Blijf waakzaam voor bladluis en onkruid in bieten
De bieten hebben te maken met een vertraagde groei. De meeste percelen bevinden zich in het 2-4 of 4-6 bladstadium. Er zijn nog weinig bladluizen gespot. Hou de populatie echter goed in het oog en spuit enkel wanneer nodig. Door de warmere temperaturen is er ook kans op meer onkruid. Middelen type ‘Matrigon’ werken uitstekend onder warmere omstandigheden tegen distel.
Op 14 mei werden in 14% van de velden in het waarnemingsnetwerk
Zwarte bladluiskolonies blijven aanwezig maar lijken zich te stabiliseren. Het is een kwestie van hun ontwikkeling in de gaten te houden en alleen in te grijpen als de drempel wordt bereikt (30 tot 50% van de planten met kolonies).
Voor velden die zijn gezaaid met een Poncho Beta of Cruiser Force -behandeling is geen tussenkomst vereist.
Volg de evolutie van de groene bladluispopulaties via de kaart van de gemelde problemen in de teelt voor mei en juni. Volg de teeltontwikkeling via de kaart van de waarnemingsvelden.
Hogere temperaturen, meer onkruid
De koude temperaturen en recente regen van afgelopen dagen heeft de groei van de onkruiden tijdelijk geremd. Sinds zondag is het weer groeizamer geworden, halen we hogere temperaturen en is het gunstig weer voor nieuwe kieming van onkruiden. Blijf dus zeker de opkomst van de onkruiden in uw velden controleren. Na de derde FAR is het belangrijk om te behandelen in functie van nieuwe opkomsten van onkruiden.
De ontwikkeling van de bieten verliep tot nu toe vrij traag. Een gedeelte van de percelen bereikt nu het 4-6 bladstadium (van alle bieten). Op deze percelen is het belangrijk bodemherbiciden toe te voegen aan de FAR en zo een goede nawerking te garanderen. Producten zoals ‘Frontier’, ‘Dual Gold’, ‘Centium’ of ‘Centium-Frontier’ kunnen vanaf dit stadium ingezet worden. Pas de dosis aan het ontwikkelingsstadium van de bieten, hou hierbij rekening met de kleinste bieten op het perceel om selectiviteitsproblemen te vermijden. Voor meer informatie zie FAR Memo 2019.
Distels bestrijden
Producten van het type ‘Matrigon’ werken uitstekend onder warmere omstandigheden. Het best wacht u tot de meeste distels zijn opgekomen. Behandel dan in een aparte passage met 1,2 à 1,5 (max.1,8) l/ha ‘Matrigon’ (100 g/l clopyralid) en 1 l/ha olie bij het 10-12 blad stadium van de biet. De bloeiwijzen van de distels mogen nog niet gevormd zijn bij de behandeling. Deze manier van werken geeft vaak de beste resultaten. Alternatief kan u de behandeling fractioneren en 0,5 à 0,75 l/ha ‘Matrigon’ toevoegen aan het FAR-mengsel en dan binnen 7 à 8 dagen de tweede helft van de dosis toepassen. Er kan max. 0,75 l/ha ‘Matrigon 100 g/l clopyralid toegevoegd worden aan het FAR-mengsel, de bieten moeten hiervoor minimum 6 echte bladeren hebben. Indien beperkte delen van het veld distels vertonen, kan plaatselijk behandeld worden.
