Startpagina Akkerbouw

Mestdecreet impacteert na te leven voorwaarden langs waterlopen

In het Mestdecreet zijn recent bijkomende maatregelen genomen om de waterkwaliteit in het landbouwgebied te verbeteren. Dat heeft ook zijn impact op de na te leven voorwaarden langs waterlopen in de conditionaliteit.

Leestijd : 4 min

Op percelen met een nitraatgevoelige hoofdteelt langs VHA-waterlopen moet u in gebiedstype 2 en 3 een beschermingsstrook van 5 m aanhouden waarop geen nitraatgevoelige teelt voorkomt. Deze strook is bemestings- en pesticidevrij. De huidige 1 m teeltvrije strook (geen bewerking – geen pesticiden - geen bemesting) en 5 m bemestingsvrije strook langs VHA-waterlopen en andere oppervlaktewaterlichamen blijft overal bestaan. Daarnaast geldt vanaf dit jaar dat de landbouwer die de hoofdteelt verbouwt ook de bemestingsrechten heeft.

Het Mestdecreet bevat bijkomende maatregelen om de waterkwaliteit in het landbouwgebied te verbeteren. Dat heeft ook zijn impact op de na te leven voorwaarden in de conditionaliteit.

Drie situaties

De huidige 1 m teeltvrije strook (geen bewerking – geen pesticiden - geen bemesting) langs waterlopen en oppervlaktewaterlichamen blijft overal bestaan. De andere regels langs waterlopen wijzigen. In 2025 zijn er 3 situaties:

- een perceel met een nitraatgevoelige hoofdteelt in gebiedstype 2 en 3 langs een VHA-waterloop (Vlaamse Hydrografische Atlas): je moet langs de waterloop een beschermingsstrook van 5 m aanhouden waarop een niet-nitraatgevoelige teelt aanwezig is. Deze strook is bemestings- en pesticidevrij.

- een perceel met een niet-nitraatgevoelige hoofdteelt in gebiedstype 2 en 3 langs een VHA-waterloop of een perceel in gebiedstype 0 en 1 langs een VHA-waterloop: je moet langs de waterloop een 3 m pesticidevrije strook en een 5 m bemestingsvrije strook aanhouden.

- een perceel langs een oppervlaktewaterlichaam: je moet langs het water een 1 m pesticidevrije strook en een 5 m bemestingsvrije strook aanhouden.

Langs hellingen en in gebieden die behoren tot het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN), moet de bemestingsvrije strook steeds 10 m breed zijn in plaats van 5 m. De oppervlakte van de beschermingsstroken wordt afgetrokken van de bemestingsruimte van het perceel. De beschermingsstrook moet je apart intekenen in de verzamelaanvraag en moet je als beschermingsstrook aanvinken.

Vanaf 2026 moet verplicht langs alle VHA-waterlopen een beschermingsstrook gerespecteerd worden die pesticide- en bemestingsvrij is. De breedte van een beschermingsstrook is 3 m, behalve naast de percelen met een nitraatgevoelige hoofdteelt in de gebiedstypes 2 en 3 en in natuur- en bosgebieden, waar de beschermingsstrook 5 m moet zijn.

De VHA-waterlopen zijn de blauw ingekleurde waterlopen in de app LV-AgriLens, de verzamelaanvraag, het geoloket Landbouw en de ontvangen voordrukplannen. In de voornoemde toepassingen is een extra laag “Water – Mestdecreet beschermingsstrook 2025” beschikbaar die een 5 m bufferzone visualiseert langs de VHA-waterlopen. Je kan deze gebruiken om de juiste afstand van de waterloop te respecteren. De andere oppervlaktewaterlichamen zijn paars ingekleurd.

De nieuwe gebiedstypes zijn eveneens terug te vinden in de app LV-AgriLens, de verzamelaanvraag en het geoloket Landbouw.

Nog wijzigingen

Naast de verplichtingen langs waterlopen veranderen volgende zaken nog in de conditionaliteit naar aanleiding van het gewijzigde Mestdecreet:

- Vanaf 2025 mogen percelen met als hoofdteelt maïs en late aardappelen zonder voorteelt, pas vanaf 16 maart bemest worden met meststoffen type 2 en 3, zoals vloeibare dierlijke mest en kunstmest;

- Bij de opslag van vloeibare meststoffen op landbouwgrond in niet-permanente mestzakken moet vanaf 2025 de afstand van de opslag tot aan een VHA-waterloop of een oppervlaktewaterlichaam minstens 10 m bedragen;

- Stalmest kan zowel stro als houtkrullen, vlaslemen of miscanthus bevatten;

Daarnaast geldt vanaf dit jaar dat de landbouwer die de hoofdteelt verbouwt ook de bemestingsrechten heeft (‘één verantwoordelijke per perceel’). Concreet verdwijnen daardoor in de verzamelaanvraag de “codes gebruik” ‘M’ (mestrechten) en ‘H’ (hoofdteelt) en kunnen enkel de codes ‘P’ (mestrechten en hoofdteelt) en ‘N’ (nateelt/tweede nateelt) nog gebruikt worden, indien nodig voor bredeweersverzekering of de biologische certificering.

Let op! Een landbouwer die een perceel aangeeft in de verzamelaanvraag moet het volledige teeltplan aangeven, zowel de hoofdteelt als de eventuele voor- en nateelt.

Ecoregelingen

Landbouwers kunnen voor hun percelen langs waterlopen vrijwillig deelnemen aan ecoregelingen. De ecoregeling bufferstroken kan u afsluiten langs VHA-waterlopen en oppervlaktewaterlichamen. Dit zijn de mogelijkheden:

- Grasbufferstrook in het kader van erosiebestrijding (BUG): deze actie kan enkel afgesloten worden als de VHA-waterloop of het oppervlaktewaterlichaam onderaan een hellend perceel ligt.

- Grasbufferstrook langs kwetsbaar landschapselement (BUE/BUEN)

- Grasbufferstrook langs waterlopen (BUW): deze actie is uitsluitend langs VHA-waterlopen mogelijk.

- Bufferstrook plus - graskruidenmengsel (BUK/BUKN)

Daarnaast kunnen landbouwers ook een beheerovereenkomst met de Vlaamse Landmaatschappij sluiten. Om te weten wat de mogelijkheden zijn langs VHA-waterlopen, kunnen landbouwers contact opnemen met een bedrijfsplanner van de VLM.

Het agentschap werkt aan een nieuwe ecoregeling bufferstroken vanaf 2026 als flankerend beleid voor de gewijzigde mestwetgeving. Dat is onder voorbehoud van goedkeuring door de Vlaamse Regering en de Europese Commissie.

Op de website tref je meer informatie over de verplichtingen binnen de conditionaliteit en hoe je de gebiedstypes onder meer kan terugvinden. Binnenkort zal ook een instructiefilm ter beschikking gesteld worden over hoe je de beschermingsstroken kan afsplitsen.

In de informatiefiche over ecoregeling bufferstroken tref je alle na te leven voorwaarden terug. Let zeker op de vereiste minimum- en maximumbreedtes. Als u een ecoregeling bufferstrook met graskruiden wenst aan te vragen, kijk zeker ook de samenstellingsvoorwaarden na van het in te zaaien graskruidenmengsel .

Op de website van de VLM tref je meer informatie over de verschillende beheerovereenkomsten en de vergoedingen en vindt u de contactgegevens terug van de VLM-bedrijfsplanners.

Agentschap Landbouw en Zeevisserij

Lees ook in Akkerbouw

Belplant: ‘Pak gevolgen klimaatverandering op Europees niveau aan’

Klimaat De klimaatverandering leidt tot aanpassingen en uitdagingen in de voedselproductie en de gewasbescherming. Volgens Belplant, de sectorfederatie van gewasbeschermingsbedrijven, moet de toolbox van landbouwers om ziekten en plagen te bestrijden voldoende gevuld kunnen blijven met realistische oplossingen. Daarbij dringt een Europese aanpak zich op.
Meer artikelen bekijken