Weersomstandigheden beïnvloeden aardappelteelt
Dat het al enige tijd warmer en droger is dan ‘normaal’, is niemand ontgaan. Ook de aardappelteelt ondervindt dit, zowel op het veld als in de bewaarloods. Dat leren we uit de recente berichtgeving van Viaverda.
De start van het nieuwe aardappelteeltseizoen noemt Ilse Eeckhout, teamleider Aardappelen Viaverda, heel bijzonder. “Waar we vorig jaar uitzonderlijk lang hebben moeten wachten op optimale bodemcondities om te planten, konden we nu al eind maart het veld in. De omstandigheden van april dit jaar zijn ironisch genoeg beter te noemen dan die van juni vorig jaar…”
Onkruidbestrijding
De droge weersomstandigheden kunnen volgens haar opkomstproblemen geven voor teelten die gezaaid worden, maar ze ziet dit risico veel minder in aardappelen. “Mogelijk valt bij aardappelen een opkomstprobleem te verwachten in zware grond en bij aanhoudende droogte. Door een gebrek aan vocht mogen we er ook van uitgaan dat de onkruidbestrijding niet optimaal zal zijn.”
Ilse Eeckhout haar advies is om de onkruidbestrijding waar dat kan eventueel uit te stellen, tot er regen voorspeld wordt. “Maar neem geen risico. Mogelijk zullen een aantal onkruiden ontsnappen en zal een naopkomstbestrijding nodig zijn. De ervaring leert echter dat een naopkomstbestrijding nooit alle onkruiden afdoodt. Melganzevoet, zwaluwtong, doornappel... zijn dan nog moeilijk te bestrijden.”
Momenteel zijn alleen metribuzin (onder andere Sencor), rimsulfuron (Titus) en clomazon (onder andere Centium) erkend in naopkomst. Hou er rekening mee dat de erkenning van de actieve stof metribuzin (onder andere in Sencor, Artist…) afloopt en dat de handelsmiddelen die metribuzin bevatten, slechts tot 24 mei 2025 kunnen worden aangekocht. Het gebruik ervan is mogelijk tot 30 juni 2025.
Kieming in de loods
Tijdens het bewaarseizoen 2024-2025 volgen Viaverda en Inagro de kwaliteit van aardappelen op in 17 Vlaamse bewaarloodsen. Daartoe worden elke maand stalen genomen. Bij de staalname van 7 april 2025 lagen de aardappelen er overal goed bij.
De recentste staalname laat wel zien dat de kieming duidelijk verder was toegenomen, vooral in loodsen met een onvolledige kiemremming. De gemiddelde kiemlengte (van de langste kiem per knol, 20 knollen per staal) bedroeg gemiddeld 2,9 mm en varieert van 0 tot 18 mm. De kieming is dus duidelijk begin april op gang gekomen ten opzichte van de maand voordien. Toen bedroeg de gemiddelde kiemlengte nog 1,4 mm.
In 3 van de 17 loodsen was op het ogenblik van de staalname nog geen kiemremming opgestart. In een van die betrokken loodsen zal er vermoedelijk geen kiemremming meer plaatsvinden, gezien de kiemlengte van 12,5 mm begin april. Dergelijke kiemen zijn té lang om ze nog te kunnen afbranden.
Frietkwaliteit verbeterd
De gemiddelde frietkleur is in de 17 loodsen met 0,2 verbeterd ten opzichte van begin maart. De index bedraagt nu 2,8 op een schaal van 0 (zeer goed) tot 6 (zeer slecht) over alle loodsen heen. De huidige gemiddelde waarde is een goede bakindex, maar de waarden per loods lopen wel sterk uiteen: van 2,0 (zeer goed) in de beste partijen tot 4,0 (onvoldoende).
De tegenvallende bakkleur van de slechtst presterende loods werd vermoedelijk veroorzaakt door lekkage van ethyleen vanuit een naastliggende loods waar pootgoed met Restrain werd bewaard. De ethyleenbehandeling werd daar stopgezet en de bakkleur van de consumptieaardappelen lijkt zich ondertussen hersteld te hebben.
Producttemperatuur
Viaverda geeft bij monde van Ilse Eeckhout nog mee dat de aardappeltemperatuur in de maand maart iets moeilijker op niveau te houden was . “Er waren soms te warme dagen en onvoldoende koude nachten om schommelingen te voorkomen. De producttemperatuur liep in veel loodsen een aantal keren op tot 8 °C of meer. Omdat het vanaf nu overdag alsmaar vaker warm zal zijn, moet de interne ventilatie tijdens de dag gesperd worden. Het is echter geen goed idee om opgewarmde lucht aan de binnenkant van het dak overdag doorheen de aardappelen te sturen. Kijk jouw instellingen na en pas indien nodig aan!”
