Belpork viert zijn 25ste verjaardag
Belpork viert dit jaar zijn 25-jarige bestaan en dit jubileum werd in stijl gevierd, op een netwerkevent met alle partners en stakeholders, in samenwerking met VLAM vzw. Tijdens het academische gedeelte werd het belang en de waarde van kwaliteitslabels voor consument en afnemer toegelicht.
In Belpork zijn het Algemeen Boerensyndicaat (ABS), Boerenbond, de Federatie van het Belgische Vlees (Febev), de Belgian Feed Association (BFA), Comeos, de Landsbond Der Beenhouwers, Fenavian (Nationale Federatie van Vleeswarenmakers) en de transportfederaties Febetra en TLV (Transport en Logistiek Vlaanderen) vertegenwoordigd.
Opgericht in de schoot van VLAM
Deze interprofessionele organisatie met nationale werking werd in 2000 opgericht in de schoot van de VLAM, na een aantal crisisjaren, onder meer door een aanhoudende mismatch tussen vraag en aanbod. Het doel van de organisatie was om de kwaliteit van het Belgisch varkensvlees op duurzame wijze te bevorderen via het beheer van kwaliteitssystemen en via integraal ketenbeheer. De focus ligt op het creëren van een toegevoegde waarde door te streven naar een kwaliteitsvol en voor de consument smaakvol product dat concurrentieel competitief is, en dit zowel op de regionale, nationale als internationale markt.
De voorzitter van Belpork, Filip Fontaine, belichte tijdens het netwerkevent hoe BePork evolueerde van enkel een lastenboek naar een ketenbreed concept, gebaseerd op een sterk lastenboek. 95% van de varkenshouders is aangesloten bij BePork. Daarmee is BePork intussen een markttoegang geworden.
Consument meer betrekken
Wouter Wytynck, adviseur bij Boerenbond en bestuurder bij Belpork, benadrukte als eerste gastspreker op het jubileum het belang van samenwerking in de hele keten. Samenwerking maakt de varkenssector robuuster en wapent deze voor nieuwe crisissen. Hij duidde hoe vanuit Belpork een nieuw generiek lastenboekverhaal werd geschreven, wat uitmondde in het BePork-label, dat wordt uitgerold naar de consument. De volgende stap is volgens Wytynck om de consument nog meer bewust te maken en te betrekken bij het verhaal, waarbij kwaliteit door oorsprongsgarantie, dierenwelzijn, gezondheid en duurzaamheid de belangrijke pijlers zijn. Het BePork-label kan voor het Belgisch varkensvlees een dam zijn tegen goedkope import.
Samenwerking van heel de keten
Kris Michiels van VLAM gaf het aanwezige publiek een inkijk in de belangrijkste aankoopmotieven van de consument. Dat zijn 5 G’s, met in de eerste plaats Genot (vooral smaak), gevolgd door Gemak, Geld (prijs), Gezondheid en Geweten (duurzaamheid, dierenwelzijn, lokale productie). Genot is veel belangrijker dan geweten, maar geweten wint wel aan belang. Voor vers vlees blijft het verbruik redelijk stabiel. Voor charcuterie is er een lichte achteruitgang, die samengaat met een dalend broodverbruik.
Consumenten geven de voorkeur aan Belgisch vlees wegens veiligheid, sterke controles, het lokale aspect en het vertrouwen in de sector. Kwaliteitslabels als Meesterlyck en BePork onderstrepen voedselveiligheid, traceerbaarheid en lokale productie. Traceerbaarheid en het unieke Tracy-systeem werd uit de doeken gedaan door Caroline Remory van BelPork. Controle - van boer tot bord - is nog beter dan vertrouwen. Voor Tracy kijkt BelPork naar partnerschappen met de sectoren rund- en pluimvee.
Onderscheidend vermogen
Marketingspecialist Gino Van Ossel ging dieper in op de functies van labels. “Die kunnen zowel een concurrentievoorwaarde als een concurrentievoordeel zijn. Meesterlyck werkt omdat het selectief kan ingezet worden. Er liggen in het winkelschap nog producten zonder Meesterlyck-label, zodat het label voor een onderscheidend vermogen zorgt. Om nationaal effect te bereiken met BePork als label op verpakkingen in de retail, moeten de grote winkelketens meegaan in dit verhaal. De consument zoekt in het winkelrek naar eenvoudige oplossingen en een label is zo’n eenvoudige oplossing die de markt kan afschermen tegen goedkope import”, meent Gino Van Ossel.
Leefbaar inkomen voor de varkenshouder
In het afsluitende panelgesprek met oud-voorzitter Yvan Dejaegher als moderator vroeg Gert Engelen van Rikolto aandacht voor een leefbaar inkomen voor Vlaamse varkenshouders. “Jonge varkenshouders hebben vele zorgen en hebben moeite om overeind te blijven. Door de stikstofdiscussie en de daarmee gepaard gaande rechtsonzekerheid kunnen zij niet bezig zijn met de toekomst”, stelt Engelen.
De 5 B’s
Varkenshouder Dirk Van Stappen zou graag zien dat alle varkenshouders niet langer als losse eilandjes werken, maar als een soort van overkoepelende coöperatie gaan samenwerken. “Als label moet BePork staan voor de 5 B’s: varkens die in België geboren zijn, in België getogen zijn, in België gedood zijn, in België versneden zijn en in België verpakt zijn”, vraagt Dirk Van Stappen.
Ingrid Boom van Colruyt vertegenwoordigde de retail in het panel. Zij ziet mogelijkheden voor BePork als label, hoewel ze aangeeft dat er al veel merken, logo’s, labels en vlaggen zijn voor de retailverpakkingen. “De retail kan hierin een belangrijke rol spelen, als er een toegevoegde waarde is door een meerverkoop. Bij de consument primeert de emotie in deze heel onzekere tijden. Vroeger lag de nadruk meer op voedselveiligheid, vandaag wint voedselzekerheid aan belang”, meent Ingrid Boom.
