De groei komt op gang, hopelijk nu geen extreme weersomstandigheden

De grote hoeveelheden neerslag van vorig jaar eind mei, begin juni liggen nog vers in het geheugen. Aangezien we reeds maanden een neerslagtekort hebben, houden we ons hart vast.

Ook een stijgende druk van insecten is in deze periode traditioneel.

Granen

In tarwe komt de aar te voorschijn en is het dus tijd voor actie. Een derde bemesting kan nu nog als bladvoeding of in korrelvorm. Vloeibare N is nu te risicovol om nog toegepast te worden. Deze (lichtere) bijmesting komt vooral de kwaliteit zoals eiwitgehalte ten goede en minder de opbrengst. Aangezien voor de meeste tarwe hier geen meerwaarde uit volgt stellen vele telers zich dan ook terecht de vraag of dit zin heeft.

Naast bemesting is het natuurlijk ook nodig de plant gezond te houden. Hier is het stadium ‘50-80 % aar uit’ ideaal voor de fungicidebehandeling. We nemen middelen die sterk zijn tegen septoria, bruine en gele roest en zeker aarfusarium. Deze laatste is niet zo eenvoudig te behandelen. Weet dat in het ideale geval er slechts 60% werking blijkt te zijn. Dit afhankelijk van de weersomstandigheden, vooral tijdens de bloei.

Het gamma Xpro van Bayer met Variano, Aviator, Skyway, Evora en Librax, Ceriax, Adexar van BASF en Seguris van Syngenta zijn goede keuzes. Toevoegen van chloorthalonil blijkt een meerwaarde te hebben. Ook aan een insecticide wordt nu beter gedacht.

Aardappelen

Alles is in de beste condities geplant. Dat kan een goede opbrengst opleveren, indien de teeltomstandigheden verder optimaal verlopen.

De trage opkomst door de koude maakt dat de knol veel kiemen laat uitkomen en dat dus de stengelaantallen hoog kunnen liggen. Bijkomend is er een sterke worteling wat dan weer goed is om optimaal nutriënten en water te kunnen opnemen wanneer die beschikbaar zijn.

De start is dus, ondanks wat vertraging door koude en droogte, goed te noemen.

De herbicidenschema’s kunnen door de regen die we kregen rustig hun werk doen zodat hier geen grote problemen verwacht moeten worden.

Alle aardappelvelden geplant voor 5 april verdienen de aandacht naar fungicidebehandelingen. “Begin niet te laat!”, is hier het advies.

De eenvoudige middelen op basis van mancozeb eventueel aangevuld met cymoxanil zijn voldoende bij de start. Handelsnamen zijn er hier veel.

De oude oogst kent een lichte prijsstijging. Het koudere en droge voorjaar maakt dat de vroege rassen niet snel tot oogstrijp product zullen leiden. En dit niet alleen bij ons, maar nog meer in die streken waar men normaal de eerste vroege oogsten haalt. Daar kende men vooral schade door vorst. Dit zorgt bij verwerkers voor een zoektocht naar perfect bakkende partijen die ook nog tot eind juli, begin augustus verwerkbaar zijn.

Bieten

De onkruidbestrijding loopt voor de meeste percelen naar zijn einde. Toch zien we door de regen opnieuw onkruiden kiemen. Het advies is dan ook om bij het afwerken voldoende contactmiddelen Betanal (fenmedifam) en Tramat (ethofumesaat) te doseren. Daarnaast kies je voldoende bodemmiddel voor de nawerking. Centium 36CS, Pyramin SC520, Goltix, Dual Gold, Frontier Elite, Matrigon ...

Maïs

In de maïsteelt zijn we aan de onkruidbestrijding toe. Het 3-4 bladstadium bij groene maïs is ideaal voor zowel de maïs als de onkruiden. Tijdig onkruid bestrijden heeft altijd meeropbrengst. Nutriënten en water dienen voor de maïs, niet voor het onkruid!

In de maïsteelt kennen we een luxe aan aantal actieve stoffen als je het vergelijkt met andere teelten. Moleculen en schema’s genoeg, voor meer info zie voorgaande edities van Landbouwleven. Een totaal onkruidvrije teelt moet het doel blijven. Grote aandacht is nodig voor typische problemen zoals knolcyperus, zomergrassen en doorlevende onkruiden als veenwortel, haagwinde, melkdistel... Dit zijn zeker groter wordende problemen, die niet door iedereen onderkend worden. Hypothekeer de toekomst van je velden of teelten niet door hier te willen besparen.

Uiteraard is het in een teeltrotatie voor een veehouder die enkel gras en maïs heeft eenvoudiger dan voor de groenteteler. Deze is zich meer bewust dat het ook in maïs belangrijk is tot in detail alles te bestrijden.

Wortelen

We kennen nu ongeveer de eerste vlucht van de vlieg. Deze houdt namelijk van zeer goede zomerdagen. Warm weer na het wat koelere weer met vochtige bodem doet de poppen ontluiken. Zeker als het dan ‘s avonds mooi afkoelt komen ze vanuit de ruwere plaatsen zoals struiken en wegbermen door de wortelgeur af naar de percelen.

Pyrethroïden best s’avonds inzetten omdat het hier de bedoeling is de vliegen te raken.

In de vroege gezaaide wortelen kan men nu reeds overwegen een eerste maal Coragen in te zetten. Hier is het toepassingstijdstip minder belangrijk en is de bestrijding voor 2-3 weken gegarandeerd. Dit middel werkt langduriger en veelzijdiger.

Voor hen die met gele plakvallen werken (eigenlijk verplicht in IPM) is een gemiddelde van 3 vliegen per val per week de drempel voor een behandeling.

Selder

Ook in selder kan een bestrijding van de wortelvlieg nodig zijn. Ze wordt dan ook in deze teelt soms ‘seldervlieg’ genoemd maar is dus dezelfde. Vooral in de gebieden waar de druk van deze vlieg groot is kan een behandeling met pyrethroïde nuttig zijn. Zeker in centraal West-Vlaanderen regio Kortemark, Koekelare.

In knolselder kennen we terug wat problemen met pythium. Deze bodemschimmel kan ook bieten, spinazie en wortelen aantasten. Dit is te zien door bruine wortels en afstervende planten. Herinvullen met gezonde planten is de enige oplossing.

Kolen

In de kolen zien we vanaf begin deze week een duidelijke stijging in aantal koolvliegen. We zitten dus ook hier in de eerste vlucht. Ook hier kan men opteren om met pyrethroïden een bestrijding tegen de volwassen vlieg te doen, om zo de populatieopbouw toch wat te drukken.

De eerste koolmotten werden waargenomen. We houden dit scherp in het oog, zeker met de ervaring van begin juni vorig jaar.

Vlas

De onkruidbestrijding is achter de rug in de vlasteelt. Hier en daar werd nog een lichte bemesting gedaan in de blekere percelen. Dit is vooral het geval na maïs. Na bieten en aardappelen is de stand goed.

Wel zien we percelen met schade van duiven. Blijkbaar lusten de duiven meer en meer vlas. Nochtans zitten duiven hier niet uit luxe want ze eten normaal liever andere gewassen. Het duidt er dus op dat de druk groot is.

Spinazie

De oogst van de voorjaarsspinazie is gestart. De kwaliteit is goed tot zeer goed. Zeker in de lichtere gronden was de gewasstand goed. In zwaardere gronden viel de opkomst soms wat tegen.

Opbrengstresultaten zijn nog niet te beoordelen. De eerste geluiden zijn mager. Hopelijk speelt de hitte hier geen spelbreker en doet het de spinazie niet vlug doorschieten.

Witloof

De opkomst van het witloof is door de regen van vorige week grotendeels gered. Toch is het hier nodig een veldcontrole te doen en de kleur van de kiemen te beoordelen om te kijken of beregenen eventueel nodig is.

Zolang de kiemen wit van kleur zijn en blijven is er geen gevaar. Geel wordende kiemen worden best kort (om de 3 dagen) opgevolgd.

Voor de onkruidbestrijding is Kerb 1-1,5 l, Asulox 1-2 l en Legurame aan 1-3 l zowat de basis na zaai. Chloorprofam wordt minder gebruikt. De ruggen voor zaai best afbranden met Roundup.

De behandeling in naopkomst zal dit jaar een heel stuk gemakkelijker gebeuren door de erkenning van BOA (penoxulam 20g/l). Met deze nieuwe molecule wordt het traditioneel moeilijke knopkruid makkelijker bestreden. Ook op nachtschade is het een versterking.

Bonen

In bonen is de zaai gestart. Voor de onkruidbestrijding geldt het advies van Centium aan 150 cc en Dual Gold aan 0,5 l per hectare als standaardbehandeling.

Lieven Van Ceunebroeck