Financiële ondersteuning voor innovatieve ideeën

Heb je een innovatief idee of werk je samen met anderen aan een nieuwigheid? Vraag dan financiële ondersteuning aan via VLIF of via een operatione groep. Dien je project wel uiterlijk in tegen 31 maart!
Heb je een innovatief idee of werk je samen met anderen aan een nieuwigheid? Vraag dan financiële ondersteuning aan via VLIF of via een operatione groep. Dien je project wel uiterlijk in tegen 31 maart! - Pixabay

Met het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020 (PDPO III) geeft Vlaanderen invulling aan het Europees beleid rond plattelandsontwikkeling. Het PDPO III-programma zet hierbij in op vier strategische thema’s: jonge landbouwers, innovatie en opleiding, het verhogen van de weerbaarheid en verduurzaming van de landbouwsector, en het versterken van de vitaliteit van het platteland. Voor de periode 2014-2020 leggen Europa en Vlaanderen elk €287.758.881 op tafel.

VLIF-steun

Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) is het belangrijkste instrument van de Vlaamse overheid om deze Europese middelen gericht in te zetten. Heel wat land- en tuinbouwers maakten de voorbije vijftien jaar gebruik van VLIF-steun bij de financiering van duurzame investeringen op hun bedrijf. Ook heel wat jonge landbouwers verkregen via VLIF opstartsteun.

In het verleden bleken er echter tekortkomingen in de VLIF-ondersteuning. De steun voor investeringen was immers gekoppeld aan de VLIF-lijst met bestaande duurzame systemen. Denken we bijvoorbeeld aan investeringen die bijdragen aan een efficiënter energiegebruik, aan de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen en ammoniak en het verbeteren van de luchtkwaliteit, en aan het verhogen van de weerbaarheid.

Maar wat als je een duurzaam nieuw idee wilde uitwerken? “Tot 2016 kwam iets nieuws niet in aanmerking voor VLIF-investeringssteun,” herinnert Leen Mertens van het departement Landbouw en Visserij ons tijdens een studiedag op Agriflanders. “Voor de uitwerking van een innovatief idee moest je eigen kapitaal investeren of andere investeerders vinden. Dat schrikte vele innovatoren af. Zij bleven dus in de kou staan.”

Projectsteun voor innovaties

Hier kwam verandering in met PDPO III waarin de maatregel ‘Projectsteun voor innovaties in de landbouw’ in het leven werd geroepen. “Via deze projectsteun wilde het VLIF innovatieve ideeën en concepten op het vlak van productie, verwerking en afzet van landbouwproducten (helpen) realiseren”, omschrijft Leen Mertens. “Hierdoor zijn dus ook innovaties die nog niet op de limitatieve lijst staan, subsidiabel. Bovendien kan je ook steun aanvragen voor investeringen in systemen die op al deze VLIF-lijst staan, maar waarvan de uitvoering innovatief is of die nog niet in een bepaalde deelsector voorkomen. Deze steun vormt dus een mooie aanvulling op de bestaande maatregel ’Steun aan de investeringen op het landbouwbedrijf’.”

Sinds 2016 worden jaarlijkse oproepen voor projectsteun voor innovaties gedaan naar de sector. Telkens worden specifieke voorwaarden bepaald die de sectoren en investeringen aanduiden die in dat jaar in aanmerking kunnen komen voor steun. In 2016, 2017 en 2018 werden respectievelijk 14, 16 en 19 innovatieve investeringsprojecten goedgekeurd.

Oproep voor 2019

Leen Mertens: “Begin januari werd de oproep voor 2019 gelanceerd. Aangezien het beschikbare budget dit jaar €8,5 miljoen bedraagt, is het zeker de moeite om een projectaanvraag in te dienen. €4,25 miljoen is voorbehouden voor innovatieve investeringen in het kader van duurzaam waterbeheer. De overblijvende €4,25 miljoen staat open voor andere innovaties. De steun bedraagt 40% van de subsidieerbare projectkosten.”

Weliswaar moet de aanvrager voldoen aan een aantal voorwaarden. Mits hieraan voldaan is, kan een innovatieve boer tot €200.000 ondersteuning ontvangen voor zijn project. Nu kan ook een groep van land- en tuinbouwers deze VLIF-steun aanvragen. De groepering moet wel een rechtspersoonlijkheid hebben, bijvoorbeeld als vzw of coöperatie, en alle vennoten moeten landbouwer zijn. Zo’n groep kan tot €300.000 ondersteuning krijgen.

Leen Mertens wijst er op dat de selectieprocedure voor VLIF-innovatie iets anders verloopt dan bij andere VLIF-steun. “De selectie gebeurt zowel door een beoordelingscollege als door experts van het beleidsdomein Landbouw en Visserij. De projecten worden gerangschikt op basis van een totaalscore, maar ze moeten ook voldoen aan een minimumscore. Omdat starten met iets volledig nieuws toch meer tijd vergt dan bij een ‘traditionele’ investering, krijgt de aanvrager drie jaar de tijd om de uitgaven te spreiden.”

De projectaanvragen voor VLIF-innovatie kunnen enkel ingediend worden via het e-loket en dit ten laatste op 31 maart 2019.

Samenwerken in operationele groepen

Europa wil ook de interactie tussen onderzoek en praktijk stimuleren. Innovatie komt immers sneller in de praktijk wanneer beide actoren samenwerken, bijvoorbeeld in Europese Innovatiepartnerschappen (EIP). EIP wil – via innovatie – zowel de productiviteit en efficiëntie in de landbouw verbeteren als de duurzaamheid bevorderen.

“Land- en tuinbouwers, adviseurs, onderzoekers, ondernemers en/of andere actoren kunnen zich organiseren in een ‘operationele groep’ rond een concreet vraagstuk uit de praktijk”, vertelt Els Lapage, verantwoordelijke voor EIP binnen het departement Landbouw en Visserij. “Samen zoeken ze naar een innovatieve oplossing. Land- en tuinbouwers moéten trouwens deel uitmaken van de operationele groep zodat de onderzoeksvragen meer praktijkgericht zijn. Bovendien stimuleert dit de interactie tussen land- en tuinbouwers onderling en leren de onderzoekers hoe hun resultaten in de praktijk gebruikt worden. De opgebouwde kennis moet nadien breed verspreid worden.”

Ook hier lanceert de overheid jaarlijkse een oproep tot deelname, al dan niet met een specifiek thema. In 2017 was er bijvoorbeeld een oproep voor projecten die kaderden in de crisis in de fruitteelt en in de crisis in de dierlijke sector. De voorbije drie jaar werden 28 operationele groepen financieel ondersteund in Vlaanderen, 23 hiervan zijn nog steeds actief.

Waterschaarste in de kijker in 2019

Het Departement Landbouw en Visserij deed onlangs opnieuw een projectoproep voor operationele groepen. In 2019 zullen minstens twee projecten gesubsidieerd worden rond het thema ‘Gewapend tegen waterschaarste’. Een zo efficiënt mogelijk (her)gebruik van water en het vermijden van waterverspilling moeten centraal staan. Denken we bijvoorbeeld aan ‘slimme’ technische oplossingen, maar ook aan organisatorische ingrepen zoals innovatieve samenwerkingsverbanden tussen partijen die wateraanbod en watervraag combineren. De overige gesubsidieerde projecten gaan over een thema naar keuze van de aanvrager.

Operationele groepen kunnen tot en met 31 maart een projectvoorstel rond Europese Innovatiepartnerschappen (EIP) indienen bij het departement Landbouw en Visserij. Het totale budget bedraagt €150.000. Het maximumbedrag van de subsidie bedraagt €30.000 per project.

Meer informatie over steunmaatregelen via VLIF-steun en EIP vind je hier.

AV

Meest recent

Meest recent