Startpagina Akkerbouw

Volg de gewassen nauwgezet op

Gisteren trachtten we wat informatie te verzamelen van de gewastoestand op het veld.

Leestijd : 3 min

Suikerbieten

Voor de bieten is het heel simpel: het areaal is gezaaid, volg nu de onkruidbestrijding op. De FAR-behandelingen kunnen hier verder gezet worden, maar ook een schoffelbeurt kan overwogen worden. Slakken en/of muizenschade opvolgen is een andere bekommernis.

Maïs

De maïs wordt nog steeds gezaaid. Na zaai is ook hier de onkruidbestrijding aan de orde. Heb bijzonder aandacht voor de mogelijke aanwezigheid van knolcyperus (zie ook elders in dit nummer).

Aardappelen

Het Proefcentrum voor de Aardappelteelt (PCA) vestigde er begin deze week de aandacht op dat reeds besmettingsbronnen voor de aardappelziekte zijn aangetroffen. Traditioneel is dit op hopen sorteergrond die de vroegste en ergste infectiebronnen kunnen vormen. Opruimen of afdekken met plastic kan helpen.

Volgens het PCA loont het om nu al de percelen te controleren op eventuele aantastingen. De teler heeft er alle belang bij om zieke planten in een vroeg stadium op te sporen en te verwijderen. Een eerste advies voor een preventieve bespuiting wordt gegeven op 18 of ten laatste 19 mei voor percelen met een goede opkomst. Aangeraden is om een middel met de actieve stof cymoxanil te gebruiken.

De waarschuwingsdienst van het PCA kan een belangrijk instrument zijn in de beredeneerde inzet van gewasbeschermingsmiddelen.

Als gevolg van de goede temperaturen verloopt de groei vlot en komen een drietal weken na planten de aardappelen boven. Het advies van het PCA is om u niet te laten verrassen en tijdig de onkruidbestrijding uit te voeren. Ze adviseren verder om een contactmiddel bv. Reglone of Gozai toe te voegen. Zelfs als de eerste plantjes dreigen boven te komen. In de na-opkomst zijn de mogelijkheden immers heel beperkt.

In België zijn op basis van de erkenning volgende middelen toegelaten in na-opkomst: Titus, Sencor (of ook Metritex, Metrizin, Mistral en Buzzin) en Centium (of Clomazor). Voor Centium betreft het een uitbreiding van de voorop-komst erkenning: toepassing mag tot de aardappelen 10 cm hoog zijn. Later kan gewasverkleuring optreden.

Granen

Voor de graanteelt is het een verderzetting van de berichtgeving van de laatste weken. In de kustpolder is er zo een heel zware druk van gele roest merkbaar op de zeer gevoelige rassen. Deze druk heeft zich verder gezet richting het binnenland waar op de zeer gevoelige rassen een niet te negeren druk van gele roest wordt vastgesteld. Het Landbouwcentrum Granen (LCG) vestigt er ook de aandacht op om de periode tussen de bladbehandeling en de aarbehandeling niet uit het oog te verliezen. Dit mag drie weken bedragen, maximaal vier bij de gezondere rassen en/of lagere ziektedruk.

In het veld beginnen we hier en daar ook bruine roest tegen te komen. Voor de oogvlekkenziekte en meeldauw dienen we ons geen zorgen meer te maken. Anders is het voor bladseptoria dat aan een lichte opmars bezig is.

Wat betreft de tarwestengelgalmug is er maar een beperkte toename ten opzichte van vorige week. Het advies hier luidt om velden waar in het verleden grote problemen waren, nauwgezet op te volgen. Een bespuiting werd tot op heden niet geadviseerd.

TD

Lees ook in Akkerbouw

Bruine roest breidt uit in wintertarwe

Granen Waarnemingen in graanpercelen tonen een zekere uitbreiding van bruine roest, zo meldt het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG). Septoria blijft uiteraard aanwezig en zal door het buiige weer verder moeten opgevolgd worden. Ook de gevoelige variëteiten voor gele roest moeten in het oog worden gehouden.
Meer artikelen bekijken