Slechts enkele Vlaamse gemeenten belasten ‘automatische verdelers’, zoals hoeveautomaten
De verkoop via de korte keten kent ongekende pieken. En dat is goed nieuws. Zeker omdat de voorbije jaren het aantal aanvragen voor Vlaamse steun aan bijvoorbeeld hoeveautomaten in een dalende lijn zat. Een lokale belasting op ‘automatische verdelers’ zou ontmoedigend werken. Maar is dat wel zo?
Op 5 jaar tijd werd 300.000 euro Vlaamse steun verleend aan hoeveautomaten”, stelt Vlaams parlementslid Sofie Joosen (N-VA). Toch werd vastgesteld dat het aantal aanvragen in dalende lijn zit. “Daarbij werd verwezen naar mogelijk ontmoedigend lokaal beleid, bijvoorbeeld door heffingen op automatische verdelers, zoals een automatenbelasting wordt genoemd binnen het Vlaams fiscaal instrumentarium. De inkomsten daarvan verdubbelden bijna tussen 2008 en 2014, maar zijn sindsdien (cijfers van 2017) weer dalend.”
Belastingen in 9 gemeenten
Volgens Bart Somers (Open VLD), Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, hebben in 2020 in Vlaanderen 9 gemeenten een reglement dat ertoe strekt om automatische verdelers te belasten. Het gaat om Balen, Bilzen, Bredene, Lommel, Menen, Oudsbergen, Sint-Pieters-Leeuw, Vorselaar en Willebroek. “Deze gemeenten verwachten inkomsten uit deze belasting tussen 2.310 euro en 18.000 euro”, duidt Vlaams minister Bart Somers.
Opgelet: belastingen op automatische verdelers kunnen hoeveautomaten treffen, maar ook automaten met frisdrank (Koksijde belastte tot voor kort bijvoorbeeld alleen drankverdeelautomaten), snoepgoed (Menen belast bijvoorbeeld alleen gemeenten die frisdrank en snoepgoed aanbieden), brood, sigaretten, bankbiljetten... “Bankautomaten worden meestal gevat door een belasting op banken.”
Vrijstelling motiveren
Nog dit: een gemeente die automaten met hoeveproducten wil vrijstellen van haar belasting op automaten, moet die vrijstelling motiveren. “Bredene belast bijvoorbeeld geen automaten die uitsluitend basisvoedingsmiddelen aanbieden, vanuit het idee dat die ‘een nuttig alternatief vormen voor het klassieke winkelaanbod en daarom ook niet nodeloos ontraden moeten worden’. Onder basisvoedingsmiddelen begrijpt de gemeente: graanproducten, aardappelen, groenten, fruit, melk- en sojaproducten, vlees, vis, eieren, eiwitvervangende producten en water.”
