieu of klimaat.

“Veel klimaatorganisaties bevinden zich dan ook in de stad en richten zich met hun acties vooral op de jongeren daar”, zei Goele Didden, de Expert Landelijkheid van de KLJ die het Plattelandsonderzoek coördineerde. “Die organisaties zouden eens klimaatacties kunnen organiseren gericht op het platteland, of suggesties geven voor wat plattelandsjongeren kunnen doen voor het klimaat.”

Een groot probleem volgens de KLJ is de verregaande polarisatie tussen klimaat en landbouw. Uit de focusgroepen die KLJ organiseerde om de resultaten van hun bevraging verder te interpreteren, kwam naar boven dat jongeren daar een negatieve impact van ondervinden. “Ze gaven aan dat ze al eens gepest werden omdat ze van het platteland of een boerenfamilie afkomstig waren. Die jongeren voelen de strijd tussen klimaat en platteland, wat eigenlijk geen strijd zou mogen zijn”, aldus Goele. “Anderzijds moeten jongeren die bezig zijn met het klimaat zich naar de buitenwereld op het platteland verantwoorden.” De polarisatie is dus wederzijds.

Volgens de KLJ moeten alle actoren in het klimaatdebat zich inzetten op verbinding. “Klimaat, milieu en landbouw hebben elkaar nodig om de klimaatproblematiek op te lossen”, zei Goele. Daarvoor kijkt de KLJ in de eerste plaats naar de depolarisatietheorie van Bransma. “We hebben een bruggenbouwer nodig, die zoekt naar en focust op verbinding tussen beide kanten.”

Onwetendheid over landbouw

Uit de resultaten van de KLJ-bevraging bleek dat er bij stadsjongeren nog veel onwetendheid, of zelfs een negatief imago, heerst over land- en tuinbouw. “Er moet voldoende aandacht besteed worden aan juiste informatie en een positieve beeldvorming over de landbouwsector”, beval Goele aan. “Zet in de kijker wat landbouw wel goed doet op vlak van klimaat, waar de mogelijkheden liggen. Door onjuiste informatie worden er ook conclusies getrokken die fout zijn of niet genuanceerd genoeg zijn.” Kinderen en jongeren uit de stad zouden volgens het KLJ-rapport niet meer weten waar het eten op hun bord vandaan komt. “Langs de andere kant werd er ook de kanttekening gemaakt (n.v.d.r. in de focusgroepen) dat jongeren op het platteland ook minder weten over problemen die in de stad leven, zo is het ook logisch dat jongeren in de stad minder weten over problemen die typisch zijn aan het platteland”, zegt het rapport over het Plattelandsonderzoek.

De polarisatie tussen klimaat en landbouw vindt je terug in de winkel. Plattelandsjongeren kopen minder biovoeding omdat er volgens hen een stigma aan hangt dat bio voor klimaatactivisten is. Wel letten ze meer op het land van herkomst van voedsel en gaan ze meer rechtstreeks bij de boer kopen. Dat vinden ze ook een goede maatregel voor het klimaat en het milieu.

Debat tussen politici

“We doen met het Plattelandsonderzoek en onze aanbevelingen een aanzet. Nu is het aan experten en beleidsmakers om er verder mee aan de slag te gaan”, aldus de KLJ. Die laatsten kregen daar al een eerste kans toe na de voorstelling van de resultaten. Vertegenwoordigers van verschillende Vlaamse (jongeren-)partijen debatteerden over de resultaten van het Plattelandsonderzoek.

Zo vond Stien Buts, covoorzitter van Jong Groen, dat zowel de ministers van Klimaat en Omgeving als de boeren te weinig naar elkaar luisteren, terwijl klimaat ‘zeker op het platteland een grote uitdaging is’. “Ecologische maatregelen moeten ook altijd logisch en van toepassing op het platteland zijn. We moeten het zo gemakkelijk maken om de juiste keuzes te maken”, zei Buts als reactie op het feit dat plattelandsjongeren niet goed weten wat ze moeten doen voor het klimaat.

Dat vond Oskar Seuntjens, voorzitter van de Jongsocialisten, een logisch gevolg van het feit dat bijvoorbeeld bushaltes ‘afgepakt worden van jongeren op het platteland’. “Het is wel hoopgevend dat ze groenten gaan halen bij de boer.”

Op een vraag wie de ideale persoon of organisatie zou zijn om een brug te slaan tussen landbouw en natuur, werden verschillende opties geformuleerd: bevoegde ministers, onderwijs en de media werden verantwoordelijk gesteld voor de kloof tussen landbouw en natuurbescherming.

Heftige discussie kwam er tussen Klaas Slootmans van Vlaams Belang en Bram Van Hecke van cd&v. Slootmans meende dat vooral ‘klimaatdogmatici’ zich moeten inlezen in de landbouwsector. “Wanneer betogers ‘Melk is moord!’ roepen, heerst er bij hen vooral onwetendheid. Onderwijs, politiek en media hebben een belangrijke rol te spelen om landbouw opnieuw in de kijker te zetten.”

Maar volgens Van Hecke leidt de schuld bij 1 kant leggen enkel maar tot meer polarisatie. “Depolarisatie gebeurt pas als beide kanten durven toegeven dat ze de waarheid niet in pacht hebben. Dat doe je niet door alle zogenaamde ‘klimaatwappies’ ongelijk te geven. Onderwijs heeft een belangrijke rol te spelen om natuur en landbouw dichter bij elkaar te brengen. Ook landbouwonderwijs moet daarbij de realiteit van klimaatverandering durven benoemen en zeggen dat er nog veel werk aan de winkel is. Meer polarisatie is geen perspectief bieden aan jonge landbouwers.”

Thor Deyaert

Lees ook in Actueel

Fedagrim reageert op opiniestuk BBL luchtwassers

Uw stem Machine- en stallenbouwerfederatie Fedagrim zegt dat er een aantal onjuistheden staan in het opiniestuk van milieuvereniging Bond Beter Leefmilieu over ammoniakreducerende maatregelen. “AEA-technieken zijn een tool in de gereedschapskist van landbouwers, essentieel om hun circulariteit te bevorderen en de afhankelijkheid van externe inputs te verminderen.”
Meer artikelen bekijken