Startpagina Veeteelt

Minister bekijkt ‘light’-erkenning voor uitsnijderijen op maat van hoeveslagers

Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns (cd&v) bekijkt de mogelijkheid van een ‘light’-erkenning voor uitsnijderijen, op maat van de korteketenhoeveslagers. Hiervoor overlegt hij met het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV).

Leestijd : 4 min

De toekomst van de vleesverkoop in de korte keten was het onderwerp van een discussie in de Commissie Landbouw op 12 november. Vlaams parlementslid An Hermans van N-VA schetste een weinig positief toekomstbeeld van deze deelsector, vooral inzake de aspecten slachten en versnijden.

“Het Steunpunt Korte Keten stuurde in oktober een niet mis te verstane boodschap de wereld in over de toekomst van de vleesverkoop in de korte keten, die volgens hen ten dode is opgeschreven als er niet wordt ingegrepen. Ze verwijzen hierbij naar de problemen bij het slachten en het versnijden van karkassen.”

Overgebleven slachterijen en uitsnijderijen zijn heel grootschalig

“De overgebleven slachterijen en uitsnijderijen zijn erg grootschalig en vooral gericht op de export. De landbouwers die met kleinere loten dieren komen aankloppen, worden daarom heel vaak wandelen gestuurd. Ook de samenwerking tussen slagers of hoeveslagers en veehouders wordt door tal van regeltjes bemoeilijkt, waardoor de efficiëntie en de rentabiliteit ten onder gaan”, stelde Hermans

Een mogelijke oplossing zou volgens haar kunnen zijn dat kleinschalige uitsnijderijen momenteel slechts een beperkt aantal karkassen per week mogen versnijden. “Hier bestaat nu geen wettelijk kader voor, waardoor ze eigenlijk onderhevig zijn aan dezelfde verplichtingen als de grootschalige bedrijven en die exportgerichte uitsnijderijen. Dit maakt een kleinschalig initiatief niet rendabel”, meende An Hermans.

Stappenplan en e-handboek

“Daarom lanceerde Boerenbond samen met het Steunpunt Korte Keten, Vlaanderen en het FAVV het project Samen Versnijden. Hiermee willen ze bouwen aan een duurzaam kader voor kleinschalige erkende uitsnijderijen. Twee concrete voorstellen zijn het uitwerken van een e-handboek ‘Kleinschalige uitsnijderij in een agrarisch gebied’ met de focus op het haalbare en het juridische kader, en daarnaast een praktisch stappenplan waarmee de hoeveslagers zelf een erkenning kunnen aanvragen om samenwerkingen te starten”, duidde Hermans. Ze polste bij de minister naar de stand van zaken inzake de erkenning van ‘microslachterijen’.

“Met de financiële ondersteuning van het project ‘SAM-versnijden: Samenwerken rond versnijden voor een duurzame korteketenvleespakkettenverkoop’ draagt Vlaanderen actief bij aan de uitwerking van het e-handboek en het stappenplan. Dankzij deze steun kan het Steunpunt Korte Keten analyses uitvoeren en onderwerpen in de diepte afstemmen met alle betrokken partijen, dus zowel de veehouders, de hoeveslagerijen en de overheden als de Waalse tegenhanger van het steunpunt, zodat een gedragen en werkbare oplossing tot stand komt”, antwoordde de minister.

Constructief overleg

“Een belangrijk luik daarbij is het onderzoek naar de mogelijkheid van een ‘light’-erkenning voor uitsnijderijen, specifiek op maat van de korteketen-hoeveslagers die op beperkte schaal karkassen bewerken voor regionale veehouders. Hiervoor is een constructief overleg met het FAVV lopende. De ambitie is om dit tegen midden 2027 te realiseren, uiteraard binnen de krijtlijnen van de Europese voedselveiligheidsregels. De resultaten zullen worden opgenomen in het e-handboek en het stappenplan, die vervolgens breed beschikbaar gesteld worden aan hoeveslagers en veehouders”, beloofde de minister.

De mogelijkheid voor hoeveslagers om een erkenning tot uitsnijderij te verkrijgen, is volgens minister Brouns de meest duurzame manier om dit korteketenbusinessmodel toekomstbestendig te kunnen maken. “Zo kunnen hoeveslagers met een erkenning structurele samenwerkingen aangaan met lokale vleespakkettenverkopers, en omgekeerd kunnen veehouders ook gericht op zoek naar een erkende uitsnijderij op maat van de korte keten.”

Steun voor mobiele slachteenheid

De eerste stap in de vleesverwerking blijft echter de slachterij. “Ook daar stellen we een nijpend tekort vast aan infrastructuur die openstaat voor korteketenproducenten. Daarom ondersteunt het Agentschap Landbouw en Zeevisserij initiatieven die de toegang verbeteren. Zo wordt momenteel met steun van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) een specifiek korteketenslachthuis gebouwd en kreeg ook de mobiele slachteenheid, die deze zomer officieel door het FAVV werd erkend, reeds Vlaamse ondersteuning. Daarnaast kunnen landbouwers of samenwerkingsverbanden die investeren in een eigen uitsnijderij rekenen op VLIF-investeringssteun tot 40%”, duidde minister Brouns.

Eisen niet afgestemd op hoeveslager

Volgens de minister botst de vleesverkoop in de korte keten vandaag de dag op een regelgevend kader dat onvoldoende rekening houdt met de schaal en de realiteit van kleinschalige uitsnijderijen. “Het FAVV beschouwt zo’n uitsnijderij momenteel nog altijd als een industrieel bedrijf waar dagelijks honderden karkassen worden verwerkt, hoewel dat niet de realiteit is. De daaruit voortvloeiende eisen zijn terecht streng, maar niet afgestemd op een hoeveslager die naast zijn toegelaten vleeswinkel ook een erkenning wenst om vlees van collega-veehouders uit te benen en te versnijden. Vaak gaat het om heel beperkte volumes, zogenoemde microslachthuisjes.”

Proportionele versoepelingen

“Een erkenning vergt bovendien bijkomende investeringen in infrastructuur, terwijl de huidige frequentie van controles en productanalyses niet aangepast is aan kleinschalige activiteiten. Uiteraard moeten voedselveiligheid en hygiëne ook hier aan de hoogste standaarden voldoen. Daarover bestaat geen enkele discussie. Het gaat echter om een differentiatie in vorm en in frequentie van de verplichtingen, niet in de norm zelf. Het FAVV heeft in het project al bereidheid getoond om mee te denken over proportionele versoepelingen zolang de Europese regels inzake voedselveiligheid gerespecteerd blijven, wat vanzelfsprekend ook het uitgangspunt is”, besloot minister Brouns.

Filip Van der Linden

Lees ook in Veeteelt

Meer artikelen bekijken