Startpagina Actueel

Arvesta heeft groei hervonden, zet in op duurzaamheid en innovatie

Arvesta heeft na jaren van stagnatie het groeipad weer te pakken. Na enkele jaren waarin ondanks een serie overnames de omzet gelijk bleef, is sinds 2016 de omzet met 70 miljoen euro gegroeid. Volgens topman Eric Lauwers profiteert het bedrijf van de ingezette strategie, waarin vooral duurzaamheid en innovatie centraal staan.

Leestijd : 7 min

A rvesta is de grootste distributeur van landbouwbenodigdheden in België. Het bedrijf is eigenaar van een hele serie veevoederbedrijven waaronder AVEVE en Dumoulin, John Deere-importeur Cofabel en verdeelt via onder meer Wal-Agri en Sanac zaden, pootgoed, fytoproducten en kunstmest. Het bedrijf verkoopt via dochterbedrijf HortiPlan ook mobiele gootsystemen. Arvesta is marktleider in België, maar is ook actief in de buurlanden Nederland, Duitsland en Frankrijk.

Buiten de landbouwsector is Arvesta eigenaar van de 250 AVEVE-tuinwinkels in ons land. Veevoeder is goed voor circa 50% van de omzet, de distributie van fyto, kunstmest en zaden en de verkoop van mobiele gootsystemen is goed voor 30%. Het resterende deel wordt opgebracht met de winkelverkopen, de machineverkoop en bloem. Op stalsystemen en schuren na is Arvesta in feite een totaalleverancier van de Belgische landbouw.

Naast haar landbouwactiviteiten heeft Arvesta met de AVEVE-winkels ook een groot  consumentenluik.
Naast haar landbouwactiviteiten heeft Arvesta met de AVEVE-winkels ook een groot consumentenluik. - Foto: Belga

De opgave

Het bedrijf zag de omzet ondanks een lange serie overnames al jarenlang stagneren. Tussen 2005 en 2011 groeide de omzet van het bedrijf met gemiddeld 10 % per jaar. Van 2012 tot en met 2015 groeide de omzet ondanks diverse overnames niet. Organisch, dus exclusief overnames en verkochte onderdelen, was dus sprake van achteruitgang.

De bedrijfsstructuur was ingewikkeld. Bovendien werd te weinig synergie bewerkstelligd tussen de verschillende bedrijven van de groep. Iedereen gebruikte zijn eigen IT-systeem, kocht zijn eigen kantoorbenodigdheden, had zijn eigen personeelsdienst etc. Het gevolg is dat tegen vrij hoge kosten werd gewerkt.

Ondertussen veranderde de context waarin de onderneming werkt: landbouwers hebben steeds meer nood aan producten met toegevoegde waarde – bijvoorbeeld conceptvoeder, smart farming tools en hoogstaand advies. Het is aldus een context waarin Arvesta zal moeten investeren om haar sterke positie ook in de toekomst te behouden. De winst was zo laag, dat het vermogen te investeren in toekomstige groei in gevaar dreigde te komen.

Op zijn minst zo uitdagend was het voor Groep AVEVE om voldoende jonge mensen aan te trekken. Eric Lauwers trad in 2016 aan om Arvesta, toen nog Groep AVEVE, om te turnen tot een modern, slagvaardig bedrijf. Hij deed dat na zo’n 16 jaar diverse managementfuncties te hebben bekleed bij biergigant AB Inbev. Onder Lauwers werd een grootschalig veranderingstraject ingezet. Duurzaamheid en innovatie is het motto.

Een nieuw begin

De naam werd in september vorig jaar veranderd naar Arvesta. De naam Arvesta komt van 'arvus' (ploeg), 'harvest' (oogst) en 'invest' (investeren in mensen, merken...). Naar de buitenwereld toe gebruikt Arvesta de slogan ‘Experts in the field’. De onderneming verhuisde personeel van diverse verouderde locaties naar een zeer modern gebouw aan de Philips-site in Leuven.

Het eerste halfjaar van, laten we zeggen, de regeerperiode-Lauwers, werd gebruikt om het bedrijf door te lichten en verbeteringsplannen op te stellen. Nu, 2,5 jaar later, kan het net worden opgehaald en de oogst worden bepaald. Lauwers beschrijft de groep als een containerschip, groot en sterk, dat draait naar de juiste koers. De verschillende werkmaatschappijen van de groep zijn wat hem betreft speedboten, die snel en wendbaar moeten zijn.

In de praktijk betekent dit dat Arvesta haar omvang gebruikt voor het organiseren van onder meer IT, de personeelsdienst, financiële controle en als verkoopargument richting mogelijke rekruten. De werkmaatschappijen moeten zich vooral bezig houden met de verkoop en marketing.

Naast een nieuwe naam en uitstraling, werd het aantal vennootschappen onder de groep fors afgebouwd. Ook zette het bedrijf in op een vermindering van het aantal softwaresystemen dat wordt gebruikt, de samenwerking van de verschillende groepsonderdelen, gezamenlijke inkoop en het vaker gebruik maken van interim-werknemers. Er werd zoveel mogelijk naar synergieën binnen de organisatie gezocht; er is ook 111 miljoen vrijgemaakt voor investeringen, waaronder jaarlijks 17 miljoen in digitale oplossingen.

Jong talent

Het bedrijf slaagt er volgens Lauwers beter in jong talent te vinden. Het blijft geen gemakkelijke opgave, want in Vlaanderen ligt de werkloosheid al even onder 6 % en in sommige regio’s nog lager. “Maar het is nu wel zo dat als we ons voorstellen op een universiteit, we aan het einde van de dag 12 ingenieurs hebben die willen tekenen. Vroeger waren we daarvoor te onbekend of hadden we niet het juiste imago om zoveel kandidaten te vinden. ”

“Arvesta is een grote speler met 100% Belgisch kapitaal en volledig lokale beslissingsbevoegdheid”, benadrukt Lauwers. “Onze omvang en wat chauvinisme kunnen voor ons werken. Als je bij Arvesta werkt, kun je tijdens je loopbaan – als je dat wilt – meerdere uitdagingen aangaan, in binnen- en buitenland.”

Betere rapportcijfers

De cijfers zijn ook verbeterd. In 2018 realiseerde Arvesta een totale omzet van 1,4 miljard euro en een nettowinst van 24,2 miljoen. Ten opzichte van 2016 is de omzet daarmee met 70 miljoen euro toegenomen. De vergelijking is zuiver: Arvesta verkocht en kocht bedrijven, maar met een vergelijkbare omzet. De nettowinst lag in 2016 nog op 16,7 miljoen en vorig jaar op 21,2 miljoen. Neemt niet weg dat de huidige winstmarge van 1,7% zeer bescheiden mag heten.

“Het is te laag”, geeft Lauwers toe. Het magere percentage hangt deels samen met de grote invloed van het veevoederbedrijf op de groep. Mengvoeder is nu eenmaal een business van dunne marges. Dat komt door de felle concurrentie van zowel grote spelers als ForFarmers en Agrifirm, als de vele tientallen kleine, familiale bedrijven die België nog rijk is. Daarnaast krimpt de veestapel eerder dan hij groeit, en staan inkomens van veehouders onder druk.

Van de businessunits leverde veevoeder als enige omzet in, namelijk 3 % in 2018. “2017 was qua varkensprijzen een goed jaar, en 2018 was echt een heel slecht jaar”, zegt Lauwers. In 2019 lijkt het wat beter te gaan. De varkensprijzen lagen bij aanvang van het jaar nog laag. Inmiddels zijn de prijzen fel verbeterd omdat China door een uitbraak van Afrikaanse varkenspest grote volumes nodig heeft.

Die volumes komen vooral van derde landen, want België kan door de aanwezigheid van Afrikaanse varkenspest in de provincie Luxemburg zelf niet naar China exporteren. Indirect profiteert België wel van het feit dat veel Nederlands, Deens en Duits varkensvlees naar China gaat. Het haalt de druk immers weg van markten waarop België wel nog actief is, zoals de meer dan verzadigde Europese markt.

Het veevoederbedrijf moet wat Lauwers betreft echter ook structureel sterker in haar schoenen staan. Onder leiding van Dirk Van Thielen wordt daarom de productie beter over de fabrieken verdeeld.

Aveve_-_Aalter_-_België

Innovatie

De hervormingen van Lauwers leveren lagere kosten, meer synergie en samenwerking en zo een slagvaardiger onderneming op. De grote groei moet echter komen van innovatie. Meer winst bekomen, kan immers ook door het verkopen van producten met meer toegevoegde waarde. “Producten die zowel de landbouwer als ons meer opleveren”, benadrukt Lauwers. "Het laatste dat we willen, is groeien ten koste van onze klanten. Dan groei je maar heel even en dan zijn ze weg.”

Lauwers noemt in dit kader direct Hortiplan, dat vanuit een vestiging in Sint-Katelijne-Waver mobiele gootsystemen ontwikkelt en op de markt zet. Op dit moment worden deze gebruikt in de slateelt, maar er worden ook proeven gedaan met bijvoorbeeld kruiden en bloemkool. Het bedrijf zag de omzet tussen 2017 en 2019 bijna verdubbelen tot 20 miljoen euro.

“Hortiplan heeft deals gesloten in Rusland, Canada en de VS. Hortiplan heeft een product waarmee we de hele wereld over kunnen gaan.” Binnen het systeem worden planten in beweegbare goten van kunststof gezet. Naarmate de planten groeien, verplaatst het automatische systeem de goten van de opplantzijde naar het oogststation. Bij kleine jonge planten liggen de goten tegen elkaar, later wordt de afstand tussen de planten automatisch vergroot.

In de goten loopt een dunne film van water verrijkt met meststoffen. Het water dat niet door de gewassen wordt opgenomen, wordt gefilterd en hergebruikt. Zo kan tot 80% minder water worden verbruikt. Dankzij dit systeem kan je 5 tot 10 keer meer planten per m2 plaatsen. Dit maakt het product in potentie ook interessant voor de rijkere dichtbevolkte gebieden, zoals in Noordoost-Azië. In haar segment is Hortiplan marktleider.

Een ander voorbeeld is de biomeststof Haspargit, dat Pomagro ontwikkelt. Het gaat om een hoogwaardige meststof uit Belgische bietenpulp, rijk aan kalium, calcium en zwavel, die Europees is toegelaten binnen de bioteelt. Omdat het een restproduct van de Tiense Suikerraffinaderij betreft, past het binnen het kader van de circulaire economie. Het product stimuleert de biofertiliteit. De vraag naar Haspargit nam in 2018 toe met 8 %.

Met mobiele gootsystemen is Arvesta wereldwijd leidend.
Met mobiele gootsystemen is Arvesta wereldwijd leidend. - JCB

Voeders met meer toegevoegde waarde

Zoals eerder gezegd: de meeste omzet zit in de veevoeders. Ook hier werkt Arvesta aan innovatieve nieuwe oplossingen. Het bedrijf wil pionier zijn met veevoeder dat de uitstoot van methaan door runderen tegengaat. Dochterbedrijf Dumoulin behaalde het Euroclim-label voor veevoeder met een verkleinde ecologische voetafdruk en hoger rendement.

Dumoulin maakt voeders die aangerijkt zijn met geëxtrudeerd lijnzaad, wat voor een betere pensvertering zorgt. De CO2-uitstoot neemt zo af. Het gaat volgens de onderneming om 30 % methaanreductie per kilo vlees, of 10 % per liter melk. Dumoulin maakt tevens voeders van 100 % Europese grondstoffen, voeders die voor minimum 80 % uit bijproducten bestaan en producten rijk aan Omega 3-vetzuren. Daarnaast produceert Dumoulin samen met het Duitse Mifuma voor meer dan 100.000 ton aan vlog-voeders.

Arvesta wil tevens binnen de sector koploper zijn wat betreft reductie van antibiotica. In de afgelopen jaren daalde het volume gemedicineerde voeders met 71 % terwijl de sector min Arvesta op 57 % bleef steken. Arvesta is trendsetter door haar eigen 200.000 varkens vanaf 12 weken geen antibiotica meer te geven, en de ervaringen door te geven aan de klanten.

Het volume biologische veevoeders groeit ondertussen ook. De totale productie bedraagt nu 23.000 ton per jaar. De vraag is binnenlands beperkt, waardoor het grootste deel plaats vindt bij de biologische productiesite van Global Feed Mill, in Nederland, en in Duitsland bij Hafner/Mifuma. Vanaf 1 oktober gaat Arvesta via haar merk Global Feed Mill voor het Nederlandse De Heus biologische voeders maken. Het gaat dan om een volume van 30.000 ton per jaar.

Met haar keuze voor toegevoegde waarde kiest Arvesta volgens Lauwers niet voor één productiemodel. “We geloven dat zowel grootschalige als kleinschalige bedrijven kunnen bestaan. Natuurlijk zien we door de jaren heen gemiddeld bedrijven groter worden, en daarom meer eisen stellen aan voeders. Uiteindelijk is dat in ons voordeel, want een groot bedrijf als Arvesta kan de producten met meer toegevoegde waarde ontwikkelen en tegen een goede prijs in de markt zetten.”

Jan Cees Bron

Lees ook in Actueel

Daling Belgische diervoederproductie vlakt af ondanks onzekere tijden

Economie Ondanks een gebrek aan een duidelijk toekomstperspectief in de landbouwsector en moeilijke marktomstandigheden, bleef de daling van de Belgische diervoederproductie in 2023 beperkt tot -3%. Dat meldt de Belgian Feed Association (BFA). De Belgische diervoedersector noteerde ook een beperkte daling van de omzetcijfers tot 6,5 miljard euro. De sector blijft voluit inzetten op verdere verduurzaming.
Meer artikelen bekijken