Opinie: Geen eiwitshift zonder LEF
De eiwitshift betekent voor Matthias Defoort van Wervel, de agro-ecologische beweging, niet het radicaal schrappen van dierlijke producten, maar een zoektocht naar een nieuwe balans. Hij pleit voor minder maar beter vlees: beter voor de boer, de planeet en voor de consument.
De Europese Green Deal zet met het programma ‘Eiwitshift op je bord 2.0’ volop in op verandering van ons voedingspatroon. Ook Wervel werkt in Vlaanderen mee aan dit traject. We zijn overtuigd dat de manier waarop we eiwitten produceren en consumeren essentieel is voor een gezondere mens, een vitalere omgeving en een veerkrachtiger voedselsysteem.
De eiwitshift en agro-ecologie versterken elkaar. Beiden zetten in op het sluiten van kringlopen, het versterken van diversiteit en het delen van lokale kennis. Als we inzetten op meer plantaardige, lokaal geteelde eiwitgewassen en een gematigdere, ecologische veehouderij, creëren we een landbouw die minder afhankelijk is van ingevoerde soja, minder uitstoot veroorzaakt en beter bestand is tegen schokken.
De eiwitshift gaat niet over het radicaal schrappen van dierlijke producten, maar over evenwicht. Het zogenaamde halfhalf-principe streeft naar een gebalanceerde verdeling tussen plantaardige en dierlijke eiwitten op ons bord.
Wij voegen daar nog een kritische noot aan toe: vanwaar komt de helft dierlijke eiwitten? Heeft het een positieve impact op natuur, eerlijke vergoeding voor de boer en onze gezondheid?
Minder maar beter vlees
Het LEF
Het Wervel-principe ‘minder maar beter vlees’ betekent dat we vlees en zuivel blijven waarderen, maar bewust kiezen voor producten die rechtstreeks van het veld komen van boeren die agro-ecologisch werken.
Het vraagt lef om anders te produceren en consumeren en om te kiezen voor korte ketens, eerlijke prijzen en een voedselproductie die opnieuw lokaal is. Vlaamse voorbeelden tonen dat het kan: boeren die soja of lupines telen voor eigen veevoeder, coöperaties die lokaal vlees en peulvruchten verkopen en pioniers die natuurbeheer en landbouw hand in hand laten gaan.
Agro-ecologie biedt een alternatief
De eiwitshift gaat ook over variatie op ons bord en in ons landschap. Hoe kleurrijker en gevarieerder ons bord, hoe diverser ons landschap. We willen niet van het ene extreme voedselsysteem met fastfood, megastallen en monoculturen overschakelen naar een ander extreem: een energie-intensieve, internationale, plantaardige monocultuur met verwarmde serres en uniforme (avocado)plantages. Agro-ecologie biedt een alternatief: een halfhalf-landschap, waarin gewasdiversiteit, grasland, akkerbouw en natuur elkaar verweven. Zo ontstaat een mozaïek waar bodem, water, biodiversiteit en voedselproductie in balans zijn.
Een gezonde eiwitshift gaat over kwaliteit in plaats van kwantiteit. Dierlijke producten met LEF uit (bio)diverse, grondgebonden landbouwsystemen zoals kruidenrijke graslanden en rotationeel begrazen dragen bij aan bodemvruchtbaarheid, sluiten kringlopen en versterken de lokale economie. Zo worden boer, planeet én consument er beter van.
Agro-ecologische boeren tonen elke dag dat het anders kan: zij bouwen aan gezonde bodems, sterke gemeenschappen en voedzaam eten met respect voor mens, dier en aarde. Door hun plantaardige en dierlijke producten met LEF te kopen, ondersteunen we niet alleen een duurzame landbouw, maar ook een leefbare toekomst voor Vlaanderen.
Wervel is een sociaal-culturele beweging die al meer dan 30 jaar ijvert voor agro-ecologische landbouw en voeding. Via onderzoek, educatie, campagnes en beleidswerk brengt Wervel boeren, burgers en organisaties samen om te werken aan een duurzaam voedselsysteem.
