Beloftevolle proefresultaten inzake duurzame productie bij het Belgisch witblauw ras
Hoe rundvlees produceren met meer respect voor het milieu, rekening houdend met de uitdagingen van klimaatverandering? Deze vraag staat centraal in het Blanc Bleu Vert-project. Dit onderzoek werd opgestart in 2022 en heeft al een aantal veelbelovende wetenschappelijke resultaten opgeleverd dankzij tests die uitgevoerd werden op verschillende locaties, waaronder het rundveeselectiecentrum in Ath. Tijdens de opendeurdag op 11 maart kregen we uitleg over diervoeding, genetica en methaanreductie.

Elevéo en veevoederbedrijf Proxani nodigden er alle belangrijke spelers die betrokken zijn bij de productie van rundvlees uit.
In dit selectiecentrum voor runderen van Ath werden de Belgisch witblauwe runderen grondig onderzocht om een reeks gegevens te verzamelen.
Elevéo verzamelde er prestatiemetingen om een aantal kenmerken te kunnen belichten, om zo de meest veelbelovende runderen te selecteren. Proxani is hier onder andere verantwoordelijk voor de aankoop en het rantsoen van de dieren en voor het beheer van de site. Dit bedrijf ontwikkelde een economische simulator. Deze simulator maakt het mogelijk om een verband te leggen tussen de energie die het rantsoen levert en de kosten ervan.
Meer dan 20.000 metingen
Om al deze analyses goed uit te voeren, geeft het centrum hun de mogelijkheid om stalen te nemen bij een groot aantal dieren. Sinds de opening in 2012 heeft het al meer dan 3.500 stieren ontvangen. Van meer dan 75% van deze stieren is de herkomst bekend en ongeveer 65% ervan is gegenotypeerd. Alles bij elkaar zijn er meer dan 20.000 metingen uitgevoerd op de stierkalveren. De dieren werden gevoederd met een droog rantsoen: het krachtvoer werd verstrekt via voederstations, en de stro-opname gebeurde naar believen.
Tijdens hun verblijf in het centrum (ongeveer 300 dagen) worden de Belgisch witblauwe stieren zodra ze er toekomen gewogen. Ze wegen dan ongeveer 250 kg. Dit wordt meermaals herhaald tijdens de groei- en afmestfase, en voordat ze naar het slachthuis vertrekken. Daar worden hun karkasgegevens verzameld in samenwerking met de Cellule Wallonne de Contrôle et Classement des Carcasses (CW3C).
Onderzoekslocatie van het Blanc Bleu Vert-project
Sinds 2022 heeft deze site ook een nieuwe functie: ze maakt deel uit van de onderzoekslocaties voor het Blanc Bleu Vert-project. Dit project wordt mee gefinancierd door Inovéo, Proxani en door het Waalse Gewest en het wordt ook gesteund door de Wagralim-cluster. De Universiteit van Luik en het Centre wallon de Recherches agronomiques
Het doel van dit vierjarige onderzoeksproject is om houders van Belgisch witblauw rundvee verschillende methoden voor te stellen om de uitdagingen van de klimaatverandering aan te gaan. Hoe gebeurt dit? Door bepaalde hefbomen verstandig aan te passen, zonder afbreuk te doen aan het economische aspect van de rundveehouderij.
Zo onderzoekt men onder meer het maken van de juiste keuzes op genetisch niveau, om het beste vee te identificeren in termen van voerefficiëntie en laagste methaanuitstoot. Ook de voordelen van kruisingen tussen vleesvee (Belgisch witblauw) en melkvee (Holstein) worden onderzocht.
32% minder methaanuitstoot met lijnzaad
Ook het rantsoen van de dieren wordt onder de loep genomen... Dat voeder maakt zoveel mogelijk gebruik van lokale voermiddelen, waarbij de concurrentie van ‘feed-food’ niet uit het oog wordt verloren, meer bepaald het gebruik van grondstoffen die eetbaar zijn voor de mens in diervoeder.
In dat kader werden er een aantal proeven uitgevoerd, onder meer in 2022-2023 in Ath, op 192 stieren in de afmestfase. Deze dieren kregen 4 verschillende rantsoenen krachtvoer om de resultaten ervan te kunnen vergelijken. Uiteindelijk, na een jaar van onderzoek, bleek dat het gebruik van onverzadigde vetzuren uit geëxtrudeerd koolzaad of geëxtrudeerd lijnzaad de methaanuitstoot verminderde met respectievelijk 23 en 32%, vergeleken met een dieet dat voornamelijk gebaseerd is op verzadigde vetzuren. Deze voeders zijn gunstig voor het klimaat, zonder de prestaties van het dier of de rendabiliteit voor de veehouder te beïnvloeden.
Een aangepast voeder dat 100% Europees is
Op basis van deze resultaten op stieren die afgemest worden, werden andere proeven uitgevoerd in verschillende stations, zoals in Gembloux en Libramont, om te bepalen of deze positieve impact ook verkregen kon worden bij dieren in de groeifase (250 tot 550 kg). Deze proeven werden uitgevoerd door dit lijnzaad of koolzaad toe te voegen aan zowel droog als nat voeder (zoals kuilmaïs en/of voordroog gras) en op kruisingen van Belgisch witblauw en Holstein. Hoewel sommige analyses nog moeten worden afgerond, zijn de eerste resultaten al bemoedigend.
In Sart-Saint-Laurent worden trouwens ook proeven uitgevoerd op een boerderij, maar deze keer onder omstandigheden die dichter bij dagelijkse praktijk staan van een fokker-afmester. De dieren worden in groep gehuisvest en, hoewel het nog steeds individueel gebeurt, met grotere tussenpozen gewogen. Ook op deze locatie werden de dieren gevoederd met Euroclim-voeder. Dit voedergamma, dat al op de markt wordt gebracht door Proxani, wordt uitsluitend gemaakt van Europese grondstoffen. Volgens de cijfers van het bedrijf zal het helpen om de koolstofvoetafdruk te verkleinen, met emissies die kunnen dalen tot 14,22 kg CO2 eq voor een kilo vlees.
“Ter vergelijking, voor een autorit van 100 km hebben we het over 28 kg CO2 eq. Dat betekent dat ik 2 kg vlees zou kunnen eten voor dezelfde impact,” zegt Edwin Vanderhaegen van Proxani.
Een alternatief voor GreenFeed voor proeven op grotere schaal
Om de methaanuitstoot van deze dieren te berekenen, zijn deze centra uitgerust met GreenFeed. Net als een klassieke verdeler van krachtvoer, gaan de dieren ernaartoe om te eten. Het verschil is echter dat – terwijl ze eten – de omgevingslucht weggezogen wordt en dan geanalyseerd. In Ath kan dit systeem dagelijks tussen de 12 en 16 keren metingen doen bij dieren die er komen eten. Deze metingen worden over een periode van 20 dagen uitgevoerd. Het doel is om zoveel mogelijk resultaten te behalen. Dit komt omdat het ene rund, zelfs als het op dezelfde manier gevoed wordt, niet hetzelfde is als het andere. Sommige stoten veel methaan uit, andere weer minder, vandaar de behoefte aan een breed scala aan dieren.
Dit indrukwekkende apparaat heeft echter één nadeel. Het is namelijk duur, en dat terwijl het juist de bedoeling is om metingen op grote schaal uit te voeren. Daarom worden er andere studies uitgevoerd. Er wordt momenteel een methode ontwikkeld om op de lange termijn deze methaanemissie te kunnen bepalen op basis van fecesmonsters. Als dit succesvol is, zal het gemakkelijker zijn om de impact van vee te testen.
Of het nu gaat om rantsoenen of methaanuitstoot, het Blanc Bleu Vert-project is heel ambitieus. Met een einddatum gepland in 2026 is dit onderzoek nog volop in ontwikkeling om nieuwe resultaten te leveren, van de meest veelbelovende tot, wie weet, de meest verrassende.