Startpagina Aardappelen

Greenpeace hekelt in nieuw rapport ‘scheve verhouding’ in aardappelsector

Een handjevol bedrijven in de Belgische aardappelindustrie heeft de voorbije jaren zijn winsten enorm opgestuwd, terwijl het water de boeren nochtans aan de lippen staat. Dat blijkt woensdag 26 juni uit een nieuw rapport van Greenpeace.

Leestijd : 3 min

Sinds 2015 zijn de prijzen van aardappelen met 61% gestegen, die van diepvriesfrieten stegen in 2022 alleen al met 51%. “Maar het zijn niet de landbouwers die hiervan profiteren”, aldus Greenpeace, dat een ‘opvallend onevenwicht’ tussen boeren en de industrie aan de kaak stelt.

In België controleren 7 bedrijven - die de aardappelen verwerken en wereldwijd exporteren - 90% van de markt. Hun omzet is tussen 2021 en 2022 (de meest recente data) met 44% gestegen tot een totaal van 3,4 miljard euro. De netto toegevoegde waarde is tussen 2021 en 2022 verdubbeld en de winst steeg in datzelfde jaar met 1.444%.

De Belgische aardappelverwerkende industrie brak in 2022 eveneens een record: 6,2 miljoen ton verwerkte aardappelen, een stijging van 18 % ten opzichte van 2019, het vorige record. “De omzet en winst zijn dus veel sterker gestegen dan de verwerkte volumes en de grondstofprijzen. Dit veronderstelt dat inflatie als hefboom gebruikt werd om de winstmarges onevenredig te verbeteren”, aldus de milieuorganisatie.

Schamele verloning voor landbouwer

“Tegenover de 3,4 miljard euro inkomsten van de 'Big 7' in 2022 en de 387 miljoen euro winst, staan gemiddelde inkomsten van 591 miljoen euro voor de landbouwer. Dit betekent dat voor elke kilogram aardappelen en diepvriesfrieten die in supermarkten werden verkocht aan gemiddeld 1,63 en 1,75 euro in 2022, gemiddeld slechts 0,18 euro naar de boer ging. Trek daar nog de kosten af, en er blijft slechts 0,02 euro per kilogram over als verloning”, klinkt het.

Boeren verkopen hun aardappelen via 2 kanalen: vaste contracten en de open markt. Hoewel boeren bij vaste contracten kunnen vertrouwen op afspraken gemaakt voor de productie, dragen ze alle risico's in het geval van een slechte oogst, bijvoorbeeld door slechte weersomstandigheden zoals dit jaar. De vrije markt daarentegen is gebaseerd op een aankoopprijs per kilo die elke week wordt vastgesteld door Belgapom en die fluctueert volgens vraag en aanbod.

“In beide gevallen zitten de boeren - van zaaien tot oogsten - gevangen in een systeem dat hun autonomie en financiële stabiliteit beperkt”, aldus Greenpeace-woordvoerder Joeri Thijs. “Ze worden gedwongen tot schaalvergroting en efficiëntie, wat bijvoorbeeld leidt tot een intensief gebruik van pesticiden en meststoffen. Paradoxaal genoeg, tasten net deze praktijken de natuur aan die zo essentieel is voor de levensvatbaarheid van de landbouw op lange termijn.”

Greenpeace eist daarom dat er instrumenten komen om de macht van boeren in handelsbesprekingen te versterken en nieuwe mechanismen om de aardappelprijzen te bepalen. “De bevoegde regeringen moeten dringend een steunplan opstellen voor de landbouwers dat hen helpt de overstap te maken naar een agro-ecologisch model zonder pesticiden en synthetische meststoffen”, klinkt het. “Het is essentieel dat we de valse tegenstelling tussen de levensvatbaarheid van de landbouw en een gezond leefmilieu overstijgen. Om een duurzame toekomst voor ons voedsel te garanderen, is het cruciaal dat we overgaan op een systeem dat zowel de boeren als het milieu respecteert, zeker nu de impact van de klimaatcrisis toeneemt.”

Belgapom, beroepsvereniging van de aardappelhandel en -verwerking, reageert hier op het rapport van Greenpeace. “De interpretatie van de sectorcijfers die Greenpeace in haar rapport weergeeft is echter gebaseerd op onvolledige informatie waardoor de waarheid wat geweld wordt aangedaan”, schrijft Belgapom in een opiniestuk.

Belga

Lees ook in Aardappelen

Meer artikelen bekijken